‘Een vermogensbelasting is geen kwestie van revanchisme of jaloezie, maar van gezond verstand’

© .

‘Het overgrote deel van onze politici zit nog steeds vast in een manier van denken die zegt dat je ons sociaal systeem kunt redden door het kapot te bezuinigen. Dat is niet zo’, concludeert Geert Schuermans na het schrijven van zijn boek ‘Een jaar in de wereld van de ongelijkheid’.

Voor zijn boek ‘Een jaar in de wereld van de ongelijkheid’ (Uitgeverij EPO) interviewde stafmedewerker van Samenlevingsopbouw Vlaanderen Geert Schuermans politici en waarnemers over de toestand in ons land. Het boek ligt vanaf deze week in de winkel. Deze week kan u een aantal voorpublicaties lezen op Knack.be:

Zaterdag: Koen Geens: ‘Dat een vuilnisman minder verdient dan een bankier volgt geen logica: het is gewoon zo’

Zondag: Ive Marx: ‘Als de politieke wil er is, dan is een vermogenskadaster perfect mogelijk’

Maandag: Johan Van Overtveldt: ‘Het debat over ongelijkheid wordt soms al te simplistisch gevoerd’

Dinsdag: Paul De Grauwe: ‘Ook bij ons gaan vermogen en een overdaad aan politieke invloed stilaan hand in hand’

Wat is u het meeste opgevallen tijdens het schrijven van ‘Een jaar in de wereld van de ongelijkheid?

Geert Schuermans: ‘Dat iedereen het er in min of meerdere mate wel over eens is dat een meer gelijke samenleving – wat niet hetzelfde is als een volledig gelijke samenleving – de betere keuze is. Politici van bijna alle partijen – ook ter rechterzijde – erkennen dat. Maar dat is misschien omdat ze ook aanvoelen dat de bevolking dat ook vindt. Dat blijkt althans uit alle enquêtes. Belangrijker dan de politici is echter dat ook specialisten beamen dat meer gelijke samenlevingen, samenlevingen zijn die beter functioneren. Op allerhande domeinen: de democratie functioneert beter omdat de machtsverschillen tussen groepen minder groot zijn, volgens de milieubeweging is het zelfs essentieel om naar meer duurzaamheid te streven… en misschien nog het meest interessante: ook economen zijn er stilaan uit dat er meer gelijkheid goed kan zijn voor de economie. De Oeso – toch geen linkse club – becijferde recent nog dat de ongelijkheid in België. ons land 13 miljard euro of 3,3 procent van ons BNP kost.’

Mede dankzij het werk van Thomas Piketty wordt er veel gepraat over het thema, maar verandert er ook iets op het terrein?

‘Het heeft het voorbije jaar inderdaad flink wat aandacht gekregen, dat komt door het fantastische boek van Piketty. Maar ik denk ook dat het komt omdat veel gewone mensen aanvoelen dat er iets niet klopt. Sinds de crisis in 2008 hebben zij – vanwege de fouten van de financiële elite – een enorme besparingsgolf over zich heen gekregen. Bijna wekelijks klinkt er wel een nieuwe maatregel die hun koopkracht aantast.

Tegelijk zien ze dat die financiële elite niet moet meebetalen. Integendeel via Karaattaksen en taksrulings ontspringen ze zelfs de dans. Dat komt natuurlijk door een enorm machtsonevenwicht. Grote vermogens kunnen met één druk op een knop beslissen om enorme sommen geld in een land (of een economische sector) te investeren… of niet. Dat maakt dat ik niet de indruk heb dat er op het terrein veel ten goede verandert, integendeel zelfs.’

Hoe doet België het in vergelijking met andere landen?

