Bijzondere commissie keurt eindverslag en aanbevelingen goed

Pedro Falcon © Belga

De bijzondere Kamercommissie die zich moest buigen over de manier waarop de coronacrisis is aangepakt, heeft dinsdag haar eindverslag en aanbevelingen goedgekeurd.

Dat gebeurde met elf stemmen voor van de meerderheid, een tegenstem van PVDA en drie onthoudingen van N-VA. In totaal lagen 134 aanbevelingen op tafel. Na het zomerreces moet de plenaire Kamer zich nog over de tekst buigen.

De commissie organiseerde het voorbije jaar 46 hoorzittingen met stakeholders en verantwoordelijken tijdens de crisis. Die mondde uit in een ontwerptekst waarop de verschillende fracties tot maandag amendementen konden indienen. De aanpassingen die dinsdag groen licht kregen, voerden evenwel geen fundamentele wijzigingen meer door. Voor sommige aanbevelingen was er steun vanuit meerderheid én oppositie, bij andere was dat niet het geval.

In de tekst wordt gepleit voor een nieuw pandemieplan. Het vorige dateerde van 2006, maar werd niet geactualiseerd en was niet aangepast aan de zesde staatshervorming. Bedoeling van de commissie is dat voor eind 2022 een nieuw nationaal noodplan voor pandemieën het levenslicht ziet. Het plan moet worden afgestemd met andere crisisplannen en moet minstens elke drie jaar worden ingeoefend en geüpdatet of in herinnering worden gebracht. Bedoeling is ook dat het voldoende generiek is zodat het bij eender welke pandemie kan worden ingeschakeld.

Het rapport staat ook stil bij de ingewikkelde staatsstructuur in ons land. Die werd tijdens de 46 hoorzittingen geregeld aangewezen als vertragende factor in de besluitvorming. Daarbij weerklonk vaak de roep om ‘eenheid van commando’. De tekst merkt op dat in een federaal land als België niet kan worden gedacht aan één figuur die de nodige beslissingen neemt. Hij schuift daarom het Overlegcomité als geschikt orgaan naar voren. Elke regering van ons land is daarin vertegenwoordigd.

De bijzondere commissie beveelt ook een hervorming van het Crisiscentrum aan, zodat het permanent de crisis- en risicobeheersingsinstrumenten en -plannen kan bewaken en eventueel kan laten actualiseren door de bevoegde departementen. Binnen het Crisiscentrum zou ook een ‘Belgian Forward Looking Cell’ worden opgericht. Die moet prioritaire risico’s identificeren en nieuwe dreigingen en fenomenen monitoren.

Het rapport wijst ook op het belang van voldoende strategische reserves op elk ogenblik. De vernietiging van de strategische stock mondmaskers die vorig jaar aan het licht kwam, is wellicht niet vreemd aan die aanbeveling. Zo stelt de commissie voor roterende strategische stocks aan beschermingsmateriaal, medisch materiaal en medicijnen op nationaal niveau aan te blijven houden.

Ambitieus preventiebeleid

Bij haar aantreden duidde de regering-De Croo met Pedro Facon onmiddellijk een coronacommissaris aan. In de aanbevelingen blijft die rol van de commissaris behouden. Bij het begin van een toekomstige crisis moet het Overlegcomité uiterlijk binnen de 24 uur na het ingaan van de federale fase – en sneller indien nodig – een commissaris aanduiden en de strategische doelstellingen vastleggen die zijn basisopdracht zullen vormen.

Daarnaast is er in het eindrapport ook aandacht voor een ambitieus preventiebeleid, net als er voor het zorgpersoneel aandacht is. Er moet verder werk gemaakt worden van de opwaardering van het statuut van het verpleegkundig personeel, onder meer door meer gekwalificeerd personeel in dienst te nemen. Het zorgpersoneel moet verder worden ondersteund door te blijven inzetten op een verlichting van hun werklast, zodat er meer handen vrijkomen voor zorg aan het bed.

De tekst bevat ook een Europese dimensie. Pleiten voor een actiever optreden van de EU op het vlak van het grensoverschrijdend gezondheidsbeleid en in het bijzonder van pandemiebestrijding is in de toekomst essentieel, luidt het.

Reactie van de meerderheidspartijen

Commissievoorzitter Robby De Caluwé (Open Vld) reageerde tevreden op de stemming. ‘Ik denk dat we kunnen stellen dat we hier over verschillende grenzen heen én met de hulp van experts, tot een krachtige set van aanbevelingen zijn gekomen. Daarbij zullen de lessen en de ervaringen van de COVID-19 crisisbeheersing aangewend worden voor toekomstige crisissituaties’, gelooft hij.

De Caluwé benadrukt dat het de bedoeling is met de aanbevelingen een evenwicht te vinden tussen duidelijkheid en gerichtheid op een concrete impact enerzijds en een voldoende generiek karakter om op de meest diverse crisissen en pandemieën toepasselijk te zijn anderzijds. ‘De valkuil was om enkel aanbevelingen te doen die geënt waren op de corona-crisis die we hebben meegemaakt. In dit eindrapport proberen we het breder te trekken, zodat het generiek toepasselijk is’, duidt De Caluwé.

Barbara Creemers (Ecolo-Groen) vindt dat het proces in de aanloop naar het eindverslag zeer waardevol was. Ook zij merkt op dat constructief werd samengewerkt met meerderheid en oppositie. ‘Dat waren we ook verschuldigd aan iedereen die in deze crisis het beste van zichzelf gegeven heeft’, aldus Creemers. ‘Is het product perfect? Wellicht niet. Maar het is wel door een meerderheid van deze commissie gedragen en niet de visie van één partij. Gelukkig kunnen we dat in dit land, want dat heet democratie. Ik hoop dat we er met deze aanbevelingen kunnen toe bijdragen dat de wereld beter zal zijn na corona.’

Ook Nawal Farih (CD&V) is tevreden met het geleverde werk en de ‘sterk onderbouwde aanbevelingen’. Toch waarschuwt ze dat het werk nu pas begint. ‘Ik hoop dat we deze legislatuur nog concrete stappen kunnen zetten om deze aanbevelingen in de praktijk te brengen, zodat het rapport geen dode letter blijft. Deze crisis heeft een onmetelijk zwaar leed veroorzaakt binnen alle lagen van de bevolking. Laat het nu een les zijn om ons gezondheidssysteem en ons crisisbeleid proactiever en efficiënter te maken.’

Karin Jiroflée (Vooruit) is vooral blij dat een grotere rol van de Europese Unie in de gezondheidszorg in de aanbevelingen is meegenomen. Dat had bijvoorbeeld tijdswinst kunnen opleveren in de aankoop van vaccins, maar ook bij de opvang van patiënten in de buurlanden. Daar moesten nu bijvoorbeeld nog bilaterale overeenkomsten over worden gesloten, aldus Jiroflée. Ook is ze blij met de toekomstige rol van de commissaris die in de aanbevelingen is opgenomen.

Voor het Kamerlid is het rapport ook meer dan een evaluatie en aanbevelingen. ‘Achter dit rapport schuilen wij allemaal. De mensen die de handen uit de mouwen hebben gestoken en ons land draaiende hielden. De mensen die zichzelf isoleerden of hun zaak sloten, om anderen niet ziek te maken. De mensen die slachtoffer werden. Het is de solidariteit die ons hierdoor heeft geloodst. Het is solidariteit waarvan we eens te meer inzien, hoe belangrijk ze wel niet is’, besluit Jiroflée.

Partner Content