Vlinks

‘Ik hoor bij de zelfverklaarde Vlaamse elite nooit: Geef mensen hoop’

Vlinks Vlinks streeft naar een sociaal, rechtvaardig en inclusief Vlaanderen met maximale autonomie.

‘Multinationals en andere fiscale ‘vluchtelingen’ verwelkomen we met open armen, maar we zwellen rood aan en hanteren gortig taalgebruik tegen havelozen’, zo schrijft Vlinks in zijn column.

‘Tant qu’un homme pourra mourir de faim à la porte d’un palais où tout regorge, il n’y aura rien de stable dans les institutions humaines.’ (Zolang ook maar één mens crepeert voor de van weelde uitpuilende paleispoorten zal de maatschappij geen stabiliteit vertonen.)

Dat schreef en drukte Eugène Varlin (ouvrier-imprimeur) in het vuur van de strijd van de Parijse Commune anno 1871. Het Franse establishment reageerde met massa-executies. Dertigduizend communards werden afgeslacht. De Parijse Commune, die rijkdom herverdeelde en vrouwen gelijke rechten gaf, werd met geweld van de kaart geveegd en ‘fraternité, égalité en liberté’ werd boven elke stad- en gemeentehuisingang ingemetseld.

In India vocht Mohandas Karamchand Gandhi, beter gekend als Mahatma Gandhi (1869-1948) met consequent volgehouden geweldloosheid tegen de Britse onderdrukking van zijn land. ‘Satyagraha’, een filosofie waarvan de naam is afgeleid van het Sanskriet voor ‘vasthouden aan de waarheid’, was de rode draad doorheen zijn acties. Hij werd vermoord door een haatdrager.

Martin Luther King (1929-1968), een groot bewonderaar van Mahatma Gandhi, streed met passie en succes voor burgerrechten voor zwarte Amerikanen. Ook hij werd vermoord.

Ik hoor bij de zelfverklaarde Vlaamse elite nooit: geef mensen hoop

Allen werden zij gehaat omdat ze het opnamen voor de zwakkeren.

Vandaag juichen rechts-radicale Duitsers bij uitslaande vlammen uit het dak van een asielcentrum. Rondom mij, in Vlaamse contreien, hoor ik tijdens debatten ogenschijnlijk keurige heren/dames ongeremd het scheldwoord ‘bruinzakken’ uitspreken, om vervolgens tijdens het dessert keuvelend de opportuniteit te bespreken van een aankoop/belegging van een circa vijfhonderdduizend euro kostende villa-met-zicht-op-zee.

In het achterafgesprek krijg ik onze te verdedigen christelijke waarden fors ingepeperd. Waarden die verdedigd moeten worden tegen de nakende zondvloed en de geopende poorten van de hel, met Calais en Grande-Synthe bij Duinkerke als de voorbodes.

Pastoor op de brandstapel

Tussendoor wordt de pastoor van Zeebrugge op de figuurlijke brandstapel gegooid. De hoogmoedige en harteloze taal van graaf Leopold Lippens wordt als de mop van de dag afgedaan en de West-Vlaamse gouverneur Carl Decaluwé geprezen omdat hij de toeristen in de komende maanden een confrontatie met de rauwe realiteit van mensen in nood wil besparen. Zelfs de vermaledijde ‘sossen’ worden voor even al hun erfzonden vergeven omdat Renaat Landuyt gesproken heeft.

Geen woord wordt gerept over onze economische en diplomatieke relaties met dwangregimes en andere haviken. Oorlogsellende, hongersnood en watergebrek, verstikkende onvrijheid, dagelijkse angst voor eigen lijfsbehoud, het recht op menselijk geluk of minstens een zoektocht naar geluk,… komen evenmin aan bod. Ik hoor bij de zelfverklaarde Vlaamse elite nooit: geef mensen hoop, geef mensen uitzicht op menswaardigheid, bied mensen een helder traject aan. Ik hoor alleen een jeremiade met moslimslechteriken in de hoofdrol. Tegelijkertijd wordt een cordon sanitaire opgetrokken rond de ongetwijfeld ook aanwezige positieve verhalen. De fatwa van het eigen grote gelijk versmacht elke nuance.

Hoe groot wordt onze Vlaamse januskop? Hoeveel percentage dr. Jekyll en mister Hyde kweken we ons aan? Hoe diep is onze tong gespleten in het roemen van Vlaamse deugden en het uitslaan van racistische taal? Hoe ver glijden we weg van de Verlichtingsidealen gelijkheid, broederlijkheid en vrijheid voor iedereen? Hoe ver keren we ons af van wat wij – die merendeels in katholieke scholen opgevoed werden – van de belangrijkste passage in het Nieuw Testament: de bergrede, de zaligprediking, dé richtlijn bij uitstek voor leven met waarden en normen.