‘Op het vlak van inkomensongelijkheid doet ons land het relatief goed. Samen met Frankrijk is België een van de weinige landen waar die vorm van ongelijkheid de voorbije decennia stabiel gebleven is. Maar toch zie je dat wij de jongste jaren ook afgeleiden. Ik vermoed dat die trend zich door de huidige besparingsgolf zal doorzetten. De meest-kwetbsaren zullen daar het eerste slachtoffer van worden en daar zijn we bij Samenlevingsopbouw erg bezorgd om. Vooral ook omdat ons land het op het vlak van armoedebestrijding al niet zo goed doet. Op dat vlak bevinden we ons slechts in de buik van het Europese peloton. Vooral mensen die enkel van een uitkering moeten rondkomen, lopen groot gevaar om in armoede terecht te komen. De reden daarvoor is dubbel: enerzijds liggen onze minimumuitkeringen nog steeds onder de Europese armoedegrens, anderzijds hebben vooral de meest kwetsbaren een te eenzijdig disciplinerend activeringsbeleid over zich heen gekregen. Dat laatste heeft nogal wat gaten in de sociale bescherming geslagen.’

Wat zijn de belangrijkste uitdagingen voor de politiek?

‘Je kunt ongelijkheid en armoede niet met één wondermaatregel uit wereld helpen. een progressieve vermogensbelasting op de topinkomens, uitkeringen boven de Europese armoedegrens … het is allemaal belangrijk. Maar ik denk dat de belangrijkste uitdaging voor deze generatie politici er vooral in bestaat hun manier van denken te wijzigen. Het overgrote deel van onze politici zit nog steeds vast in een manier van denken die zegt dat je ons sociaal systeem kunt redden door het kapot te bezuinigen. Dat is niet zo.

Economen als De Grauwe, Stiglitz, Krugman zijn het daar allemaal over eens en de bewijzen stapelen zich op dat de landen die zich niet in een uitzichtloze besparingsbeleid hebben gestort, de crisis veel beter doorstaan hebben. Vorige week bleek nog dat de lonen in België – dat toen nog niet in de besparingsspiraal zat – de vijf jaren na de crisis het meest gestegen zijn. Politici moeten beseffen dat investeren in mensen op lange veel meer opbreng.

Pas op: dit is geen oproep alles maar bij het oude te laten. Integendeel: we moeten hervormen. Maar de eisen van een amorfe elite die onder de noemer ‘de markten’ schuilgaat, mogen daar nooit het richtsnoer voor zijn. Het doel moet zijn om een systeem te verkrijgen dat iedereen de kans geeft om aan de samenleving mee te doen. De belangen van de meest kwetsbaren moeten daarbij het kompas zijn. Dat is een kwestie van rechtvaardigheid, maar vooral ook van gezond verstand. Als je in hen investeert, maak je het mogelijk dat zij mee aan onze samenleving bijdragen, en daar worden we allemaal beter van.’

Heeft u het gevoel dat onze politici de problematiek serieus nemen?

‘Zoals gezegd, beweren ze allemaal dat te veel ongelijkheid niet goed is voor een samenleving. maar woorden zijn goedkoop. The proof of the pudding … en als ik naar de maatregelen kijk die genomen worden, kan ik enkel vaststellen dat er permanent gekozen wordt voor de belangen van zij die hebben. Diegenen die minder geluk hebben, zoals werklozen en mensen die met een leefloon moeten rondkomen, worden getroffen. Door maatregelen, maar ook door een heel stigmatiserend discours.

Dat is trouwens geen steen naar de huidige meerderheid. Het probleem stelt zich al langer. Zo was de beperking in de tijd van de werkloosuitkeringen – een maatregel waarmee je de armoede gewoon organiseert – een beslissing van de vorige federale regering.

Maar het gaat ook subtieler. Neem de decentralisatie van bevoegdheden naar het lokale niveau – vaak zonder de bijhorende middelen – die Hard boven Hart onlangs terecht aankaartte. Mensen die in rijke gemeentes wonen, gaan daar geen last van hebben, wie dat geluk niet heeft, wel. Ik denk trouwens niet dat dat kwade wil is. Wel geloof ik dat de reflex om na te denken over het effect dat een maatregel – die op het eerste zich evident lijkt – heeft op de zwakkere in de samenleving, bij de meeste van onze politici helemaal weg is. ik vind dat zeer zorgwekkend.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content