‘Boterhammen worden tot op de gram afgewogen maar aandeelhouders strijken steeds grotere winsten op’

‘De bejaardenindustrie draait op volle toeren, maar daar wordt de samenleving niet beter van. Integendeel, alles wijst erop dat de kwaliteit in onze rusthuizen sterk achteruit boert’, schrijft Kurt De Loor (SP.A).

Vorig weekend trok een jonge verpleegkundige uit Evergem in De Standaard aan de alarmbel. Ze getuigt over de onmenselijke werkdruk in de rusthuissector en de onvermijdelijke gevolgen voor de bewoners. Sindsdien regent het schrijnende verhalen. Koks over hoe ze voor zo weinig mogelijk geld een maaltijd moeten voorschotelen. 3 euro voor 3 maaltijden, dat is de prijs van een groot pak friet in de frituur om de hoek. Zorgkundigen over hoe ze pampers moeten hergebruiken en bewoners al om 16u in de namiddag in bed moeten leggen bij gebrek aan personeel.

Toestand rusthuizen: ‘Boterhammen worden tot op de gram afgewogen maar aandeelhouders strijken steeds grotere winsten op’

Minister van Welzijn, Jo Vandeurzen (CD&V), steekt zich weg achter verplichte personeelsminima en opgelegde kwaliteitsnormen. Van de kant van coalitiepartners N-VA en Open VLD blijft het oorverdovend stil. Als volleerde lakeien van de grote commerciële rusthuisbonzen als Armonea, Orpea en Senior Living Group Medica blijft alle communicatie hierover uit. Boterhammen worden tot op de gram afgewogen, maar tegelijkertijd strijken de aandeelhouders van commerciële groepen – ook op kosten van de belastingbetaler – steeds grotere winsten op. Dat valt toch niet te rijmen?

Graantje meepikken van de vergrijzing

Het grootste deel van de Belgische rusthuizen is vandaag in handen van lokale besturen en vzw’s. Maar daar zou in de nabije toekomst wel eens snel verandering kunnen in komen. Besparingen doen de investeringen vanuit de openbare sector afnemen en daarnaast is er een groeiende markt van commerciële initiatiefnemers die een graantje willen meepikken van de vergrijzing. Meer en meer zien grote commerciële groepen brood in de ouderenzorgsector. Dat hoeft niemand te verbazen. Een zekere afzetmarkt die geen gekke bokkesprongen maakt en grijze groei verzekerd.

‘Voor een commercieel rusthuis telt op het einde van de dag vaak enkel het kostenplaatje.’

Laat u geen blaasjes wijsmaken. Commerciële groepen willen winst. Liefst snel en véél. In commerciële rusthuizen liggen de prijzen hoger dan in de openbare woonzorgcentra en loopt er een kwart minder personeel door de gangen. Voor een commercieel rusthuis telt op het einde van de dag vaak enkel het kostenplaatje. Als hier en daar beknibbeld kan worden op het budget is dat een plus. Minder personeelsleden, hogere werkdruk, nog goedkopere maaltijden, een hogere ligdagprijs, een bezuiniging op het incontinentiemateriaal, de verwarming een paar graden naar beneden, … alle beetjes helpen.

Nochtans is een verblijf in een rusthuis in Vlaanderen duur en is een pensioen verre van toereikend om de kosten te dekken. Bovendien past de samenleving, via het RIZIV, ongeveer de helft van de echte kost van een verblijf in een rusthuis bij. Geld dat de belastingbetaler vandaag investeert in zijn oude dag van morgen. De laatste jaren lijkt het er steeds meer op dat de bijdrage van die belastingbetaler enkel de oude dag van de grote aandeelhouders van de commerciële groepen veilig stelt.

Steeds meer ouderen komen niet meer rond en kunnen hun rusthuisfactuur niet meer betalen. Wie past bij? Het OCMW en bijgevolg opnieuw diezelfde belastingbetaler. Tegelijk strijken de – dikwijls buitenlandse – aandeelhouders van commerciële rusthuisgroepen rijkelijk de steeds groeiende winsten op. Recht uit de zak van de samenleving naar de portefeuille van de aandeelhouders. En dan het beleg op de boterham op de gram afwegen? En de werkdruk voor het personeel opvoeren? Wraakroepend.

