Wim Vermeersch

Kunnen linkse partijen hun oppositiewerk verzilveren?

Wim Vermeersch Hoofdredacteur van Sampol en verbonden aan Stichting Gerrit Kreveld.

De bevolking lijkt de regering niet te volgen. Maar ze loopt ook niet direct achter de linkse oppositie aan, schrijft Wim Vermeersch, hoofredacteur van Samenleving en Politiek. ‘De regering-Michel gaat halfweg de legislatuur door haar moeilijkste moment, maar daaruit lijkt de linkse oppositie geen duidelijk profijt te halen.’

Ondanks de belofte dat een herstelbeleid ‘vanaf dag 1’ ons land opnieuw op de rails zou krijgen, levert de regering-Michel een desastreus sociaaleconomisch rapport af. Europa buist de begroting, burgers zien de facturen stijgen en het sociaal protest trekt vandaag opnieuw aan. De regering-Michel gaat halfweg de legislatuur door haar moeilijkste moment. De vraag is: kunnen Linkse partijen hun oppositiewerk verzilveren?

Desastreus begrotingsrapport

Een paar weken geleden nog kreeg België een uitermate slecht begrotingsrapport van Europa. De begroting blijft flirten met een tekort van 3%, maar voor het eerst in jaren gaat ook het primair saldo – de graadmeter voor de gezondheid van de begroting – weer in het rood. Alleen Italië en Griekenland laten slechtere groeicijfers optekenen. Hoezo, herstelbeleid?

Kunnen linkse partijen hun oppositiewerk verzilveren?

‘Onze structurele maatregelen zullen pas na een aantal jaren resultaten opleveren,’ zo verdedigt de regering zich. ‘Bovendien moedigt de taxshift bedrijven aan om een eerste werknemer aan te nemen’. Dat laatste klinkt mooi en klopt deels ook wel, maar opnieuw brengen cijfers duidelijkheid: volgens recente cijfers van Eurostat is de tewerkstellingsgraad het afgelopen jaar overal in de Europese Unie toegenomen maar niet in België (en Finland), waar ze in een jaar tijd afnam van 67,3 tot 67,2%. De ‘jobs, jobs, jobs’ lijken er dus niet te komen.

Kunnen linkse partijen hun oppositiewerk verzilveren?
© belga

Wat er wel bijkomt, zijn meer langdurig zieken. Tussen eind 2014 en eind 2015 alleen al een toename van 8%. Het gaat vooral om mensen met psychologische aandoeningen en om 50- en 60-plussers die langer moeten werken. Dat is een enorme kost, die de regering bij de volgende begrotingsrondes ongetwijfeld zal proberen te verhalen met sancties voor de langdurige zieken die niet meewerken aan de re-integratie op de arbeidsmarkt. Daarom is dat een vestzakbroekzakoperatie op de kap van de zwakken. Werkloosheidsverzekering en ziekteverzekering zijn communicerende vaten.

Ook het aantal leefloners lag nog nooit zo hoog als vandaag. Maandelijks klopten in 2015 gemiddeld zo’n 115.137 mensen aan bij het OCMW. Dat zijn er 12,4% meer dan in 2014. Vooral het aandeel 18- tot 24-jarigen onder de leefloners – bijna een op de drie – is zorgwekkend. Die toename kan grotendeels worden toegeschreven aan het wegvallen van de inschakelingsuitkering sinds 1 januari 2015. Uit recente cijfers van minister van Maatschappelijke Integratie Willy Borsus (MR) blijkt dat vooral Wallonië in de klappen deelt: daar vraagt de helft (!) van de jongeren die hun wachtuitkering verloren een leefloon aan. Opnieuw een vestzakbroekzakoperatie op de kap van de zwakken.

Van herverdeling is onder de regering-Michel al helemaal geen sprake. Vooral inzake fiscaliteit, in de praktijk de enige manier om echt aan herverdeling te doen, is de marsrichting duidelijk: minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) geeft nu open en bloot toe dat hij de stekker uit de Tobintaks wil trekken, ondanks het feit dat de invoering ervan is afgesproken in het regeerakkoord; de Kaaimantaks blijft blind voor fortuinen die in het verleden in belastingparadijzen zijn verstopt; de aanpak van de fiscale constructies die door de Panama Papers werden onthuld, is begraven in een Bijzondere Commissie; en de Karaattaks bracht in 2015 precies 0 euro op.

Ondertussen blijft de regering besparen. Ze wil bij de volgende begrotingscontrole in juli nog eens 3 miljard euro wegknippen uit de begroting. Dat is vooral een probleem in sectoren en diensten waar al jaren sprake is van onderinvesteringen waar met name de zwakken altijd het eerste slachtoffer van zijn. Kijk bijvoorbeeld naar onze gevangenissen, symbool voor onze overheid die letterlijk afbrokkelt.

De bevolking volgt de regering niet…

Dat de marsrichting van de grootste regeringspartij – en dus van de regering zelf – niet snel zal veranderen, blijkt uit het eerste interview met de nieuwe hoofdeconoom van N-VA en ex-KBC man Edwin De Boeck. Hij wil wegen op het beleid, zo lezen we in De Tijd, en wil dat de werkloosheidsuitkeringen in de tijd worden beperkt en dat de lonen en uitkeringen niet langer automatisch stijgen. Deze regering zal ook in de tweede helft van de legislatuur halsstarrig vasthouden aan het begrotingsevenwicht, en zal zich dus ook de volgende jaren van begrotingscontrole naar begrotingscontrole slepen.

