‘Het is hoog tijd dat het Vlaams Parlement zijn democratische macht grijpt’

‘De rol van het parlement is al jarenlang geen échte democratie waardig, zoals die door John Locke ooit ontworpen is. Covid heeft die tendens versterkt. We moeten daar nu lessen uit trekken’, schrijft Vlaams parlementslid Maurits Vande Reyde (Open VLD).

Het Vlaams Parlement moet de macht nemen die hem toekomt. De belangrijkste beslissingen voor, tijdens en als het zo verder gaat ook na Covid worden genomen zonder dat je daar als Vlaams volksvertegenwoordiger “ja” tegen zegt. De rol van het parlement is al jarenlang geen échte democratie waardig, zoals die door John Locke ooit ontworpen is. Covid heeft die tendens versterkt. We moeten daar nu lessen uit trekken. De wetgevende macht behoort ons parlementsleden toe als verlengde van de bevolking. Niet de regering, niet de administratie en al zeker niet aan partijen.

De meest ingrijpende Covid-maatregelen in Vlaams beleid werden het voorbije jaar niet gestemd in het Vlaams parlement. Of het nu om de vele maatregelen in het onderwijs gaat, de beperking op jeugdactiviteiten of het stopzetten van zorg in voorzieningen. Vorig week werd het opnieuw duidelijk dat het Vlaams Parlement geen rol van betekenis speelt. Eerst werd het fysiek onderwijs beperkt zonder stemming. De volgende dag werd ook het afstandsonderwijs geannuleerd. Niet na een stemming door vertegenwoordigers van het volk. Wel na een schrijffout in een artikel en “een goed gesprek” gesprek tussen minister en onderwijsbonden.

Het is hoog tijd dat het Vlaams Parlement zijn democratische macht grijpt.

Hoever zijn we afgegleden wanneer iets als het recht op onderwijs, één van onze meest fundamentele basisrechten in Vlaams beleid, zo makkelijk beperkt kan worden zonder enige democratische stemming? Met 124 parlementsleden staren we daarnaar alsof het normaal is.

Begrijp me niet verkeerd. Het geheel van maatregelen, ook die in onderwijs, zijn nodig. Als verantwoorde politicus begrijp ik ze, leg ze uit en verdedig ik ze. Zelfs wanneer dat tot veel emotionele gesprekken met ondernemers en ouders leidt. Maar ik kan één cruciaal ding niet zeggen: dat ik ze ook gestemd heb. Als volksvertegenwoordiger en democraat knaagt dat.

Dat is helaas geen verhaal van Covidmaatregelen alleen. Het parlement heeft ook in normale tijden te weinig controle en leiding over de belangrijke beslissingen. Het begint al bij het regeerakkoord. Dat is – weinig verrassend- een akkoord van de regering. Waarom bestaat er niet zoiets als een parlementsakkoord? Bij de jaarlijkse begrotingsgesprekken worden beslissingen traditioneel ’s nachts genomen. Opnieuw door de regering. In een normale democratie zou dat andersom lopen. Eerst beslissen en stemmen wij in het parlement. Daarna mag de regering zijn suggesties doen. Ministers in mijn domeinen zijn dan altijd welkom op mijn bureau.

Door Covid is de democratische reflex verder overboord gegooid. Dat vloeit nu ook door in niet-corona beleid. Grote sommen relancegeld worden wekelijks aangekondigd door ministers in de pers. Parlementsleden kunnen er enkel opnieuw een zoveelste vraag om uitleg over maken. Dat is niet zoals het hoort.

Uiteraard zijn er wel debatten en kan je als hardwerkend parlementslid invloed uitoefenen. Via resoluties, via de kabinetten. Maar waarom zouden we ons daarmee tevreden stellen? Wij hebben in theorie de volledige wetgevende macht. Dé absolute controle. Het parlement is in principe de ying en yang van elke euro belastinggeld, elke morzel vrijheid waarover beslist wordt. Het zou de regering en partijen moeten zij die invloed moeten uitoefenen op ons.

Wanneer je op deze uitermate belangrijke nagel slaat, wekt dat bij het merendeel van parlementsleden in meerderheid en oppositie meewarige reacties op. “Je kan toch een resolutie schrijven en bij je kabinet langsgaan?” of “We zitten toch in de meerderheid, het zijn toch ook onze mensen die beslissen, wat verschil zou het geven?”.

Ik betreur dat. De corona maatregelen zouden dan misschien niet heel anders zijn. Op lange termijn zorgt meer parlementaire macht wel degelijk voor beter beleid, dat minder gesloten genomen wordt en daardoor minder onderhevig is aan verzuiling. Meer nog gaat het het democratisch principe. Daarvoor moet je steeds aan het volgende denken: ooit kunnen er mensen aan de macht komen die onze rechtsstaat en vrijheden voor iedereen helemaal geen warm hart toedragen. We verzwakken nu de parlementaire democratie. Zij kunnen daar later handig gebruik van maken. Ooit kunnen we daar dus wel eens enorm veel spijt van krijgen.

Er is niemand die onze wetgevende macht afneemt. Wij staan ze met 124 volksvertegenwoordigers vrijwillig af. Ik weet dat er bij elke politieke fractie volksvertegenwoordigers zijn die zich daar niet langer bij willen neerleggen. Meerderheid, oppositie en politieke meningsverschillen zullen altijd bestaan. Maar over één ding moeten ons nu verenigingen: het is tijd om onze parlementaire macht terug te grijpen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content