Jean-Marie Dedecker (LDD)

‘De dood van Mawda had vermeden kunnen worden als de politie en het parket hun werk hadden gedaan’

‘Zou het Comité P niet beter gaan vissen in de haaientank van de justitie- en politietop in plaats van achter het net stekelbaarsjes van dienders te gaan vangen?’ Aldus Jean-Marie Dedecker over het onderzoek van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten na de dood van Mawda.

Het is uiteindelijk niet de agent die de trekker overhaalde die alleen verantwoordelijk is voor de dood van Mawda, maar het schuldig verzuim van zijn oversten. Het collectieve geheugen is echter blijven hangen bij emotie en medelijden, en waarheidsvinding werd zo maar bijzaak.

Het blijkt nu dat het tragisch ongeval vermeden had kunnen worden als de opperste sabelslepers en toga’s bij de politie en het parket hun werk hadden gedaan.

Enkele weken geleden werd het verslag van het onderzoek, dat gevoerd werd door de dienst enquêtes van het Comité P over de zaak van de Koerdische peuter, bekend gemaakt. Merkwaardig genoeg was het enkel toegespitst op de pakkemannen die ‘op het terrein’ hebben gehandeld, en bleven de hoge pieten buiten schot. Schuldig verzuim of een doofpotoperatie?

De dood van Mawda had vermeden kunnen worden als de politie en het parket hun werk hadden gedaan.

Even recapituleren. In de nacht van 16 op 17 mei 2018 werd een verdachte bestelwagen Peugeot gedurende 70 kilometer achtervolgd op de E42 door de wegpolitie van Namen tot in Maisiéres. In het kader van Operatie Medusa werd de wagen toevallig opgemerkt en dan opgejaagd. Er werd zelfs een kind buiten de ramen gestoken in de hoop de achtervolgers af te schrikken. Mensensmokkelaars trachtten de politiewagens voortdurend van de weg te rijden. De dolle achtervolging eindigde om 2u02 in een helletocht en een tragedie waarbij de tweejarige peuter Mawda door een ongelukkige politiekogel het leven liet in een bomvol busje met dertig mensen zonder papieren, waaronder vier kinderen.

Het gerechtelijk leugenpaleis ging onmiddellijk op volle toeren draaien. De herauten van het Bergense parket kwamen aanvankelijk met valse verklaringen aangelopen maar na een autopsie moesten ze toegeven dat de peuter door een politiekogel uit een 9 mm Smith & Wesson om het leven was gekomen.

Meer dan acht maanden na de feiten zijn er veel cruciale vragen in dit dossier nog niet beantwoord, of wil men ze niet beantwoorden.

Toegegeven, de ouders van Mawda weigerden heel vroeg in het onderzoek (later werkten ze mee aan het onderzoek, nvdr.) ook om de mensensmokkelaar, die aan het stuur zat en dus medeverantwoordelijk was voor de dood van hun dochter, aan te wijzen. En wie de maffia betaalt om illegale praktijken uit te voeren, in dit geval 3000 Britse pond voor een volwassene en 2000 voor een kind, is ook minstens medeschuldig aan de gevolgen, hoe hartverscheurend ze ook mogen zijn.

Maar eigenlijk had het ongeluk niet mogen gebeuren. Het is merkwaardig dat er – volgens het onderzoek van Comité P – op het achtervolgde voertuig een plaatsbepalingsapparaat was bevestigd, een ‘Frans baken’ en dat de federale gerechtelijke politie van Oost-Vlaanderen daarvan op de hoogte moest gebracht zijn door onze Zuiderburen.

Buitenlandse politiediensten kunnen voor grensoverschrijdende of internationale operaties immers enkel optreden onder het gezag, de leiding en het toezicht van hun Belgische collega’s. Volgens de Wet op de Bijzondere Opsporingsmethoden moet er voor dergelijke operaties een machtiging tot observatie aangevraagd en afgeleverd worden door de procureur des Konings.

