Journalist Mart Smeets hekelt eigendunk van sportwereld: ‘Wacht tot de wereld weer normaal is’

Mart Smeets: 'Het grote gevaar heet alcohol. Hossen, dansen en zuipen: daar drijft de sport op.' © JACQUELINE DE HAAS

Begin januari waarschuwde Mart Smeets al voor ‘die vreemde infectieziekte’. Bijna een jaar later vervloekt de journalist in een nieuw boek, zijn 59e al, het sportjaar 2020. ‘Primoz Roglic? Doet me niets.’

En zeggen dat 2020 zo’n mooi sportjaar beloofde te worden. Naast de gebruikelijke evenementen verlekkerden we ons op het EK voetbal en de Olympische Spelen. Het coronavirus haalde het allemaal onderuit. De competities die wel doorgingen, voelden onwerkelijk. Sportliefhebber Mart Smeets was er niet gelukkig mee. ‘De sport eiste met grote vanzelfsprekendheid een voorrangspositie op, en men ging daar nog op in ook’, zegt de Nederlandse sportjournalist, nu vier jaar weg bij de NOS. ‘Ik vind het vreemd dat niemand dat ter discussie stelt. Alsof de wereld stopt met draaien wanneer er geen Champions Leaguefinale wordt gespeeld. We beleven een tijd zonder zekerheden waarvan het einde niet in zicht is. Het is toch van de zotte dat uitgerekend sport zo belangrijk blijkt te zijn dat het zich daaraan onttrekt.’

Roomse wielrenners hebben een streepje voor. Ze fietsen makkelijker dan protestantse. Ooit een goeie joodse coureur gezien?

Zijn nieuwste boek, Stille sport, bundelt columns die Smeets schreef over het umheimliche coronajaar 2020. Opvallend is dat hij al op 11 januari waarschuwt voor ‘die vreemde infectieziekte die elders in de wereld begint te escaleren’. Anderhalve maand voor corona in onze contreien groot nieuws wordt. ‘Ik ben geen ziener, hoor. Ik volg het wereldnieuws en niet alleen wat in het kleine kikkerland Nederland gebeurt, want dat is zelden belangrijk. Ik kijk naar de BBC en NBC, lees The New York Times en surf naar de sites van Australische kranten. Daar kon je begin januari al opvangen dat corona iets groots zou worden.’

In januari kon niemand zich voorstellen dat er geen Olympische Spelen of geen EK voetbal zou zijn.

Mart Smeets: Klopt. In januari zag ik niet de schaal van wat corona zou aanrichten, maar ik begreep wel dat we het onderschatten. We leken debiele achterneefjes van Donald Trump: ‘Ach, het is maar een Chinees griepje!’ Dat gebrek aan voorstellingsvermogen heeft West-Europa de das omgedaan. ‘Iets heel ergs kan ons niet overkomen. Nee, dat is voor streken ver weg. Dat overkomt Chinezen, met hun vieze markten.’ West-Europese hoogmoed voor de val.

Bij de tweede golf werd het excuus ‘dat niemand zich dit kon voorstellen’ wel erg pijnlijk. De respons van West-Europa was op het gênante af. Onze regeringen zitten te bidden dat het goed komt, maar doen, welbeschouwd, niets.

In Vlaanderen bent u wellicht het bekendst om De avondetappe een praatprogramma over de Ronde van Frankrijk. Hebt u genoten van de uitgestelde Tour, verreden in september?

Smeets: Ik vond de Tour niet zo bijzonder, moet ik zeggen. Ik heb mezelf ook aangeleerd niet veel te kijken. 42 van die koersjes maakte ik ter plekke mee. Dat zijn 42 maanden van mijn leven waarin ik door Frankrijk doolde om wandeletappes van commentaar te voorzien. Vandaag ben ik een oude man die in zijn eigen huis leuke dingen kan doen. Uit vrije wil kijk ik niet naar wandeletappes, maar ik was de uitzondering. De sportkijker had ernstig behoefte aan levende sport. Dan maar wandeletappes.

