De (s)preekstoel van Knack.be

‘Heb je de bescherming van God nog nodig met zoveel veiligheidsmensen om je heen?’

De (s)preekstoel van Knack.be Knack.be maakt ruimte voor religie en levensbeschouwing

De luchthavenpastor van Brussels Airport Edwin Delen staat stil bij de aanslagen van een jaar geleden.

De Heer houdt de wacht over je gaan en komen..(Psalm 121: 8)

In beide kapellen op Brussels Airport ligt een boek waarin reizigers iets kunnen schrijven. Deze tekst staat op de eerste bladzijde, als een gebed. Ze worden wekelijks blad na blad gevuld:

I’m not religious, I found your chapel a wonderful and inspiring place to meditate, it’s so simple and direct, I can now appreciate the appeal of Protestantism.., anyway, thanks for a moment of calm and peace in such a busy place..

Wat doet de kerk in de luchthaven, zo’n plek van snel komen en gaan? Hebben mensen wel tijd om daar met geloof bezig te zijn? Is het daar niet eerder vacation of business as usual en is in de geseculariseerde cultuur, waar een luchthaven bij uitstek een beeld van lijkt te zijn, wel nog plaats voor God? De luchthaven, een plaats volgens sommigen te vluchtig voor een gebed, te oppervlakkig voor een Bijbeltekst.

‘Heb je de bescherming van God nog nodig met zoveel veiligheidsmensen om je heen?’

Brussels Airport is een dorp waar zoveel verschillende culturen, beschavingen en levensbeschouwingen samenkomen, meestal zonder de minste botsing op dat kruispunt van luchtwegen. Als de wereld een dorp geworden is, dan ligt het samengebald op de luchthaven.

Aankomst en vertrek, in die twee delen is ze verdeeld. De aankomsthal, in al haar redelijke soberheid bevindt zich onderaan en de vertrekhal in haar verblindende pracht, met haar verleidelijke winkels en restaurants, bevindt zich bovenaan. Daar zijn de twee kapellen, aan Gate A en B. Net als in de psalm is een luchthavenaalmoezenier betrokken bij het komen en gaan van mensen, bij hun reizen, hun weg.

Niet enkel in ruimte, in gaan en komen is God ons nabij, maar ook in tijd, overdag en bij nacht, God slaapt niet. Ook de luchthaven, die slaapt niet.

Overdag kan de zon je niet steken noch de maan in de nacht. De Heer is je schaduw. God is je zo nabij als je eigen schaduw. Een schaduw zet elke stap onvermijdelijk met je mee, je schaduw aarzelt wanneer jij aarzelt, ze loopt, wanneer jij rent, ze twijfelt wanneer je de weg kwijt bent…

Veiligheid en bescherming zijn na 22/03 een dagelijkse zorg voor Brussels Airport.

Te midden van deze zoektocht naar bijna absolute veiligheid zegt deze psalm: ‘God is je wachter, bewaker.’

Heb je de bescherming van God nog nodig met zoveel veiligheidsmensen om je heen? Blijkbaar wel, want dat is wat dikwijls terugkomt in de dagboeken in de kapel, als een gebed, als een besef, dat ondanks al onze inspanningen we ten diepste de behoefte ervaren onze weg, onze reis, ons leven in zijn handen te leggen.

‘Willen we, op een plaats waar niets aan het toeval overgelaten wordt, nog wel horen dat God onze bewaarder is?’

Willen we, op een plaats waar niets aan het toeval overgelaten wordt, nog wel horen dat God onze bewaarder is? Zoeken we de zekerheid niet eerder bij onszelf, in de veilige omgeving die we zelf hopen te creëren?

In een cultuur waar God voor velen slaapt, zeggen dat Hij niet slaapt, in een cultuur waar hemel en aarde leeg lijken te zijn, toch beweren dat je bescherming van God komt die hemel en aarde bij elkaar houdt, op de plaats waar hemel en aarde elkaar zo concreet raken als de luchthaven..

Vandaag reizen we meer dan ooit, het is ook makkelijker geworden en de luchthaven is een kruispunt waar al die reizende mensen samenkomen. Steden en continenten zijn verbonden in een paar uur tijd.

Rust en stilte zoeken

Soms lijkt de reis een doel op zich te zijn. Je kunt je niet voorstellen hoeveel selfies mensen nemen op de luchthaven: kijk, ik reis, maar waarom en waar naartoe? Ik reis, dus ik ben. En onderweg je afvragen waarom je nu weer op weg bent? Hij zal je voet niet laten wankelen. Ik kan mij goed voorstellen dat mensen struikelen over hun eigen voeten omdat ze de snelheid en het gemak waarmee ze reizen zelf niet meer kunnen volgen. En voor wie dan rust en stilte zoeken te midden van de haast en het lawaai die onvermijdelijk met de luchthaven verbonden zijn, is er een kapel, en een boek. De aanwezigheid, vanuit de kerk, probeert verbondenheid en gemeenschap, zin, betekenis en bestemming te laten zien op een plaats voor sommigen te vluchtig voor een gebed, te oppervlakkig voor een psalm.

Op 22/03 werden in Hangar 41 meer dan duizend mannen, vrouwen en kinderen verwelkomd en verwarmd door de vrijwilligers van de Emergency Care Team (ECT), die speciaal zijn opgeleid voor noodgevallen op de luchthaven.

Ik zag Joodse mannen bidden in een lange rij. Zelf bad ik met New-Yorkers, terwijl zakenmensen ongeduldig wachtten, troostte twee minderjarigen, meisjes uit Texas terwijl mijn collega’s bij ECT hen te eten en drinken gaven.

De stilte, de rust, het verdriet was overweldigend. Kinderen speelden voetbal en hun moeders staarden in de leegte.

Net na de middag bezocht ik Zaventem, waar passagiers die van de luchthaven vluchtten hun weg naar Brussel zochten. Ik hielp hen aan taxi’s, sommigen reden gratis.

Ik zal nooit de sfeer van verbondenheid vergeten, de ervaring één grote gemeenschap te zijn in rouw om een breuk in menselijkheid, misschien niet snel te genezen, maar zeker nooit te vergeten.

Edwin Delen van de Verenigde Protestantse Kerk van België is verantwoordelijke van het luchthavenpastoraat in Brussels Airport.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content