De toekomst van ons technisch onderwijs: ‘Bedrijven voelen het tekort aan technische profielen’

STEM-onderwijs © iStock
Elisa Schanzer
Elisa Schanzer Medewerker Knack.be

‘Onze bedrijven zoeken steeds meer naar technische profielen’, zegt Willem Vansina van de VDAB. Maar die vraag naar technische scholing staat in contrast met het nog steeds negatieve beeld dat technische opleidingen met zich mee slepen.

Er waren nog nooit zo weinig scholieren ingeschreven op een ‘vakschool’, schrijft De Standaard. Dat komt deels door het negatief imago die technische studies in het secundair onderwijs nog altijd hebben, zeggen onder meer VDAB en VOKA.

Uit cijfers die Vlaams Parlementslid Jos De Meyer (CD&V) opvroeg bij de onderwijsadministratie blijkt dat twintig jaar geleden een kleine 60.000 scholieren nog kozen voor een studie in de nijverheidsrichtingen: hout, auto, bouw, koeling en warmte, en mechanica en elektriciteit. Ondertussen is dat cijfer gezakt naar zo’n 44.000 in het schooljaar 2016-2017.

Katrien Rosseel, woordvoerster van minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V), nuanceert de cijfers. ‘De afgelopen vijf jaar gaat het om een relatief lichte daling in de tweede en de derde graad van het beroeps- en technisch onderwijs: van 44.569 in 2012-2013 tot 44.194 in 2016-2017.’

De arbeidsmarkt wordt almaar krapper waardoor het moeilijk wordt om technische vacatures ingevuld te krijgen.

Toch zijn deze lage cijfers een probleem, vindt Tom Demeyer, woordvoerder van werkgeversorganisatie VOKA: ‘Onze bedrijven zijn steeds meer op zoek zijn naar technische profielen. De arbeidsmarkt wordt almaar krapper waardoor het moeilijk wordt om technische vacatures ingevuld te krijgen.’

Willem Vansina, hoofd van de studiedienst van de VDAB, is het met Demeyer eens. ‘Onze bedrijven voelen zeker een tekort aan technisch personeel. Dat is een reëel probleem en hindert de groei van Vlaamse bedrijven. Ik denk niet dat we al in Duitse situaties komen, waar een aantal bedrijven effectief gestopt zijn door een personeelstekort. Maar ook in ons land zouden bedrijven kunnen gaan verhuizen of zelfs het werk stopzetten als ze geen personeel vinden’, klinkt het.

Naar de schoolbank

Docent Techniek aan de Arteveldehogeschool Bart Huyghe denkt dat er weinig scholieren en hun ouders voor technische richtingen kiezen doordat er nog steeds te veel misverstanden over bestaan. ‘Technische scholen van vandaag zijn niet meer zoals de vakscholen van vroeger. Wie naar een technische school gaat loopt niet meer in een doodlopend straatje, maar heeft een sterk profiel op de arbeidsmarkt en wordt meer gewaardeerd dan ooit. Het tso biedt ook heel wat doorstroomrichtingen aan, waardoor het geen belemmering vormt om verder te studeren in het hoger onderwijs.’

Rania el Mard, voorzitster van de Vlaamse Scholierenkoepel (VSK), ziet de mentaliteit wel enigszins veranderen bij de scholieren zelf. ‘Je merkt dat zij zelf zoeken naar een richting die bij hen past, vooral wanneer ze naar de tweede of derde graad gaan. Het vergt ook veel moed om van richting te veranderen. We vinden begeleiding enorm belangrijk, want scholieren weten niet altijd wat studierichtingen inhouden.’

De Vlaamse Scholierenkoepel denkt dat het watervalsysteem een rol speelt bij de negatieve perceptie van tso en bso. ‘Vandaag zien we veel mensen die in het aso begonnen en dan zogezegd moeten “zakken” omdat ze een richting hebben gekozen die niet past bij hun talenten en interesses’, zegt el Mard. ‘We zouden scholieren meer begeleiding moeten bieden bij hun studiekeuze, waarbij rekening gehouden moet worden met hun talenten en competenties. Op die manier zouden er waarschijnlijk meer inschrijvingen zijn in het tso en bso. Aso, tso en bso zijn allemaal evenwaardige studieniveaus, en zo moeten ze ook erkend worden.’

Vandaag zien we veel mensen die in het aso begonnen en dan zogezegd moeten ‘zakken’

De STEM-monitor van de Vlaamse overheid meet jaarlijks hoeveel scholieren een STEM-studie (wetenschap, techniek, ingenieurswetenschappen en wiskunde) kiezen. Enkel in het aso zou een duidelijk positieve trend bestaan bij scholieren die voor een STEM-richting kiezen. In de tweede graad bso is er een lichte stijging, bij tso wordt een status quo opgetekend. Ook in de derde graad is er een status quo voor tso, maar daalt het aantal jongeren die voor een bso STEM-studie kiest.

‘STEM in tso en bso verdient de nodige aandacht, want dit is geen gewenste evolutie. Er blijft duidelijk ruimte voor een meer positieve keuze pro-STEM in tso en bso’, besluit het rapport.

Technische profielen winnen aan belang

‘Bedrijven zoeken vandaag mensen die als operator of productieleider een hele productielijn kunnen overzien,’ zegt Vansina van VDAB. ‘Dat zijn ook profielen die we bij verdere automatisering en bij robotisering nog steeds nodig zullen hebben. Vandaag verdwijnen er vooral jobs in de laag- en middengeschoolde bediendensector die eerder repetitief werk doen, doordat automatisering vooral daar zit. Dat is meteen een van de redenen waarom afgestudeerden van sommige tso- en bsorichtingen die op de dienstensector voorbereidt het vandaag zo moeilijk hebben om aansluitend op hun studie werk te vinden.’

Modernisering van het secundair onderwijs

Met de modernisering van het secundair onderwijs, die op 1 september 2019 start, wil Onderwijsminister Crevits het voor jongeren makkelijker maken om een studie te kiezen die bij hen past. ‘Om die reden is er een nieuw overzichtelijk studieaanbod gemaakt’, klinkt het. ‘Daaruit blijkt dat heel veel technische richtingen bijvoorbeeld een zeer goede voorbereiding op hogere studies zijn. Dat is niet altijd zo bekend.’

‘De brede eerste graad en het afschaffen van de schotten tussen aso, bso en tso, één van de oorspronkelijke doelstellingen van de hervorming van het secundair onderwijs, heeft het uiteindelijk niet gehaald’, zegt Vansina. Hij erkent wel dat andere positieve evoluties wel hun weg gevonden hebben naar het akkoord, zoals duaal leren.

Ook werkgeversorganisatie VOKA gelooft in duaal leren, waarbij jongeren naar school gaan en ervaring opdoen op de werkvloer. ‘Ik denk dat dat ervoor gaat zorgen dat die richtingen aantrekkelijker worden. We zijn daar nu voorzichtig mee gestart in Vlaanderen, maar in Duitsland en Nederland is men daar al veel langer mee bezig. De Vlaamse overheid spreekt nu ook over snuffelstages die men gaat aanbieden aan veertienjarigen. Zo krijgen ze een kans om sneller in contact komen met het bedrijfsleven, waardoor jongeren misschien sneller voor een technische richting kiezen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content