Dalilla Hermans: ‘Door De Slimste Mens zeggen mensen nu: ah, die kan toch lachen’

Redactrice Ann Peuteman in gesprek met Dalilla Hermans op de Antwerpse Boekenbeurs © Leyla Hesna
Stavros Kelepouris
Stavros Kelepouris Journalist Knack.be

Op de Antwerpse Boekenbeurs ging opiniemaakster Dalilla Hermans met Knack in gesprek over haatmail, racisme, en onnozele verwijten. ‘Ik ben een tijdje als de boze zwarte vrouw weggezet.’

Opiniemaakster Dalilla Hermans heeft een uitputtend jaar achter de rug. Ze groeide uit tot invloedrijk opiniemaakster en een graag geziene gast in praatprogramma’s, publiceerde een boek, werd voor de derde keer mama en belandde op de koop toe in De Slimste Mens Ter Wereld. ‘Ik ben een tijdje als de boze zwarte vrouw weggezet. Door De Slimste Mens zeggen mensen nu: ‘ah, die kan toch lachen.’ Dat is een zegen geweest, want wie altijd als de boze wordt weggezet, is niet meer relevant.’

Tegelijk blijft de haatmail vlotjes binnenstromen bij Hermans, en daarin worden de krachttermen niet gespaard. ‘Aandachtshoer, kutwijf – allerlei verwijten die ik beter niet luidop zeg. Soms ga ik met zulke mensen in gesprek, en negen op de tien keer is dat – vreemd genoeg – een goed gesprek. Als je mensen aanspreekt op hun onbeleefde gedrag, keren ze meestal snel hun kar. Het is de cultuur geworden om direct te schelden en direct te roepen, terwijl mensen tegelijk ook in dialoog willen gaan.’

Luckas Vander Taelen schreef: ‘ik weet wat racisme is, want ik heb ros haar en flaporen.’ Neen, hij weet wat het is om ros haar en flaporen te hebben.

Racisme is nooit ver weg in de reacties die de opiniemaakster krijgt, maar zelf schrikt ze ervoor terug om die term al te gretig te gebruiken. ‘Je moet opletten met te snel dat label op mensen te plakken. Op instituten en structuren wel. Bij structureel racisme gaat het om macht: een machtige structuur die mensen klein houdt.’

The new normal

‘Het persoonlijke, onderbewuste racisme is een veel moeilijkere kwestie. Mensen die hier op de Boekenbeurs langskomen en vragen: mag ik u neger noemen? Dat gebeurt, he. Ik zeg zulke mensen dan meteen dat ik dat niet fijn vind omdat het verwijst naar de zwarte slaven. Sommigen aanvaarden dat, anderen vinden het dan nodig om daarover te discussiëren, en mij uit te leggen hoe ik me daarbij moet voelen. Je moet mensen daarom niet altijd voor de voeten werpen dat ze een racist zijn. Je moet hen ook tijd geven om te wennen aan the new normal.’

Maar dat betekent voor Hermans niet dat iedereen zomaar zijn eigen invulling kan geven aan racisme. ‘Luckas Vander Taelen schreef een open brief aan me waarin hij zei: ‘ik weet wat racisme is, want ik heb ros haar en flaporen.’ Neen, hij weet wat het is om ros haar en flaporen te hebben, en daarmee gepest te worden. Dat is niet hetzelfde.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content