“Gps schakelt terug naar 1999”

(Belga) Mensen kunnen na zaterdag misschien problemen krijgen met hun navigatiesysteem. Het global positioning system (gps) van het Amerikaanse leger reset zichzelf namelijk. Moderne apparaten, waaronder smartphones en smartwatches, zijn daar al op ingesteld, maar wie een ouder systeem heeft, moet de software daarvan bijwerken.

Het gps-netwerk bestaat uit tientallen satellieten in een baan rond de aarde. Die sturen constant signalen met hun positie en de tijd naar beneden. Als navigatietoestellen met drie satellieten tegelijk in verbinding zijn, kunnen ze uitrekenen waar ze precies zijn. In de code zit een soort telraam dat begint bij 0 en gaat tot 1.023. Elke week schuift het systeem één stapje op. Na week 1.023, dus ruim 19 jaar, springt het systeem weer naar nul. Dat heet een gps-omwenteling. Dat het telraam maar tot 1.023 gaat, komt door de technologie die beschikbaar was toen gps werd ontwikkeld, in januari 1980. In augustus 1999 sprong het telraam voor het eerst terug en in de nacht van zaterdag op zondag gebeurt het voor de tweede keer. Als de gps teruggaat naar nul, denken navigatiechips dat het 1999 is. Het kan dan gebeuren dat bepaalde navigatiesystemen moeilijk verbinding maken en hun locatie moeilijker kunnen bepalen of geen verwachte aankomsttijd kunnen uitrekenen. Niet alle navigatiesystemen maken gebruik van gps. Ook de tegenhanger van de Russische overheid, Glonass, is opengesteld voor commercieel gebruik. De Europese Unie werkt ook aan een eigen sattelietnavigatiesysteem, Galileo. (Belga)