De ontknoping maakte me niet enthousiast, zelfs al was de uitslag onverwacht. Primoz Roglic, die het geel finaal verloor, doet me niets. Hij kan ongelooflijk goed fietsen, maar bezit de uitstraling van een dood espenblad. Nederland was ook helemaal niet teleurgesteld dat ‘onze’ Jumbo-ploeg verloor. Je kent die Roglic niet. Hoe klopt zijn hart? Wat denkt hij, wat voelt hij? Uit wat voor nest komt hij en wat heeft hij met schande en schade geleerd? Je weet het niet, en bij die man interesseert het je ook niet.

Mart Smeets: 'Supportersgeluiden monteren is de definitie van fake. Zo godsgruwelijk nep.'
Mart Smeets: ‘Supportersgeluiden monteren is de definitie van fake. Zo godsgruwelijk nep.’© JACQUELINE DE HAAS

Roglic kan het ook niet helpen dat hij introvert is.

Smeets: Zelf zal hij er weinig last van hebben, maar voor een sportbeleving die naar de keel grijpt, moet de mens achter de strijd boeien. Ik keek naar die koers en het deed me niets. Alsof de tijd van Miguel Indurain terug was.

Waarom noemt u wielrennen ‘een katholieke sport’?

Smeets: Wanneer een katholiek zondigt – en er is een tijd geweest dat er in de wielrennerij wel eens gezondigd werd, zeg ik met een knipoog – dan bezoekt hij meneer pastoor. Die zegt drie weesgegroetjes en de zondaar is witgewassen. De aflaat zit in het fundament van de koers. Eddy Merckx knielde vroom toen de paus het peloton zegende voor de Ronde van Sardinië. Alle zonden waren deze renners vergeven. Zelf heb ik geen geloof, ik weet niet wat dat is, maar het valt mij steeds op dat roomse jongens in het wielrennen een streepje voor hebben. Ze fietsen makkelijker dan protestantse. Ooit een goeie joodse coureur gezien?

Zeker voor Vlamingen is de koers heilig. Al zouden er 5 miljoen doden vallen, dan nog wordt de Ronde van Vlaanderen gereden. De Amstel Gold Race wordt afgelast, Parijs-Roubaix wordt afgelast. Geografisch ligt de Ronde van Vlaanderen daar midden in, en toch gaat die koers moeiteloos door. Dat vond ik typerend.

Het gaf een gevoel van normaliteit dat de Ronde van Vlaanderen werd gereden. Het toonde: de wereld is niet vergaan.

Smeets: Ik heb begrip voor die emotie, maar ik haak af bij het idee dat het móét. De Ronde zou gereden worden, wat er ook zou gebeuren, hoezeer de virologen ook zouden smeken om het niet te doen. Het is jullie nationale afwijking.

Sport is entertainment. Tekenend voorbeeld: het ingekorte NBA-seizoen werd in Disney World gespeeld.

Smeets: Wat me milder stemt over de NBA is dat ze nul positieven hebben gehad. Maandenlang in dat compound in Disney World, duizenden mensen in afzondering gezet, maar het is wel gelukt. Wielerteams, American football, voetbalploegen: allemaal hebben ze onderweg gemorst. De NBA, die hiermee bewijst dat ze de best georganiseerde sportorganisatie ter wereld is, niet.

Of we daar met z’n allen blij om moeten zijn, is iets anders. De wereld wilde LeBron James zien dunken en dat hebben ze gekregen ook. Maar het coronaseizoen bracht saai basketbal.

Terwijl u en ik niet bij onze moeder op bezoek mogen, knuffelen voetballers zich krom. We moeten dat maar normaal vinden.

De spelers misten het publiek?

Smeets: Dat heeft ermee te maken, maar ik zie een minder romantische verklaring. De NBA lag vierenhalve maand stil. Rust roest. De spelers leden eerder aan een gebrek aan kracht en souplesse dan dat er te weinig inzet was. Die gedwongen pauze had meer impact dan de lege tribunes.

