Kamercommissie zet licht op groen voor omstreden deal met Iran

© IMAGE GLOBE

De Kamercommissie Buitenlandse Betrekkingen heeft woensdagmiddag het omstreden wetsontwerp goedgekeurd dat het mogelijk maakt dat België en Iran gevangenen aan elkaar uitleveren. Dat gebeurde na een stevig debat, waarin minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) op aangeven van Groen-Kamerlid Wouter De Vriendt aangaf te zullen bekijken hoe er parlementaire controle kan komen op de eventuele gevolgen van de deal.

De Kamercommissie Buitenlandse Betrekkingen debatteerde woensdag voor de tweede dag op rij over een wetsontwerp van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) waarmee het parlement, als het zijn goedkeuring geeft, instemt met vijf internationale akten. Eén daarvan handelt over een akkoord met Iran over de overdracht van veroordelen, dat de regering in maart sloot.  Die deal kan het pad effenen voor een gevangenenruil met Iran, en is omstreden omdat Teheran zou ijveren voor de vrijlating van de Iraanse diplomaat Assadollah Assadi, die vorig jaar in ons land tot 20 jaar cel werd veroordeeld wegens zijn betrokkenheid bij een verijdelde bomaanslag in Parijs.

De Belgische regering ijvert dan weer voor de vrijlating van een Belgische ngo-medewerker die sinds februari in de cel zit in Teheran.  Het ontwerp beroerde dinsdag en woensdag de gemoederen in de Kamercommissie Buitenlandse Zaken, niet het minst bij de N-VA-fractie. Volgens fractieleider Peter De Roover geeft België het signaal te willen onderhandelen over terroristen en laat de regering zich chanteren. Bovendien is de deal niet van toepassing op de Belgische ngo-medewerker, omdat die vooralsnog niet veroordeeld is, merkte De Roover op. ‘Eigenlijk vertellen we die man dat hij snel veroordeeld moet worden en dan zeker niet in beroep mag gaan’, wierp hij Van Quickenborne voor de voeten.

De ter dood veroordeelde VUB-gastprofessor Ahmadreza Dajalali komt dan weer niet in aanmerking omdat hij niet de Belgische, maar de Zweedse nationaliteit heeft.  Binnen de meerderheid waren vooral Groen en Ecolo bezorgd om de tekst. Fractieleider Wouter De Vriendt vroeg Van Quickenborne om het parlement te betrekken bij de controle op de uitvoering van het verdrag. De minister wil bekijken hoe dat kan en denkt bijvoorbeeld aan parlementaire zittingen achter gesloten deuren, antwoordde hij. De Vriendt wilde ook meer tekst en uitleg over het advies van de veiligheidsdiensten.

Van Quickenborne poneerde daarover dinsdag in de Commissie dat de dreiging tegenover landgenoten onvermijdelijk zou toenemen als de deal niet wordt geratificeerd. De Open VLD-vicepremier legde woensdag uit dat ons land sinds de arrestatie van de Iraanse diplomaat in 2018 druk voelt uit Iran, en het verdrag een kader creëert om met het land te spreken, in de hoop dat Teheran dat met positieve signalen beantwoordt. ‘Sommigen vinden dat we op geen enkele manier met dat land mogen onderhandelen, maar daar ben ik het niet mee eens (…) Dat is ook de analyse van de veiligheidsdiensten.’

Na een kleine drie uur debat werd het wetsontwerp uiteindelijk goedgekeurd in de Commissie. Groen en Ecolo stemden samen met de rest van de meerderheidspartijen voor. De Vriendt haalde onder meer de pakkende getuigenissen van de naasten van de Belgische ngo-medewerker in Iran aan, maar ook het engagement van Van Quickenborne om parlementaire controle te voorzien op de uitvoering van het verdrag, al bleef het ‘geen eenvoudige kwestie’ voor De Vriendt.

Oppositiepartijen PVDA en Vlaams Belang onthielden zich, de N-VA stemde tegen. De stemming in plenaire vergadering is overigens nog niet voor morgen/donderdag. De Vlaams-nationalisten vroegen de goedkeuring van het verslag tijdens een volgende zitting van de Commissie, waardoor de plenaire behandeling van de tekst wellicht opschuift tot een van de laatste zittingen voor het reces.

Partner Content