Kathleen Van Brempt (Vooruit)

‘Europese Unie moet zich veel beter kunnen beschermen tegen gerichte aanvallen op de democratie’

Kathleen Van Brempt (Vooruit) Europarlementslid voor Vooruit

Kathleen Van Brempt blikt vooruit naar de laatste State of the Union van Europees Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker, en de stemming over mogelijkte sancties tegen Hongarije.

Europees Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker geeft vandaag zijn jaarlijkse State of the Union. Het zal zijn laatste zijn. Het wordt interessant om Junckers speech te vergelijken met zijn allereerste State of the Union uit 2015. Toen luidde het dat dit de ‘Commissie van de laatste kans’ was. Het ongenoegen van de Europeanen over de aanpak van de financiële crisis, de toenemende ongelijkheid die daarvan het gevolg was en angst dat de steeds kleiner wordende welvaartstaart ook nog eens gedeeld moest worden met migranten, zou immers een vernietigende impact kunnen hebben op het Europese project. Een jaar later kozen de Britten voor de Brexit.

Europese Unie moet zich veel beter kunnen beschermen tegen gerichte aanvallen op de democratie.

De voorspelling dat de dobbelstenen in heel Europa zouden vallen, is niet uitgekomen, maar het Europese project is wel degelijk verder aangevreten door nationalisten, extremisten en populisten die de aanval hebben ingezet op de Europese democratie en de rechtsstaat. Hoe goed Juncker het straks allemaal zal uitleggen, er rust wel degelijk een loodzware verantwoordelijkheid op zijn schouders. Hij is er immers niet in geslaagd twee van zijn meest zwaarwegende beloften waar te maken: de migratiecrisis aanpakken én van Europa een Unie maken die ‘een sociale triple A’ verdient.

In 2015 lanceerde Juncker het idee van de Sociale Pijler voor de Europese Unie, een pakket pan-Europese sociale rechten voor Europese burgers. Artikel 3 van het Verdrag stelt immers dat de Unie het ‘welzijn van haar volkeren én de duurzame ontwikkeling van Europa zal bevorderen (…), sociale uitsluiting en discriminatie zal bestrijden, én sociale rechtvaardigheid en bescherming, de gelijkheid van vrouwen en mannen, de solidariteit tussen generaties en de bescherming van de rechten van het kind zal bevorderen.’ De Sociale Pijler die in 2017 werd goedgekeurd, garandeert weliswaar op papier ‘gelijke kansen en toegang tot de arbeidsmarkt, billijke arbeidsvoorwaarden, sociale bescherming en inclusie’, maar veel meer dan een stapel papier is het niet geworden. Ofwel kondigt Juncker straks concrete maatregelen aan om alsnog die woorden in daden om te zetten en er voor te zorgen dat de Sociale Pijler nog voor de Europese verkiezingen geïmplementeerd wordt, ofwel is zijn Commissie mede verantwoordelijk voor het woekerende extremisme in Europa. Want laat ons duidelijk zijn, sociale ongelijkheid is de voedingsbodem bij uitstek voor extremisme en nationalisme.

Hoewel hij een ‘Europa dat beschermt’ heeft beloofd, heeft Juncker niet voor de sociale bescherming van de Europese burgers gekozen, maar zal hij die bescherming straks verengen tot de bescherming van onze buitengrenzen. In de nieuwe Europese meerjarenbegroting verdrievoudigen de middelen voor migratie nagenoeg, maar bijna 70 procent daarvan gaat naar grensbeschermingsinitiatieven. Die aandacht voor de buitengrenzen is wel degelijk broodnodig, maar als alle aandacht enkel daarnaar uitgaat, is de balans wel helemaal zoek.

Door het ontbreken van een duurzaam en solidair Europees migratiebeleid hebben nationalisten en populisten de kans schoon gezien om de Europese basiswaarden onderuit te halen.