Het is geen heiligencongregatie die de 298 politiegrensbewakers te paard, met combi, vanuit de lucht en te voet, probeert te verschalken op hun uitzichtloze tochten langs de Vlaamse, Picardische en Normandische kusten op weg naar the white cliffs of Dover. Familiehereniging lokt hen, de taalfaciliteit van het Engels, het snel werk vinden, maar evenzeer hersenspoeling door mensensmokkelaars en de onwetendheid dat in Engeland een inferieur socialezekerheidsstelsel wacht in vergelijking met het dat van Frankrijk of in België. Het Belgische leefloon kan hen vierkant gestolen worden. Zijn ze dan toch minder profiteur dan waar ze voor verweten worden?

Wie (terecht) schreeuwt om normen en waarden dient ze ook consequent toe te passen, ook in moeilijker omstandigheden.

Zij hebben nood aan duidelijkheid, aan begeleiding, aan heldere afspraken, aan inzicht in wettelijke mogelijkheden. En ja, ook aan de door de gouverneur ontzegde boterham. Ja, ze hebben recht op een douche. Ja, de Zeebrugse pastoor mag zijn barmhartigheid tonen. De normen en waarden van onze samenleving zijn dat we ons bekommeren om de zwakkeren. De zwakkeren sterker maken is onze definitie van een links engagement. Dat is ver weg van dubbelhartigheid, van de januskop. Wie (terecht) schreeuwt om normen en waarden dient ze ook consequent toe te passen, ook in moeilijker omstandigheden, ook in geweldloos verzet tegen uitsluiting, stigmatisering en ongenuanceerd denken.

Woorden zijn wapens. Ze brengen steekwonden toe. Ze leiden naar ontmenselijking. Het woordgebruik van de nazi’s ten overstaan van de Joodse medeburgers is hiervan een schoolvoorbeeld. Het veralgemenen en nawijzen van migranten uit Maghreblanden en vluchtelingen uit het Midden-Oosten, met scheldwoorden die je niet wilt horen uit de mond van je kinderen, valt niet onder de categorie van moppen van bedenkelijk allooi, laat staan dat dit taalmisbruik goed te praten valt met een verwijzing naar het folkloristische taalgebruik bij het aanwijzen als ‘ratten’ van de voetbalsupporters van Beerschot-Wilrijk en Harelbeke.

Plat op de buik

Wij halen de steek- en schietwapens niet meer boven waarmee Christus, de Parijse communards, Gandhi en King vermoord werden. We boeken daarentegen een luxecruise of om onze cultuurbagage op peil te houden een groepsreis aan exorbitante prijs bij een Vlaams cultuurfonds. Tussendoor gooien we alle nieuwkomers, alle vluchtelingen op een hoop en staren hen met ons janushoofd aan. Malafide ondernemers kirren van genoegdoening om het permanent aangevulde contingent slaven. Sociale dumping is de verhullende omschrijving. Die vermaledijde Grieken moeten hun duizenden kilometerslange eilandengrenzen maar beter bewaken. Europa blaast koud en warm tot verlamming optreedt. Tussen alle bedrijven door wordt de Vlaamse samenleving opgesplitst in winnaars en verliezers. We hebben het ‘satyagraha’, het stevig vasthouden aan de waarheid van de gelijkwaardigheid van alle mensen, afgezworen. Alle schepselen Gods worden niet met respect en rechtvaardigheid behandeld.

Multinationals en andere fiscale ‘vluchtelingen’ verwelkomen we met open armen. We nemen hun dreigementen ons land weer te verlaten voor lief, we faciliteren hun belastingvlucht, we zien hun gebroken tewerkstellingsbeloften door de vingers, we hakken op expansievraag en expansiemaat bossen om. Voor hen gaan we plat op de buik, maar zwellen rood aan en hanteren gortig taalgebruik tegen havelozen. Willem Vermandere schreef en zong profetische woorden. Zijn we zo bang geworden dat we mensenrechten alleen voorbehouden aan expats, de door multinationals telegeleide, hooggeschoolde ‘vluchtelingen’ van het nakende TTIP-tijdperk?

Terwijl ons vermanend vingertje druk blijft zwaaien, vertrappelen onze voeten de grondwet van de samenleving: gelukkig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden.

Vertaald naar vandaag: solidariteit.

Johan Velghe, kernlid en woordvoerder van Vlinks

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content