Dat biedt kansen voor het sociaal protest en voor de oppositie. De bevolking lijken ze alvast mee te hebben. De lastenverlaging op arbeid levert niet de verhoopte jobs op; het leven wordt duurder. Uit een peiling van De Standaard/VRT (maart 2016) blijkt dat de Vlamingen niet te spreken zijn over de taxshift; zo’n 68% vindt dat de regering onvoldoende inspanningen heeft gedaan om de fiscale lasten rechtvaardig te spreiden.

Daarom gaat het sociaal protest niet liggen. Sinds het aantreden van de regering-Michel vonden grote manifestaties plaats met 120.000, 100.000 en 70.000 betogers. De vakbonden voelen vandaag dat het moment gekomen is om nog een tandje bij te steken. Op 24 juni staakt het ABVV. In het najaar, wanneer de Kracht van Verandering haar tweede verjaardag viert, staan op 29 september een betoging en op 7 oktober een algemene staking gepland.

… maar ook de linkse oppositie niet echt

Extreemrechts stijgt fors ten koste van centrumrechts

Ook de linkse oppositiepartijen spelen in op het twee maten en twee gewichten-gevoel dat leeft. ‘Eerlijk is beter’ en ‘Het kan anders’ zijn sterke slogans. SP.A als Groen profileren zich inhoudelijk sterk. Toch slagen beiden er voorlopig niet in om de regering-Michel echt in verlegenheid te brengen. In de laatste peiling van Het Laatste Nieuws/VTM (mei 2016) blijkt dat de regeringspartijen CD&V en Open VLD wat achteruit en oppositiepartijen SP.A en Groen wat vooruit gaan, maar de enige significante verschuiving in die peiling is die tussen N-VA en Vlaams Belang. Extreemrechts stijgt fors ten koste van centrumrechts.

De regering-Michel gaat halfweg de legislatuur door haar moeilijkste moment, maar daaruit lijkt de linkse oppositie geen duidelijk profijt te halen. Dat is geen goed nieuws voor SP.A en Groen. Al spelen er natuurlijk ook andere elementen dan het bezuinigingsbeleid die maken dat links haar oppositiewerk vooralsnog niet voldoende verzilvert, om de vluchtelingencrisis en de terreur niet te noemen.

Uitdaging

Meryame Kitir, John Crombez en Joris Vandenbroucke
Meryame Kitir, John Crombez en Joris Vandenbroucke© Belga Image

Zoals genoegzaam gekend waren de eerste oppositiejaren voor SP.A moeilijk. De partij was vooral met zichzelf bezig en sleepte ballast uit het verleden mee, lastig om geloofwaardig oppositie te voeren. Steeds weer werd ze er fijntjes aan herinnerd dat de partij mee het systeem van notionele intrestaftrek op poten had gezet of dat de partij nooit echt een breekpunt had gemaakt van een vermogens(winst)belasting. Bijna halfweg de legislatuur zou het argument dat het ‘de schuld van de sossen’ is, stilaan aan kracht moeten verliezen.

Meyrem Almaci
Meyrem Almaci© Belga

SP.A voelt zich vandaag duidelijk meer op haar gemak in de oppositie. De analyse – dat de partij te veel staat en te weinig sociale beweging was geworden – is gemaakt. De interne werking van SP.A staat opnieuw op orde. Op 5 juni stemt het partijcongres over het voor voorzitter John Crombez belangrijke cumulverbod, wat het verse politiek bloed moet ten goede komen. De pionnen zijn reeds verschoven, met Meryame Kitir (federaal) en Joris Vandenbroucke (Vlaams) als nieuwe en jonge fractieleiders. Inhoudelijk sterk, maar echte stemmenkanonnen zijn ze vooralsnog niet – een analyse die eveneens opgaat voor de groene fractieleiders Kristof Calvo en Björn Rzoska. Ook John Crombez profiteert in de polls nog niet van zijn voorzitterschap: bij de peiling van De Standaard/VRT (maart 2016) kwam hij in de top 10 van zijn partij slechts op plaats 4, net achter… Bruno Tobback. Ook Crombez’ collega-voorzitter Meyrem Almaci (Groen) is geen stemmenkanon.

De uitdaging voor de linkse partijen is om in de tweede helft van de legislatuur hun oppositiewerk te verzilveren. Het is te hopen voor de zwakken in onze samenleving dat dat lukt, maar het is verre van zeker. Linkse waarden zijn diep verankerd, maar dat weerspiegelt zich niet in het politieke gewicht van linkse partijen.

De inzet voor de brede linkse beweging is even duidelijk als moeilijk: weer de ‘culturele hegemonie’ heroveren, weer een sociale consensus bewerkstelligen, weer in de geesten van de mensen geraken. Enkel met een Gramsciaanse guerilla zal de maatschappelijke onvrede over de regering-Michel zich ook in het stemhokje vertalen.

Anders dreigt in 2019 voor SP.A het scenario van CVP begin deze eeuw toen ze na 41 jaar onafgebroken aan de macht 8 jaar op de oppositiebanken terechtkwam en dreigt voor Groen een onbruikbaar resultaat van rond de 10%.

Dit artikel verschijnt ook in het meinummer 2016 van Samenleving en politiek.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content