In de NBA werkte men niet met een geluidsband, zoals in het voetbal. Opgenomen supportersgejoel bootst stadionrumoer na.

Smeets: In het jaar 2020 mag iedereen het woord fake news gebruiken, omdat de voorganger in Amerika dat altijd maar roept, maar supportersgeluiden monteren is de definitie van fake. Zo godsgruwelijk nep. De Bundesliga begon met dat artificiële geluid. Duits voetbal is sowieso al niet om aan te zien en dat werd op bijzonder pijnlijke wijze onderstreept.

Ik geef gaarne toe dat ik geen betere oplossing ken. Want zonder geluid is helemaal vreselijk. Alexander Zverev en Dominic Thiem, twee hele goeie tennissers, speelden de finale van de US Open. Prachtige passeerslagen, wonderlijke stopvolleys. Hard, precies en goed, maar van de tribunes kwam niets. Die grote betonnen kuip in New York galmde als de dood en ontdeed het tennis van zijn charme. Je moet de verblufte reactie van de fans horen om te voelen hoe verbluffend het is.

Aster Vranckx, een achttienjarig Belgisch voetbaltalent, zei in Knack dat hij momenten van vertwijfeling kent bij het zien van de lege tribunes voor de aftrap: ‘Waar zijn we mee bezig?’

Smeets: Een jongen van 18 die dat al snapt, heeft een streep voor op de vele sportbonzen die het niet zien. Of niet willen zien. De beleving in het stadion is afwezig. Voor de kijker thuis krijg je het niet leuk, dus wat moet je dan? Ik zeg: we moeten wachten tot de wereld weer normaal is. Hopen op een vaccin en dat het virus voorgoed gaat slapen. Dus even geen sport: zou dat kwaad kunnen?

Géén sport?

Smeets: Daar moeten we op z’n minst ernstig over nadenken. Maar het zal niet gebeuren, hoor. Want natuurlijk gaat het om geld, zoals bijna altijd en overal. De sportwereld heeft maar één doel: doorgaan. Het koste wat het wil. Empathie is de sportwereld vreemd en al helemaal de leiders van de sport. Al maanden zie ik voetballers elkaar in de armen vallen wanneer ze scoren in lege, doodse stadions. Terwijl u en ik niet bij onze moeder op bezoek mogen, knuffelen voetballers zich krom. We moeten dat maar normaal vinden.

Ik heb te doen met sporters die een lange weg aflegden om op de Olympische Spelen te raken. Nu roept men: ‘Wacht nog even tot 2021, dan kunnen we heus naar Tokio!’ Ik weet niet of dat ervan komt, hoor. Voor die atleten is dat een zware tegenvaller. Je moet dat verwerken als een volwassen man, of vrouw. Een heleboel dingen kunnen nu even niet. Alle kroegbazen ter wereld roepen: ‘Wat een onzin dat wij moeten sluiten!’ Nee, dat is geen onzin. Dat is logisch. Wij moeten allemaal met die logica leren leven, ook al doet het pijn. Waarom zou sport voorgaan?

Het voetbal eigent zich een voorrangspositie toe binnen de sport. Alsof het de voetballers interesseert dat het waterpolo of het handbal niet kan doorgaan. Maar hun wedstrijden? Die zijn onaantastbaar.

Belgische voetbalclubs vroegen overheidssteun. Gebeurde dat ook in Nederland?

Smeets: De eerste patiënten lagen nog niet in het ziekenhuis of ze begonnen al te mekkeren: geef ons geld, anders gaan we kapot! De regering maakte grote sommen vrij en warempel: geen enkele club ging kopje-onder, zelfs niet in de lagere divisies. De overheidstoelage was dus perfect voldoende en werd uiterst efficiënt ingezet, zal ik maar besluiten.

Bij Arsenal moest iedere speler 25 procent van zijn salaris inleveren. Mesut Özil weigerde dat. Nu hebben we het over een voetballer die 410.000 euro per week verdient, in een periode waarin er niet gevoetbald kon worden. God heeft hele vreemde wezens op deze aarde gezet, die niet begrijpen wat er aan de hand is.

