Hevig verzet werkgevers tegen ontslagregeling brengt CD&V in lastig parket

Joachim Coens op 16 maart 2020. © Belga
Tex Van berlaer
Tex Van berlaer Journalist Knack

Een bonte coalitie van socialisten, groenen, PVDA, Vlaams Belang en CD&V heeft elkaar gevonden in een economisch gevoelig dossier.

Daags na de chaotische vertoning in de Kamer, blijft de opschorting van de opzegtermijn voor ontslagen werknemers nazinderen. Woensdag keurde een bonte coalitie van socialisten, groenen, PVDA, Vlaams Belang en CD&V een ingrijpend SP.A-wetsvoorstel goed. Daardoor zullen werkgevers die werknemers in tijdelijke werkloosheid voorgoed de laan hebben uitgestuurd plots moeten opdraaien voor de opzegvergoeding.

Tot nu toe neemt de sociale zekerheid die som minstens gedeeltelijk op zich. De huidige wet voorziet dat de uitkering wegens tijdelijke werkloosheid – als gevolg van de coronacrisis – de opzegvergoeding vervangt.

Ongehoord, vindt de SP.A. Enerzijds ligt die uitkering lager dan de opzegvergoeding. Anderzijds vindt men het onaanvaardbaar dat de staat zou moeten opdraaien voor ontslagen werknemers. Fractieleider Meryame Kitir spreekt van ‘snelle en goedkope ontslagen‘.

De voorstanders krijgen de volmondige steun van de vakbonden. ‘De opzegkost verschuiven naar de sociale zekerheid is verkeerd, want daar is die helemaal niet voor gemaakt’, liet ACV-kopman Marc Leemans al weten op Twitter.

Die steun contrasteert volledig met de woedende reactie van werkgevers. Wat hen het meest schandaliseert is de terugwerkende kracht van de maatregel. Werkgevers die de afgelopen maanden op een wettelijke manier afvloeiingen doorvoerden, dreigen nu plots alle opzegvergoedingen te moeten bekostigen. De wet zal immers met terugwerkende kracht gelden vanaf 1 maart. Zowel het VBO, het NSZ als Unizo spuwen hun gal.

De werkgeverorganisaties zullen de druk ook blijven opvoeren. Zo zegt Unizo-experte Caroline Deiteren dat ze parlementsleden opnieuw zal vragen om rekening te houden met de situatie op het terrein. ‘Een restaurant dat noodgedwongen ontslagen moest doorvoeren zal na de versoepelde regeling rond tijdelijke werkloosheid plots opzegvergoedingen moeten betalen waar geen geld voor is’, zegt ze. Unizo vreest zo veel meer faillissementen.

Meer en meer staan de “economisch liberale” partijen geïsoleerd in dit soort stemmingen.

Open VLD-fractieleider Egbert Lachaert

Verzuiling

De hevige reacties van voor- en tegenstanders brengen vooral de CD&V in een lastig parket. De partij heeft van oudsher banden met zowel de ACV als Unizo. Hoewel de hoogdagen van de verzuiling al een tijd achter ons liggen, zijn die contacten nog steeds bestaande. Vorig jaar stelde voormalig Unizo-topman Karel Van Eetvelt zich nog ei zo na kandidaat als CD&V-voorzitter.

De spreidstand manifesteert zich ook binnen en tussen de CD&V-fracties van de Kamer en het Vlaams Parlement. Zo hoopt Vlaams Parlementslid Robrecht Bothuyne, zelf ooit werkzaam bij Unizo, dat de wetgeving juridisch waterdicht is. ‘Het retroactief aanpassen van regels lijkt me juridisch nogal onzeker’, zegt hij. Ook moet er goed gekeken worden naar de impact op de overlevingskansen van bedrijven, klinkt het. ‘Ik neem aan dat de collega’s in de Kamer dezelfde bezorgdheden hebben.’

Volgende week al wordt het wetsvoorstel in de plenaire vergadering verwacht. Tegenstemmers Open VLD, MR en N-VA zullen zich beraden of ze een poging ondernemen om juridisch advies aan de Raad van State te vragen. Unizo ziet daar eveneens heil in. Zo zou snel moeten blijken of de terugwerkende kracht niet indruist tegen de wet.

‘Het advies kan voor veel wetsvoorstellen gevraagd worden en dat kan hier ook’, zegt CD&V-Kamerlid Nahima Lanjri. ‘Ik denk dat men geen advies zal vragen omwille van het feit dat dit probleem dringend moest worden aangepakt. Er is een hiaat in de wet gedicht en dat was echt nodig.’

De positie van CD&V is ook opmerkelijk tegenover regeringspartners Open VLD en MR. Doordat de kwestie wordt geregeld door het parlement en niet via een regeringsbeslissing, wordt opnieuw duidelijk hoever de regering-Wilmès afstaat van een parlementaire meerderheid. De oranje-blauwe minderheidsregering kreeg het vertrouwen van negen partijen, maar kan steunen op amper 38 van de 150 zetels.

In normale tijden zou een dergelijke wisselmeerderheid van regeringspartij CD&V met oppositiepartijen SP.A, PS, Groen, Ecolo, PVDA en Vlaams Belang aanleiding geven tot groot tumult. Nu passeert het quasi geruisloos. ‘Meer en meer staan de “economisch liberale” partijen geïsoleerd in dit soort stemmingen’, stelt Open VLD-fractieleider Egbert Lachaert vast.

Voor sommigen toont dit opnieuw aan hoezeer er nood is aan een regering. Verschillende partijvoorzitters hebben al te kennen gegeven dat ze een volwaardige ploeg op de been willen brengen tegen september. De druk stijgt op de Wetstraat om niet in gespreide slagorde de economische coronacrisis te bekampen. Zoals N-VA-Kamerlid Valerie Van Peel het op donderdag op Radio 1 verwoordde: ‘We zitten met een minderheidsregering met volmachten en een parlement waar de meesten geen toekomstvisie meer uitdragen. Dat is gedoemd om miserie te geven.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content