Peter Mertens (PVDA)

Hoe democratisch is De Stemtest van VRT en De Standaard als hij op voorhand partijen uitsluit?

Peter Mertens (PVDA) Kamerlid PVDA

Peter Mertens, voorzitter van PVDA+ maakt brandhout van argumenten om zijn partij niet op te nemen in De Stemtest. ‘Dit zijn truuken van luie Charel’

De linkse PVDA+ zit niet in De Stemtest. Het consortium dat De Stemtest organiseert; doet het zelf niet, maar laat twee politologen een kast vol argumenten uitkieperen, om aan te geven dat het maar best zo is, zo’n stemtest zonder PVDA+. Toch kan niemand onder de muffe geur van die zolderargumenten uit.

De PVDA+ is een opkomende politieke kracht in heel het land, dat is een nuchter feit. Bij de jongste verkiezingen haalde onze partij 52 gemeentelijke verkozenen, en 8 procent van de stemmen in de tweede grootste stad van het land, Antwerpen, Alle peilingen geven aan dat de PVDA+ verder aan het doorgroeien is, met 3,7 procent in Vlaanderen, 6,7 procent in Brussel en 7,5 procent in Wallonië volgens de meest recente peiling. Dat is allemaal van geen tel, zo zeggen de politologen Walgrave en Rihoux in De Morgen (06/03), je moet al in het parlement zetelen vooraleer je in onze Stemtest mag deelnemen.

De PVDA+ ‘moeilijk te onderscheiden’ van andere partijen? Kom zeg!

Met welke legitimiteit legt het organiserend consortium een extra filter op de verkiezingen op? Op die vraag wensen Walgrave en Rihoux niet te antwoorden. Of toch wel: ‘Als er te veel partijen inzitten, daalt de kwaliteit van het instrument want partijen kunnen dan niet meer zinvol van elkaar onderscheiden worden.’ Ik kan beide politologen gerust stellen: dat argument gaat niet op voor de PVDA+. Dat is het hem nu net. De PVDA+ biedt op heel veel thema’s een verfrissende stem, een dissonante stem, een andere stem.

Of het nu gaat om over het schorsen van werklozen, over het recht op brugpensioen, over het systeem zelf van de GAS-boetes, over de notionele interestaftrek, je kan niet zeggen dat de PVDA+ met de stroom meedrijft en ‘moeilijk te onderscheiden is’ van andere partijen. Als dat echt het criterium zou zijn – waar ik niet voor ben – dan wil ik graag wel een paar tips geven over partijen wiens sociaaleconomisch programma erg gelijklopend is. Maar goed, uiteraard is dat het criterium niet. Het is precies andersom. Door de PVDA+ uit de stemtest te houden vergroot de stemtest precies het unisono gedachtengoed, en het eenheidsdenken dat het politiek debat versmacht.

‘Te veel partijen, dat is te complex hoor!’ Met alle excuses, maar dat zijn wel truuken van luie Charel. Ten eerste is dat niet veel complexer; ten tweede hebben we al dikwijls een stemtest met 7 of 8 partijen gehad, ten derde geven de auteurs dat ook zelf toe want op het moment dat de PVDA+ wel parlementaire verkozenen zal halen dan zal de partij wel in de stemtest worden opgenomen schrijven ze zelf; en ten vierde is het nu éénmaal de realiteit dat er tijdens verkiezingen ook opkomende partijen zijn, vernieuwers, outsiders die de gevestigde partijen uitdagen. Verkiezingen dienen ook om aan de burgers de kans te geven om vernieuwing te brengen, en een min of meer objectieve stemtest zou daarbij inhoudelijk moeten helpen in plaats van a priori bepaalde vernieuwingen uit te sluiten.

Er is al een hele reeks systeembevestigende drempels

De twee politologen, die voor het organiserend consortium alle kastanjes uit het vuur moeten halen, weten dat ook: ‘De stemtest is op deze manier een wat conservatief instrument. Nieuwkomers, of partijen die voorlopig te klein zijn, komen niet in aanmerking.’ Ja, het is conservatief en systeembevestigend om de klassieke machtspartijen systematisch te bevoordelen. Ze krijgen miljoenen euro’s overheidsgeld, ze hebben honderd keer meer mediatoegang dan opkomende partijen, ze moeten niet telkens duizenden en duizenden voordragende kiezers gaan zoeken om te mogen deelnemen aan de verkiezingen, ze moeten niet knokken voor elke debatdeelname, en ze hebben het op die manier veel gemakkelijker om grote provinciale kiesdrempels te halen.