‘Mensen worden steeds ouder, wie vandaag – na jaren op een wachtlijst – in een rusthuis terechtkomt heeft doorgaans veel meer zorgen nodig dan een bewoner van pakweg 10 jaar geleden.’

‘De toestand is hopeloos, maar niet ernstig’ als we de Vlaamse regering mogen geloven. In een reactie op de schrijnende getuigenissen steekt bevoegd minister Jo Vandeurzen zich weg achter personeelsminima en te behalen kwaliteitsnormen. Die zijn er inderdaad maar laat ons wel wezen, die normen zouden beter herzien worden. Mensen worden steeds ouder, wie vandaag – na jaren op een wachtlijst – in een rusthuis terechtkomt heeft doorgaans veel meer zorgen nodig dan een bewoner van pakweg 10 jaar geleden. We hebben nood aan beleidsmakers die zich hiervan bewust zijn en de kwaliteitsnormen tegen het licht durven houden. We betalen nog jaren voor het gebrek aan lef van deze Vlaamse regering.

Jaren geleden al kaartte ik de gevaren van de commercialisering van de ouderenzorg aan. Ik werd door de Gwendolyn Ruttens van deze wereld weggezet als een fantast, een paniekzaaier. De verhalen die deze week aan de oppervlakte kwamen, leggen het probleem opnieuw bloot. De jacht op winst brengt de betaalbaarheid en de kwaliteit van onze ouderenzorg in gevaar. Hoe meer macht de grote commerciële spelers krijgen op de markt hoe minder ze zich hoeven aan te trekken van concurrentie, zeker niet in een markt met wachtlijsten.

‘Gaan we echt wachten om dit debat aan te gaan tot de commerciële groepen een ander gemakkelijk goudmijntje gevonden hebben en de ouderenzorgsector de rug toekeren?’

De kans bestaat dat de prijzen nog sneller gaan stijgen. Dat fenomeen zie je vandaag bijvoorbeeld al in Brussel. En wat als een grote commerciële groep failliet gaat? Gaan we echt wachten om dit debat aan te gaan tot de commerciële groepen een ander gemakkelijk goudmijntje gevonden hebben en de ouderenzorgsector de rug toekeren? Wie zal dan de brokken moeten lijmen? U raadt het al, de overheid en bijgevolg diezelfde belastingbetaler.

De bejaardenindustrie draait op volle toeren, maar daar wordt de samenleving niet beter van. Integendeel, alles wijst erop dat de kwaliteit in onze rusthuizen sterk achteruit boert. Het aantal klachten bij de woonzorglijn steeg de voorbije vier jaar met 27%, het overgrote leeuwendeel aan het adres van commerciële instellingen. Het zijn die initiatiefnemers, die winst boven kwaliteit plaatsen, die ervoor zorgen dat het beeld over onze rusthuizen vertroebeld wordt. En dat terwijl elke dag duizenden verzorgenden, verpleegkundigen, animatoren, keuken- en poetspersoneel het beste van zichzelf geven om mensen een mooie oude dag te bezorgen. Vaak tegen de tijd en met een besparingsmantra opgelegd van bovenaf. Zij verdienen alle respect.

Hoeveel schrijnende verhalen moeten eigenlijk de revue nog passeren? Als we onze ouderenzorg voor iedereen toegankelijk en betaalbaar willen houden. Als we de levensstandaard en de kwaliteit van de zorg voor onze senioren willen garanderen en als we ons verzorgend personeel niet de dupe willen laten worden van een commercieel verhaal, moeten we de personeels- en kwaliteitsnormen onder het licht durven houden en is investeren in een sterke openbare ouderenzorgsector noodzakelijk. Want oud worden we allemaal, met of zonder dikke portefeuille.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content