Jongeren springen op nieuw jobaanbod door coronavirus

Astrid Coopman © .

Op de website van de Vlaamse arbeidsbemiddelingdienst VDAB staan 780 nieuwe jobaanvragen die ontstaan zijn door het coronavirus, onder de noemer #covid19. Jongeren die meer tijd hebben nu ze niet naar school of unief gaan, doen er hun voordeel mee. ‘Dit verdient echt wel goed.’

Het aantal tijdelijk werkloze Belgen is deze week opgelopen tot 1.075.000. Met de klassieke uitkeringsgerechtigden, ambtenaren, leerkrachten en mensen in de zorgsector hebben momenteel 3 miljoen mensen recht op een loon of vervangingsinkomen.

Volgens onderzoek van de Vlaamse werkgeversorganisatie Voka heeft minstens de helft van de bedrijven in Vlaanderen tijdelijke werkloosheid aangevraagd. Een kwart van de bedrijven vraagt dat aan voor 100 procent van het personeel. Bijgevolg daalt het jobaanbod aanzienlijk. ‘Exacte cijfers hebben we nog niet’, zegt woordvoerder Joke Van Bommel van de VDAB. ‘Maar de vraag zou met de helft zijn gedaald.’

Landbouw en voeding

In een aantal sectoren wordt dan weer dringend gezocht naar werkkrachten, net vanwege het coronavirus. ‘De eerste oproep kwam van de landbouw’, zegt Van Bommel. ‘Nu de buitenlandse werknemers allemaal naar huis zijn, zitten ze in de groenten- en fruitteelt met een nijpend tekort aan seizoensarbeiders. Ook in de voedingssector is de vraag groot. Daar zijn veel mensen ziek gevallen. Heel wat anderen blijven thuis uit voorzorgsmaatregelen. Terecht, want vanuit het bedrijf wordt gevraagd om thuis te blijven zodra iemand zich een beetje ziek voelt. Er is dan ook een hoog ziekteverzuim.’

Waarom de tijdelijke werklozen niet de mogelijkheid geven aan de vraag naar #covid19-jobs te voldoen, dachten ze bij Voka. De werkgeversorganisatie is nu in overleg voor een regeling waarbij tijdelijke werklozen hun uitkering kunnen combineren met een job. Nu is het zo dat je geen uitkering krijgt voor de dagen waarop je werkt.

Premie van 25 procent

Intussen springen jongeren massaal op de vraag naar werk van bedrijven die met een hoog ziekteverzuim zitten.

Arthur Coopman (19) zit in het zesde jaar middelbaar onderwijs, richting Lichamelijke opvoeding en sport. ‘Mijn punten zijn goed, ik volg de lessen thuis en ik hou me bezig met sport. Op zich zijn mijn dagen gevuld maar ik heb meer tijd over dan normaal. Dan kan ik evengoed gaan werken, vond ik. Via het uitzendbureau waar ik ben ingeschreven, ben ik nu een paar keer per week aan de slag bij een biscuiterie. Ik sta aan de lopende band en pak de koeken in.’

Arthur Coopman: 'Aan het einde van de nachtshift ben ik het echt beu. Maar de verloning maakt veel goed.'
Arthur Coopman: ‘Aan het einde van de nachtshift ben ik het echt beu. Maar de verloning maakt veel goed.’

Omdat de speculoosfabrikant dringend om werkkrachten verlegen zit, krijgt Arthur 25 procent extra op zijn loon als jobstudent. ‘Het verdient echt wel goed. Ik krijg normaal ongeveer 14 euro per uur, daar komt dus 25 procent bij. De nachtshiften zijn van 22 tot 6 uur. Dat is lang maar we wisselen elk half uur van plaats aan de band. We staan op afstand van elkaar en als we per ongeluk toch te dicht bijeen komen, worden we meteen berispt. Nu, het blijft eentonig werk. Aan het einde van de nachtshift ben ik het echt beu. Maar de verloning maakt veel goed.’

Ook de zus van Arthur is aan de slag in de voedingsindustrie. Astrid Coopman (22) zit in haar vierde jaar rechten aan de universiteit van Gent. ‘De colleges zijn goed te volgen thuis, wat dat betreft is er geen verschil met vroeger. Maar nu ik niet heen en weer pendel naar Gent heb ik tijd over. Ik kan me de hele week bezighouden met studeren als ik wil. Maar tussendoor een beetje geld verdienen, een keer buiten zijn en een verandering van activiteit, is ook wel een keer leuk.’

‘Toen het uitzendbureau belde met de vraag of ik kon komen werken, heb ik meteen ja gezegd’, zegt Astrid. ‘De eerste week na de coronamaatregelen ben ik elke dag gegaan. Ik ben aan de slag in een voedingsfabriek waar ze onder andere bladerdeeg maken. Er waren zo veel mensen ziek dat ze dringend nieuwe krachten nodig hadden.’

‘Nu is de vraag wat minder’, vervolgt Astrid. ‘Ik vermoed dat ze de productie wat teruggeschroefd hebben zodat ze het makkelijker met hun vaste mensen kunnen opvangen. Dat komt ook wel weer goed uit want ik heb veel werk aan mijn masterproef. Maar al met al ben ik blij dat ik wat kan bijverdienen.’

Partner Content