Bert Bultinck

‘Clichés over de Belgen zijn geen goede verklaring voor onze slechte cijfers’

Bert Bultinck Hoofdredacteur van Knack

‘Verwensingen aan het adres van Franstaligen of – ook zeer populair vandaag – Belgen met een migratieachtergrond zijn altijd al gevaarlijk. Vandaag zijn ze misdadig’, waarschuwt Knack-hoofdredacteur Bert Bultinck.

België staat nu alweer weken bovenaan in de internationale hitparade die we het liefst zouden willen ver- geten: die van de meeste besmettingen, ziekenhuisopnames en overlijdens. Ook in het voorjaar deden we het bijzonder slecht. Hoe komt dat? De neiging bestaat om het antwoord in nationale stereotypen te zoeken. De Belg zou nonchalant en egoïstisch zijn, en hij zou altijd proberen onder de regels uit te komen. Dat zouden ideale omstandigheden zijn voor het virus. Maar het is geen goed idee om het zonder meer op dat antwoord te houden. Clichés over de Belgen zijn geen goede verklaring voor onze slechte cijfers.

Clichés over Vlamingen en Walen zijn dat nog minder. Ze ondergraven meteen ook het hele idee, want de volksaard in het ene verhaal is kennelijk niet de volksaard in het andere. De stereotypen wisselen à la tête du client. Het verschil tussen Vlamingen en Walen, dat door sommige politici zo lang is benadrukt, blijkt bijvoorbeeld minder van belang dan gedacht: het hele land doet het erg slecht. Als Wallonië vandaag roder kleurt dan Vlaanderen, met als trieste dieptepunt de overvolle ziekenhuizen in Luik, dan valt dat niet zomaar toe te schrijven aan een typisch Waalse attitude. Zeker niet voor wie een geheugen heeft: in het midden van de zomer was het vooral de stad Antwerpen die in die onzalige situatie verkeerde. Vlamingen en Walen: ze blijken allebei Belgen. Of beter: mensen. Veel van de ons omringende landen vechten ook tegen ‘coronamoeheid’ of tegen ‘lakse’ burgers.

Clichés over de Belgen zijn geen goede verklaring voor onze slechte cijfers.

Dat premier Alexander De Croo dat zondagavond nog eens moest benadrukken – ‘de vijand is niet de Walen, de vijand is dat virus’ – toonde vooral dat de jacht op een zondebok is geopend. Vandaag zijn het de Vlamingen die Franstaligen met de vinger wijzen. Afgelopen zomer spotten de Gentenaars met de Antwerpenaren. Opvallend genoeg is die zondebok altijd de andere, nooit het eigen gedrag of de eigen gemeenschap. Verwensingen aan het adres van Franstaligen of – ook zeer populair vandaag – Belgen met een migratieachtergrond zijn altijd al gevaarlijk. Vandaag zijn ze misdadig. We hebben echt geen nieuwe opruiende boodschappen nodig. Het is een zegen dat premier De Croo het hoofd koel houdt.

Het is zonneklaar dat veel andere factoren een rol spelen in onze slechte cijfers. Zo helpt het niet dat heel Vlaanderen één grote stedelijke ruimte is, met veel mensen opeengepakt op een kleine oppervlakte. Ook de manier van tellen kan een rol spelen in ons slechte rapport. Vast staat dat we in het aantal overlijdens gevallen meetellen die in de meeste andere landen níét worden meegeteld.

Komt daarbij dat België een dichtbevolkt transitland is, met de Europese hoofdstad als een bijenkorf van bedrijvigheid en verkeer. Vanuit heel Europa komen dagelijks mensen aan in dit land, en die worden amper op corona gecontroleerd. Op het ogenblik dat zowat alle landen in Europa het moeilijk krijgen en harde maatregelen nemen, is het noodzakelijk om de grenzen opnieuw te sluiten. Maar noch België, noch de Europese Unie lijkt dat van plan.

Dat is zonder meer dom. Tomas Pueyo, een Frans-Spaanse data-analist die een aantal grensverleggende analyses van de coronacrisis op zijn naam heeft staan, schreef het in september nog in The New York Times: zonder gesloten grenzen hebben strenge maatregelen eigenlijk niet zoveel zin. Zelfs een land met een snoeiharde lockdown zal het virus niet klein krijgen zolang het geen waterdichte procedure heeft om besmette buitenlanders tegen te houden, of lang genoeg in quarantaine te zetten.

Misschien heeft onze volksaard wel degelijk ergens meegespeeld in de beslissing om te snel heel erg te versoepelen. Zeker is dat onze ingewikkelde staatsstructuur – misschien ook een uitloper van eigengereide loodgieterij – veel efficiënter kan. Maar wie naar de toekomst kijkt, kan weinig aan met negentiende- eeuwse nationale clichés: daar valt, volgens dezelfde essentialistische logica, toch weinig aan te veranderen. Misschien is het nuttiger om nonchalance, egoïsme of plantrekkerij als algemeen menselijke eigenschappen te beschouwen.

Daar past een zeker mededogen bij. Niet alleen om de maatschappelijke spanningen onder controle te houden, maar vooral omdat we de boel moeten samenhouden. Met strenge boetes als het moet, met empathie waar het kan. Het is niet het moment om de schuld bij de anderen te leggen. We zullen het zelf moeten doen, allemaal samen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content