‘Elke dag opnieuw vraag ik me af of we al het mogelijke gedaan hebben. Ik kan alleen vaststellen dat we het onderste uit de kan hebben gehaald.’ Dat zegt Chokri Mahassine in zijn eerste interview na de ramp op Pukkelpop.
Twee maanden nadat een uitzonderlijk onweer vijf doden eiste op Pukkelpop spreekt Chokri Mahassine voor het eerst met een aantal kranten over de toekomst van het festival, over de kritiek op de compensatieregeling en over zijn beslissingen op de weide tijdens en na de ramp.
‘Ik heb me de afgelopen twee maanden elke dag afgevraagd of er zaken zijn die ik anders zou aanpakken,’ zegt Mahassine in De Morgen. ‘Dat doe ik binnen 10 jaar nog steeds. Elke keer kom ik tot de vaststelling dat we het onderste uit de kan hebben gehaald.’
‘Waar breng je 70.000 mensen naartoe?’
‘Stel dat we op voorhand hadden geweten dat de storm ons zou treffen. Waar breng je 70.000 mensen naartoe? Zouden ze elkaar vertrappelen, zoals op andere evenementen is gebeurd?’
‘Het enige waar we over kunnen discussiëren is of we vroeger hadden moeten communiceren over de slachtoffers. Dat wilden we niet zolang de nabestaanden niet ingelicht waren.’
‘We willen deze zwarte pagina zo snel mogelijk omslaan en voortgaan. We zitten nog altijd in een crisis.’
Kritiek op compensatieregeling
Over de kritiek op de compensatieregeling in de vorm van drank- en eetbonnen is Mahassine kort in het interview in De Morgen. ‘We hebben een regeling uitgewerkt waardoor we kunnen blijven bestaan en we de mensen iets kunnen teruggeven. Honderd procent, in tegenstelling tot wat sommigen beweren.’
‘Is de ramp vergeten? Nooit. Ze heeft een plaats gekregen in mijn hart. Zal ze nadrukkelijk aanwezig zijn op het volgende festival? Dat denk ik niet.’ (EE)
