Is het gerecht milder voor ‘pedofiel’ Sven Pichal dan voor ‘racist’ Dries Van Langenhove?

Walter Pauli

Het Openbaar Ministerie vorderde lagere straffen in de zaak tegen Sven Pichal dan destijds in de zaak tegen Dries Van Langenhove. Is pedofilie minder erg dan racisme?

Eén jaar effectieve gevangenisstraf (op een totaal van 37 maanden), een boete van 8000 euro en vijf jaar ontzetting uit zijn burgerrechten: die straf vorderde het Antwerpse Openbaar Ministerie gisteren tegen voormalig radiomaker Sven Pichal. Pichal wordt beschuldigd van het bekijken en verspreiden van kinderporno. Het gaat om dan 160 beelden en filmpjes ‘van seks met minderjarigen in al zijn perverse vormen’, aldus de procureur. Eerder had de raadkamer Pichal opschorting van straf gegeven voor het bezit en verspreiden van illegale drugs.

Twee jaar effectieve gevangenisstraf, een boete van in totaal 24.000 euro en tien jaar ontzetting uit zijn burgerrechten: die straf vorderde het Gentse Openbaar Ministerie begin dit jaar tegen Dries Van Langenhove. Van Langenhove werd/wordt (zijn zaak wordt inmiddels behandeld door het hof van beroep) beschuldigd van inbreuk op de racismewet, de negationismewet en de wapenwet (wegens illegaal wapenbezit, in casu pepperspray).

Telkens gaat het om forse beschuldigingen.

Bij Pichal gaat het om beelden van kinderen vanaf 1 jaar, waarbij in een besloten chatgroep gefantaseerd werd over ‘het opsluiten van minderjarigen, hen onderplassen, laten bloeden of besmetten met het hiv-virus, en over fysiek geweld’.

Bij Van Langenhove ging en gaat het over de communicatie in een besloten chatgroep. Volgens het Openbaar Ministerie ‘een beerput van hate speech, racistisch en negationistisch materiaal’. ‘Mensen werden ontmenselijkt, werden vergeleken met dieren, met afval. Migranten werden vergeleken met uitwerpselen, met gespuis.’

Op sociale media gaat Dries Van Langenhove flink tekeer: ‘In België worden pedofielen gespaard, terwijl nationalisten gevangen worden gezet vanwege “racistische” memes.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

‘Een onzinnige vergelijking’, zegt Joachim Meese, advocaat en professor aan de Universiteit Antwerpen.

‘Pedofielen komen er beter vanaf dan racisten’: zulke redeneringen klinken goed en worden op sociale media druk becommentarieerd.

Joachim Meese: Het is onmogelijk om de concrete straf, die er hier trouwens nog niet eens is, in zo uiteenlopende zaken te vergelijken. De strafmaat wordt bepaald door het parlement. Daar houdt men natuurlijk rekening met de maatschappelijke context en de gevoeligheden in de samenleving. Dat betekent dus dat ook de straffen voortdurend in evolutie zijn – in 2026 zal er trouwens een nieuw strafwetboek in werking treden. Zo is het seksueel strafrecht recent nog hervormd en zijn de straffen voor inbreuken op de verkeerswetgeving de voorbije decennia stevig omhoog gegaan. Voor sommige inbreuken in het verkeer heeft de wetgever in bepaalde gevallen verplichte sancties opgelegd, zoals een alcoholslot of het afleggen van verplichte proeven voor men opnieuw mag rijden. Die sancties moet de rechter bij veroordeling dan opleggen, hij moet de strafwet toepassen.

Los daarvan moet de rechter wel de nodige marge hebben om de gepaste straf te kunnen opleggen voor het concrete geval. Dat kunnen ook andere modaliteiten van bestraffing zijn, zoals elektronisch toezicht in plaats van gevangenisstraf, of een straf met uitstel. In de eerste plaats moet je dus kijken naar de strafwet om te zien wat er mogelijk is voor het specifieke misdrijf, zowel wat de strafmaat betreft als de modaliteiten. Zo is een werkstraf niet mogelijk voor zedenmisdrijven gepleegd op minderjarigen, maar is het in een dossier van racisme niet per definitie uitgesloten.

Het parlement bepaalt het abstracte kader, maar de rechter heeft toch een marge in zijn eigen beoordeling?

Meese: Ja, maar altijd binnen de marges van het strafwetboek. Daarin staan telkens de minimum- en maximumstraffen. Het Openbaar Ministerie vordert een straf (zoals gisteren in de zaak-Pichal, nvdr), maar dat is eigenlijk slechts ‘een vraag’. De echte beoordeling komt de rechter toe, maar opnieuw: altijd binnen de marges en mogelijkheden die de wetgever heeft voorgeschreven.

In uitzonderlijke gevallen kan de rechter lagere straffen uitspreken dan de minimumstraf, bijvoorbeeld als hij van oordeel zou zijn dat de redelijke termijn is overschreden. Maar een rechter kan in geen enkel geval strenger zijn dan de maximumstraf. Als dat zou gebeuren, zou het Hof van Cassatie die beslissing ongetwijfeld vernietigen. Dat heeft dus geen zin.

‘Ook de persoonlijkheid van de beschuldigde speelt mee in de beoordeling van de rechter. Toonde hij bijvoorbeeld schuldinzicht?

Joachim Meese, advocaat en professor aan de UAntwerpen

Dus als Dries Van Langenhove schuldig wordt bevonden, kan hij moeilijk ‘te streng’ zijn bestraft?

Meese: Het is onzinnig om zonder het dossier goed te kennen concrete strafzaken te beoordelen, zeker omdat een rechter in zijn vonnis rekening houdt met alle argumenten. Daarvoor geeft het strafwetboek hem trouwens de nodige marge. Het is geen toeval dat bijvoorbeeld de mogelijke straf voor diefstal zonder geweld of bedreiging gaat van één maand tot vijf jaar. Was het een eenmalige daad? Een eenvoudige winkeldiefstal of een professionele roof? Werden er waardevolle zaken gestolen? Handelde de dader uit wanhoop? Hoe lang zijn de feiten geleden? Ook de persoonlijkheid van de beschuldigde speelt mee. Toonde hij bijvoorbeeld schuldinzicht?

Mogelijk heeft dat in het geval van Dries Van Langenhove in zijn nadeel gespeeld. Sven Pichal zegt: ‘Het is vreselijk wat ik heb gedaan.’ Hij neemt alle schuld op zich en volgt therapie. Van Langenhove weigerde voor de volgens hem ‘vooringenomen’ rechtbank te verschijnen en vindt niet dat hij iets fouts heeft gedaan.

Meese: Nogmaals, ik ken de concrete dossiers niet, en zoals ik al zei: men kan verschillende strafzaken onmogelijk vergelijken. Anders dan wij beschikt de rechter over het hele dossier. Hij legt alle elementen in balans, weegt die af en komt uiteindelijk tot een besluit. Zelfs als men in de toekomst via artificiële intelligentie alles wat in een strafdossier staat in een computermodel zou kunnen gieten, dan nog zou men vaststellen dat geen twee zaken hetzelfde zijn. Er bestaat niet zoiets als een ‘pasklare straf’ voor een bepaald type misdrijf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content