Bonden vragen hogere lonen: ‘Tijd dat werknemers iets krijgen’

Miranda Ulens op 9 juni 2020. © Daina Le Lardic

De vakbonden bepleiten hogere lonen. Ze kijken daarbij in eerste instantie naar de sectoren die door de coronamaatregelen nauwelijks geraakt zijn.

‘Het wordt tijd dat ook de werknemers iets krijgen’, zegt algemeen secretaris van het ABVV, Miranda Ulens, in De Tijd.

Vakbonden en werkgevers overleggen begin volgend jaar over een nieuw loonakkoord. Dat gebeurt op basis van de loonwet. Hoeveel de lonen maximaal mogen stijgen hangt af van de loonstijgingen in de buurlanden.

‘We moeten af van het carcan van de loonwet. Die laat te weinig ruimte voor loonsverhogingen. De loonnorm moet indicatief zijn, en niet langer imperatief. Dat betekent dat de maximale loonstijging waarover nationaal wordt onderhandeld een advies wordt’, zegt Ulens. Sommige goed draaiende sectoren, zoals chemie en farma, kunnen dan meer geven.

Ook de liberale vakbond bepleit een indicatieve loonnorm. Het ACV doet nog geen uitspraken.

De werkgevers houden vast aan de loonnorm omdat ze vrezen voor ontsporende loonkosten.

In principe laat de loonwet geen loonsverhogingen toe boven de loonnorm. In het regeerakkoord is echter sprake van een omzendbrief waarmee het overleg in een bepaalde richting kan worden gestuurd. De vakbonden hopen dat de minister van Werk, Pierre-Yves Dermagne (PS), op die manier een opening creëert.

Partner Content