Bovendien moet de politie bij dergelijke operaties ervoor zorgen dat ze te allen tijde goed overzicht houdt op de omstandigheden gedurende de volledige rit, met de bedoeling de veiligheid en de fysieke integriteit van de getransporteerde personen te waarborgen. De observatie van het illegaal personentransport moest dus letterlijk ook geschaduwd worden door een observatieteam dat moet ingrijpen wanneer het dreigt mis te lopen.

Meer nog: volgens de wet moet er in ieder geval een interventie op het voertuig gebeuren ten laatste op de eindbestemming, om er zeker van te zijn dat de passagiers van het illegaal transport niets zou overkomen. In geen geval mag men dus het transport laten rijden zonder observatieteam, en dat is dus net wat de federale gerechtelijke politie wél heeft laten gebeuren.

De toevallige en niet geplande tussenkomst van de wegpolitie is vooral misgelopen omdat ze niet op de hoogte was gebracht door haar gerechtelijke collega’s. De rechterhand wist echter niet wat de linker bekokstoofd had.

Kris Daels, voormalig undercoveragent, docent aan onder andere de Hogeschool Gent en gastdocent aan de Oost-Vlaamse politieschool, publiceerde in De Juristenkrant nr. 383 een artikel: ‘Zaak Mawda: wat verzwegen wordt in verslag Comité P‘. Hij fileert op rechtswetenschappelijke wijze de fouten van de gebruikte politionele onderzoekstechniek bij de achtervolging.

Daels komt tot het besluit dat het om een ‘bewaakte’ doorlevering van personen ging die bij wet verboden is. ‘Op vandaag, meer dan acht maanden na de feiten, is de meest prangende vraag in dit dossier nog steeds niet beantwoord. Ofwel is er in dit dossier een machtiging tot observatie, en dus een machtiging tot een (verboden) bewaakte doorlevering van personen afgeleverd door de procureur des Konings. Ofwel heeft de federale gerechtelijke politie haar medewerking verleend aan een internationale observatie met een bewaakte doorlevering van personen, zonder de procureur des Konings daarvan op de hoogte te brengen. In beide gevallen kan men er niet omheen dat er dan ernstige professionele fouten zijn gemaakt, met de dood van een tweejarig Koerdisch meisje tot gevolg.’

Kris Daels was jarenlang undercoveragent bij de federale politie. Hij infiltreerde succesvol in het drugsmilieu, liet zich op gevaar van zijn eigen leven opsluiten in de gevangenis en schreef over zijn wedervaren de autobiografie Alpha 20. De bestseller werd zelfs verfilmd maar het leverde hem een heksenjacht, een preventieve schorsing en een resem rechtszaken van zijn oversten op – die hij ondertussen allemaal won. Tijdens zijn Kaltstellung door de federale gerechtelijke politie werkte hij als parlementair medewerker van LDD en studeerde hij af als jurist.

Zou de gilde van zwarte toga’s nu ook niet beter opkomen voor hun collega-jurist?

Naar aanleiding van bovenstaand artikel in De Juristenkrant werd zijn bijbaantje als docent aan de Oost-Vlaamse politieschool plots opgezegd. Zou het kunnen dat zowel het Gentse parket, als hoofdcommissaris Luc Cap, directeur van de Federale Gerechtelijke Politie van Oost-Vlaanderen, daarop hebben aangedrongen bij Pascal Vandenhole, de opleidingsdirecteur van de school?

Zou de gilde van zwarte toga’s nu ook niet beter opkomen voor hun collega-jurist? Bij de roeptoeters en mediageile activisten van Progress Lawyers Network, die van de dubieuze asielproblematiek hun handelsfonds hebben gemaakt, blijft het nu oorverdovend stil. De ouders van Mawda hebben nu een verblijfsvergunning en de agent van de wegpolitie is het hangende Barbertje.

Zou het Comité P niet beter gaan vissen in de haaientank van de justitie- en politietop in plaats van achter het net stekelbaarsjes van dienders te gaan vangen?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content