Mart Smeets, Stille sport, De Kring, 224 blz, 16,50 euro.
Mart Smeets, Stille sport, De Kring, 224 blz, 16,50 euro.

Als ik een tegenvoorbeeld mag geven: Marcus Rashford van Manchester United dwong de Britse regering om een programma op te zetten voor gratis schoolmaaltijden.

Smeets: Van die voetballer ben ik een grote fan geworden. Daar kan meneer Özil een voorbeeld aan nemen. In een rechtvaardige wereld zou Özil gedwongen worden de lunchpakketjes uit te delen die zijn collega bedongen heeft.

Rashford is een uitzondering, maar in Amerika gebeurt het vaker dat sporters een engagement opnemen. Ik weet niet hoe dat komt. Want onze mensen zijn beter geschoold en hebben waarschijnlijk een betere opvoeding gekregen. Veel is imago, vrees ik. Waarom moet er ook altijd een camera bij zijn wanneer een goede daad wordt verricht? Ik weet niet of jullie dat ook hadden, maar tijdens de Grote Stilstand van dit voorjaar trokken Nederlandse artiesten naar tehuizen voor ouden van dagen om een liedje te zingen. Met een televisieploeg in hun zog. ’s Avonds kregen ze complimenten in de praatprogramma’s. Dat is de mens op zijn kleinst.

Wanneer sporters positief testen op corona worden ze uit competitie genomen. Ik vrees dat sommige ploegdokters de andere kant opkijken wanneer het er echt om spant.

Smeets: Daar moet u niet aan twijfelen. Sporters foefelen. De mens is niet eerlijk. Hét sportverhaal van 2020 is de afscheidswedstrijd van honkballer Justin Turner. Het was de finale van de World Series. In de zevende inning wordt Turner van het veld geplukt: positief op corona. Vanuit het dokterskamertje ziet hij zijn team het kampioenschap winnen. Euforisch rent Turner het veld op. Hossen met de ploegmaats. Zoenen en omhelzen, zónder mondkapje. Ik kan me heel goed voorstellen dat je als mens vindt: nu heb ik die titel gewonnen en ga ik even lekker onverstandig doen. Wat zou u doen? Gezagsgetrouw in dat pokkenkamertje blijven zitten?

Mondkapjes vertellen veel over de volksaard. De Nederlandse regering heeft nooit gezegd dat wij een mondkapje op moeten. Als je over straat loopt in Rotterdam of Groningen zie je misschien drie op de tien er een dragen. De anderen denken: kus mijn kloten. En zet je er wel een op, dan kijken ze je meewarig aan: ‘Ach gut, doe jij ook al mee aan die rage?’ Jullie Belgen zijn daar veel strikter in. Dat stomme eigengereide van de Nederlanders – wij maken zelf wel uit wat slim is – ergert me. Een ander voorbeeld van volksaard, nog veel dramatischer, is wat er in Amerika aan het gebeuren is. 180.000 besmettingen per dag! Trump moest in de aanloop naar de verkiezingen tonen dat het echt allemaal voorbij was… Dit krijg je dan.

Het geduld lijkt op. Zodra de cijfers weer de goeie kant op evolueren…

Smeets: … moeten de cafés open, willen we weer uit dansen en dienen die voetbaltribunes zo snel mogelijk vol te lopen. Hoe beter het gaat, hoe minder men naar virologen luistert: let maar op. En daar komt de derde golf al aan.

Basketbalclub Golden State Warriors nam een wiskundige in dienst om te berekenen hoe hun stadion maximaal gevuld kan worden, zonder de afstandsregels te schenden. Ik vind dat triest. Dat je daar nu aan denkt! De wereld blijft heus draaien zonder dat er fans in de tribunes zitten. Sterker nog, de wereld kan heus zonder basketbal.

