Lieven Buysse

‘Brexitmoeheid mag niet de raadgever zijn om toekomst van het land te bepalen’

Lieven Buysse Lieven Buysse is professor Engelse taalkunde en Britse cultuur aan de KU Leuven Campus Brussel.

‘Het gevolg van deze nieuwe scène in het brexittheater is jammer genoeg dat burgers en ondernemingen evenzeer “in limbo” blijven: er is nog altijd geen zekerheid over welk soort brexit wanneer uitgevoerd zal worden’, schrijft Lieven Buysse.

Na alweer een tumultueuze dag in het Britse Lagerhuis creëert de brexit eens te meer verwarring en ligt de bal opnieuw in het Europese kamp. Volgt u nog? Afgelopen weekend had het parlement geëist dat de regering meteen de wetgeving zou voorleggen die haar brexitakkoord implementeert eerder dan de principiële instemmingen met het akkoord te vragen. Het wetsvoorstel kwam er en het Lagerhuis stemde ermee in om het te behandelen maar niet in het ijltempo dat de regering voor ogen had. En zo zetten we weer een stap achteruit.

Brexitmoeheid mag niet de raadgever zijn om toekomst van het land te bepalen.

Johnson heeft deze nederlaag (andermaal) zelf bewerkstelligd. Een supersnelle bespreking van het wetsvoorstel zou nodig zijn om de deadline van 31 oktober te halen, maar veroorzaakte de premier die urgentie niet zelf door enkele dagen geleden te weigeren om een verlenging van die deadline te bepleiten bij de EU? Nochtans is de materie zo omvangrijk en complex dat het niet onredelijk is om parlementsleden de kans te geven om die helemaal te doorgronden om finaal een weloverwogen beslissing te nemen. Enkel zo kunnen ze de impact van de wet inschatten en slordig wetgevend werk vermijden.

De bedoeling van de regering was ongetwijfeld niet zozeer om de deadline te halen dan wel om de oppositie de kans te ontnemen om de wet te amenderen. Sommige potentiële amendementen zouden ongetwijfeld op de steun van de regering kunnen rekenen – bv. over sterkere milieunormen – terwijl andere controversiëler zouden kunnen zijn. Zo laat het wetsvoorstel in zijn huidige vorm niet toe dat het parlement aan het einde van de transitieperiode na de brexit een verlenging van die periode forceert. Dat voorrecht komt de regering toe maar houdt zo de kans op een uiteindelijke harde brexit levendig. Je weet immers niet hoe de onderhandelingen met Europa in de komende maanden zullen verlopen. Een amendement zou daar meer zekerheid over kunnen geven.

Inmiddels bevindt het wetsvoorstel zich – in de officiële terminologie – “in limbo”: het is noch in behandeling noch weggeveegd. Het kan enkel opgevist worden nadat de regering met een nieuwe timing komt. Die lijkt dat echter te willen laten afhangen van het antwoord van de EU op de vraag van het Lagerhuis om de deadline te verlengen.

Zonder twijfel zal de EU dat verzoek inwilligen maar belangrijker is voor hoe lang. Als die periode enkele maanden omvat (bv. tot eind januari 2020), zal Johnson verkiezingen uitschrijven. Hij heeft nog altijd geen meerderheid in het parlement en een lange periode met enkel brexit op de agenda bindt zijn handen al te zeer. Als het uitstel dan weer maar enkele dagen omvat, kan de premier argumenteren dat het parlement de zaak opnieuw niet tijdig zal kunnen klaren en uitstel daarom zinloos is. Het is dus aan de EU om haar antwoord verstandig te overwegen en niet in Johnsons val te lopen.

Het gevolg van deze nieuwe scène in het brexittheater is jammer genoeg dat burgers en ondernemingen evenzeer “in limbo” blijven: er is nog altijd geen zekerheid over welk soort brexit wanneer uitgevoerd zal worden. Ironisch genoeg kon Johnsons deal dinsdagavond op een principiële meerderheid rekenen maar blijft tegelijk ook een harde brexit die geen rekening houdt met dat akkoord tot de mogelijkheden behoren. Maar zoals het parlement nu toonde, mag brexitmoeheid of de mantra “get Brexit done” niet de raadgever zijn om de toekomst van het land voor generaties te bepalen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content