Geen uitwijzingsstop voor Iraanse vrouwen

Protesten in Iran
Kamiel Vermeylen

Ondanks het tumult in Iran past het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen zijn beleid voor Iraanse vrouwen niet aan. De groenen reageren ongerust.

‘Ik kan niet terugkeren. De familie van mijn vader heeft me proberen te vermoorden en probeert dat nog steeds. Ik vecht voor mijn leven.’ Drie weken geleden verscheen er op sociale media een filmpje van een Iraanse vrouw die vanuit de luchthaven van Zaventem naar haar thuisland werd teruggestuurd. De twintigjarige is naar eigen zeggen Iran ontvlucht om aan een gedwongen huwelijk te ontsnappen. ‘Open gewoon de deuren’, riep ze op het vliegtuig. De Franstalige openbare omroep RTBF berichtte over het voorval.

Nu er al weken hevige protesten woeden in Iran die gewelddadig worden neergeslagen door de Iraanse autoriteiten, stelt zich de vraag op welke manier België moet omgaan met vrouwen die het regime ontvluchten. Bij Ecolo/Groen meent men alvast dat ons land meer inspanningen moet leveren. Afgelopen donderdag vroeg Kamerlid Samuel Cogolati (Ecolo) buitenlandminister Hadja Lahbib (MR) om uitleg. ‘Durft u asiel te verlenen aan al die Iraanse vrouwen die op de vlucht zijn voor de vervolging van het regime?’

De haren afknippen in de Kamer is een belangrijk statement, maar het mag niet bij symboliek blijven

Wouter De Vriendt

Fractiewoordvoerder Groen

In Duitsland riep minister van Binnenlandse Zaken Nancy Faeser (SPD) vorige week nog op tot een algemene uitwijzingsstop naar Iran. Het terugkeerbeleid is er weliswaar een bevoegdheid van de zestien deelstaten. Zover wil Groen nog niet gaan. ‘We moeten bescherming bieden aan wie op de vlucht is. De haren afknippen in de Kamer is een belangrijk statement, maar het mag niet bij symboliek blijven’, aldus fractievoorzitter Wouter De Vriendt.

Maar volgens topman van het onafhankelijke Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS) Dirk Van den Bulck is er niet meteen een reden om het beleid rond de beoordeling van de asielaanvragen uit Iran te wijzigen. ‘De status van subsidiaire bescherming dient om mensen te beschermen tegen het risico op willekeurig geweld bij een gewapend conflict. Maar van een gewapend conflict is er in Iran momenteel geen sprake’, klinkt het. Een beslissingsstop zoals vorig jaar werd ingevoerd voor vluchtelingen uit Afghanistan, is dus niet aan de orde.

Wel worden de ontwikkelingen in Iran volgens Van den Bulck aandachtig in de gaten gehouden. ‘We sprongen al zeer voorzichtig om met wie door de Iraanse autoriteiten als activist of politieke tegenstander wordt bestempeld. Zeker omdat daar in Iran veel willekeur rond bestaat – de ene activist wordt al wat meer getolereerd dan de andere, maar iedereen kan er op eender welk moment verdwijnen of opgesloten worden.’

Van den Bulck stipt aan dat de situatie in Iran nog voor de recente ontwikkelingen al zeer problematisch was. Net daarom ligt het erkenningspercentage voor Iraniërs volgens de CGVS-topman al een tijdlang erg hoog. De eerste acht maanden van dit jaar werden 307 beslissingen genomen voor 368 personen. 32 procent van hen kreeg een beschermd statuut. Dat is weliswaar minder dan in 2020, toen het erkenningspercentage nog 52 procent bedroeg. ‘Maar dat heeft louter te maken met de individuele profielen en beoordelingen, het beleid is niet veranderd’, klinkt het.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content