Het voetbal eigent zich een voorrangspositie toe binnen de sport. Alsof het de voetballers interesseert dat het waterpolo niet kan doorgaan.

In Japan zijn supporters welkom in het stadion, maar zingen of schreeuwen is verboden. Klappen mag wel.

Smeets: Je bedrijft de liefde met een mooie vrouw, maar je mag niet klaarkomen: zo noem ik dat. En in Japan kan het werken, maar hier nooit. Japanners zijn gewend aan discipline. Dat concept hebben wij een eeuw of vijf geleden afgestoten.

Stel dat het een paar weken hard vriest: komt er dan een Elfstedentocht?

Smeets: Dat zou erg dom zijn indien corona nog rondwaart. Ik kan de argumenten nu al verzinnen: ‘Ja maar, de Elfstedentocht is in de openlucht’ en ‘Gun de mensen iets in deze sombere winter’. De laatste Elfstedentocht lokte meer dan 1 miljoen toeschouwers naar Friesland. Ik herhaal. Meer! Dan! Een! Miljoen! Wie gaat hen thuis houden? Het grote gevaar heet alcohol. Hossen, dansen en zuipen: daar drijft de sport op. Waarom is het Engelse voetbal zo sterk? Omdat je er kunt feesten en losgaan. De wortel van de Premier League is bier.

Bij de eerste lockdown hebben veel sporters hun prioriteiten herbekeken. Sommigen veranderden van coach, anderen stopten.

Smeets: Ik herken dat. Het was een tijd van contemplatie, eens nadenken over de wezenlijke feiten van het leven. Maar nadien moest het wel zo snel mogelijk ‘weer normaal’ worden. Kom hier met dat vaccin, zodat u en ik onze mouw kunnen opstropen en die prik krijgen. Want, denken we, met die prik wordt alles weer zoals voorheen. Alleen is er iets gebeurd waar de moderne westerse maatschappij geen oplossing voor had. Na covid-19 zullen covid-20 en covid-21 ook wel opduiken. Dierenmarkten genoeg in China. Kunnen we wel doen zoals voorheen?

Tot voor 2020 was het voor mij heel normaal om een aantal keren per jaar de oceaan over te vliegen om naar basketbal te kijken, op mijn gemak een rondreis te doen door Canada of gezellig een boekie te schrijven. Kom ik daar nog aan toe? We waren op de huiskamer aangewezen dit jaar. We hebben de wereld weer kleiner moeten maken, en ik denk dat het nog wel een tijd zo blijft.

Op dit moment zijn we vooral doden aan het tellen, maar ik geef u op een briefje dat in 2021 schrijnende persberichten zullen worden geschreven over de langetermijneffecten van corona. Er zijn mensen die het virus opliepen in april en nog steeds als een zachte handdoek op de bank liggen. We weten niets over wat corona doet, maar we roepen wel al dat de voetbalcompetitie in volle glorie moet verdergaan. Welke lelijke verrassingen heeft dat virus nog in petto? Ze wanen zich onkwetsbaar, maar ook jonge, sterke sporters kunnen naar de kloten gaan. Het is niet omdat we het ons niet kunnen voorstellen dat het niet zal gebeuren.

Wat in uw columns terugkeert: u voelt zich zelf al het hele jaar ziek.

Smeets: Ik kom maar niet van een verkoudheid af. Ik voel me naar en ’s ochtends loopt het snot uit mijn neus. Dat is al sinds februari, maar het is geen corona, want ik ben twee keer getest. Mijn huisarts zegt dat hij het ook niet snapt. Waarop ik: ‘Nou, uw studies zijn de moeite waard geweest!’

Mart Smeets

– 1947: geboren in Arnhem, Nederland

– 1973: sportjournalist bij de NOS

– 2003: eerste uitzending van De avondetappe

– 2015: volgt zijn 42e en laatste Tour de France

– 2016: vertrekt bij NOS, becommentarieert NBA voor betaalzender Ziggo Sports

– 2020: publiceert zijn 59e boek, Stille sport

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content