In Nederland werd Jan Marijnissen destijds met 1,2 procent van de stemmen in de Tweede Kamer verkozen, het begin van de landelijke doorbraak van de Socialistische Partij van Nederland. In ons land zou Marijnissen geen schijn van kans hebben gehad, door de kiesdrempel. En volgens mij is de SP Nederland zeker en vast een verrijking voor het democratische debat in Nederland. En dan is er nog de grap met de nationale lijstnummers. De enige partij die in heel het land opkomt, is de enige partij die geen nationaal lijstnummer krijgt. Neen, de stemtest is heus niet de enige conservatieve drempel die erg systeembevestigdend werkt.

Het gelijkheidsbeginsel is democratischer

Bij verkiezingen kan je twee principes hanteren. Ofwel start je van het gelijkheidsbeginsel, dat – het zou geen detail mogen zijn – officieel door de grondwet wordt gehanteerd. Bij verkiezingen komt iedereen gelijk aan de start, en is het de kiezer die de grootte en omvang bepaalt. Er kunnen wel minimale formele criteria bestaan, zoals het opkomen met volle lijsten in alle kieskringen, maar in principe krijgen alle deelnemers min of meer gelijke toegang tot de publieke ruimte en tot de media. Zulk systeem bestaat bijvoorbeeld bij de presidentsverkiezingen in Frankrijk, waar alle kandidaten exact even veel tijd krijgen tijdens de debatten. En deels ook in Nederland waar alle landelijke deelnemers allen drie clipjes van zes minuten krijgen op de openbare omroep.

Ik pleit voor de ideeënstrijd, voor discussies rond de maatregelen die de komende regering wel of niet zal nemen. Kortom, om de democratische weegschaal te hanteren bij de verkiezingen.

Ofwel neem je een totaal andere invalshoek, het grootheidsbeginsel. Dat is wat blijkbaar er bij de huidige vorm van De Stemtest momenteel gebeurt. Grote partijen krijgen, op basis van de zetels die ze reeds hebben, meer toegang tot de publieke ruimte en tot de media. Deze aanpak werkt uiteraard systeembevestigend: hoe groter en machtiger, hoe meer invloed, hoe meer toegang in de media, hoe meer stemmen. In die zin is het grootheidsbeginsel uiteraard helemaal niet democratisch.

Het grootheidsbeginsel stimuleert vervlakking en eenheidsdenken

Nieuwe partijen die de gevestigde orde uitdagen, vertrekken dan niet van op de startmeet, maar van twintig meter achter die startmeet. Dat is een ernstig democratisch deficit dat in stand wordt gehouden door de machtspartijen zelf. En dit systeem heeft ook grote collateral damage.

Het fnuikt het inhoudelijke debat. De neoliberale consensus en de nationalistische consensus worden niet in vraag gesteld. Het vergroot de vervlakking en eensgezindheid onder de traditionele partijen. Er komt geen of weinig sociale kritiek op hun beleid. Over essentiële kwesties zoals armoede, jeugdwerkloosheid, commercialisering van het klimaat, klassenjustitie of fiscale pamperpolitek hoor je geen politieke stem van onderuit.

We hebben 41.420 mensen bevraagd om ons programma af te toetsen en verder op te stellen. Hoe breed moet ons draagvlak worden? We zijn gegroeid tot 7.800 leden, vooral actieve, geëngageerde leden die een frisse wind in de samenleving laten horen. Een partij beoordeel je niet alleen op haar vroegere electorale uitslag. Maar ook op haar ledenaantal, op haar slagkracht, op haar invloed in de sociale bewegingen, op de grondigheid van haar programma en voorstellen, op de analyses van haar specialisten, op de activiteit van haar gemeentelijke mandatarissen, enz.

Het is het organiserend Consortium misschien niet opgevallen, maar de negen sociale wetenschappers die in De Morgen een erg onderbouwd stuk hebben geschreven om de PVDA+ vanuit democratisch oogpunt op te nemen in De Stemtest zijn allemaal jonge wetenschappers. Ze behoren tot een nieuwe generatie, die het Koude Oorlog-denken al lang voorbij zijn, die in de 21ste eeuw werken en niet in het verleden, die heel die muffe alleen-wie-al-een-pluchen-zetel-heeft-logica ver achter zich laten en vernieuwend willen werken.

De PVDA+ of andere opkomende partijen uit de keuzemogelijkheden halen, dat is een kramp van het verleden. Kijk naar de toekomst, laat de kiezers de kaarten schudden, en laat alle kaarten in het spel zitten. De Stemtest start slechts op 22 april, er is nog tijd om deze vergissing te herzien, en zich aan te sluiten bij een open, transparante en democratische cultuur. Zet de ramen eens open, en laat een frisse wind toe. Dat ademt beter.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content