In 2015 zei Juncker al dat de ‘migratiecrisis’ urgent was, vandaag is dat nog steeds zo. Juncker mag dan beweerd hebben ‘de meest politieke Commissie ooit’ te hebben samengesteld, hij heeft nauwelijks een steen kunnen verleggen in de rivier. Juncker is niet opgewassen gebleken tegen het nationaal-egoïsme van de lidstaten, die de hete migratieaardappel nu al jaren naar elkaar doorschuiven. Door het ontbreken van een duurzaam en solidair Europees migratiebeleid hebben nationalisten en populisten de kans schoon gezien om de Europese basiswaarden onderuit te halen, de democratie en de rechtsstaat te ondergraven en stap voor stap illiberale en autocratische regimes te installeren binnen de grenzen van de Unie. De Unie heeft dus niet enkel een bescherming van haar buitengrenzen nodig, maar net zozeer – en misschien wel véél meer – een bescherming tegen de aanvallen op de democratie binnen haar grenzen.

De afgelopen dagen hebben ons geleerd dat we het woekerende extreem-rechtse gedachtengoed niet mogen onderschatten. De onthullingen over Schild en Vrienden in ons land, de pogingen tot infiltratie in bestuursorganen en de overlappingen met bestuurspartijen zijn uiterst zorgwekkend. Vooral omdat het helemaal niet gaat om een exclusief Vlaams probleem, maar vertakkingen kent in de hele Unie. Extreem-rechtse groupuscules cirkelen in heel Europa als satellieten rond grote partijen die in verschillende lidstaten regeringen leiden of in de regering zitten. Dat is een nieuw fenomeen. In het verleden waren dergelijke groepen enkel geaffilieerd met eerder marginale extreem-rechtse partijen. Nu schurken ze zich gevaarlijk dicht tegen de macht aan en leggen ze als koekoeken hun eieren in het nest van bestuurspartijen.

Juncker is er alvast niet in geslaagd het anti-democratische beest aan de ketting te leggen.

Op dezelfde dag waarop Juncker zijn State of the Union houdt, zal er door het Europees parlement ook gestemd worden over een voorstel aan de Raad om artikel 7 voor Hongarije te activeren. Of het parlement er in slaagt om een sanctiemechanisme tegen Hongarije in gang te zetten, is geen uitgemaakte zaak. De hele ECR – de fractie waarin ook de N-VA zetelt – heeft in de bevoegde commissie tégen gestemd. Straks zal N-VA zich bij de stemming over Hongarije onthouden. Dat toont aan hoe moeilijk nationalisten het hebben om ondubbelzinnig afstand te nemen van anti-democratisch extremisme. Of het parlement het rapport over Hongarije goed keurt, zal morgen echter afhangen van de Europese Volkspartij, waar de partij van Orban deel van uitmaakt en waarin ook CD&V zetelt. Merk op: CD&V zal voor een sanctie tegen Hongarije stemmen.

De Europese sociaal-democraten stemmen uiteraard ook voor de inwerkingtreding van artikel 7, weliswaar in het besef dat dat onvoldoende zal zijn om een autocraat als Orban tegen te houden. De Unie moet zich veel beter kunnen beschermen tegen gerichte aanvallen op de democratie, en het principe huldigen dat ’tolerantie voor de intoleranten’ een gevaar is voor de Europese basiswaarden. De bescherming van de democratie en de rechtsstaat zal dan ook een belangrijk topic worden voor de volgende Europese verkiezingen. Want Juncker is er alvast niet in geslaagd het anti-democratische beest aan de ketting te leggen.

Hoewel we iets helemaal anders bedoelen, geef ik Orban wel gelijk, toen hij in Transsylvanië tegen de leider van Schild en Vrienden zei: ‘Als we niet snel wakker worden, zal de toekomst er dramatisch anders uitzien.’ Het wordt inderdaad de hoogste tijd dat alle Europese democraten wakker worden en het gevaar binnen de Europese grenzen ernstig nemen. Zoniet zal de toekomst er heel zeker dramatisch anders uitzien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content