Belgische elektriciteitsfactuur blijft hoog uitvallen in vergelijking met buurlanden

Elektriciteit opnieuw peperduur © belga

Belgische gezinnen betalen in vergelijking met onze buurlanden een hoge elektriciteitsfactuur. Dat blijkt maandag uit een vergelijkende studie die PWC heeft uitgevoerd op vraag van de verschillende energieregulatoren in ons land. Voor aardgas scoort ons land wel een stuk beter.

Een Belgisch gezin met een verbruik van 3.500 kWh moest in januari 2021 234 euro betalen per MWh. Dat bedrag stijgt in Vlaanderen naar 239 euro en in Wallonië naar 248 euro. Brussel scoort met 213 euro wel beter.

Ondanks een lichte daling van de elektriciteitsprijs ten opzichte van 2020 betaalt de Belg nog altijd relatief veel voor zijn elektriciteit in vergelijking met onze buurlanden. In Frankrijk bedraagt de kostprijs 202 euro, in het Verenigd Koninkrijk 181 euro en in Nederland 171 euro. In Duitsland schommelt de elektriciteitsprijs, afhankelijk van de distributienetbeheerder, tussen de 306 en 349 euro.

De hoge Belgische kostprijs is vooral te wijten aan de hoge openbaredienstverplichtingen, toeslagen en heffingen, klinkt het in het rapport.

Aardgas

De situatie voor aardgas ligt helemaal anders. Daar betalen Belgische gezinnen en kmo’s relatief weinig ten opzichte van onze buurlanden. Globaal genomen, ligt de kostprijs voor een gezin met een verbruik van 23.260 kWh op 48 euro/MWh in ons land. Een Vlaams gezin betaalt 42 euro, tegenover 47 euro in Brussel en 55 euro in Wallonië. Enkel in het Verenigd Koninkrijk is aardgas met 38 euro nog goedkoper.

Tot slot, nam de studie ook de betaalbaarheid van de energiefactuur voor kwetsbare gezinnen onder de loep. Daarin scoort België heel goed, vooral dankzij de aanzienlijke prijsverlagingen waarvan beschermde klanten kunnen genieten.

Voor Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) is de voornaamste conclusie dat de federale onderdelen de energierekening omhoog stuwen, terwijl de Vlaamse componenten de prijs dempen. Demir roept de federale regering dan ook op om niet langer allerlei zaken via de elektriciteitsfactuur door te rekenen. Ze verwijst onder meer naar de steunhoogte voor hernieuwbare energie, de nieuwe premie voor kleine zonnepaneelinstallaties en de retroactieve investeringspremie over de terugdraaiende teller die stuk voor stuk uit de energiefactuur werden gehouden.

‘Dit alles doen we zodat de Vlaamse componenten van de energiefactuur niet zouden toenemen en ons tientallen jaren blijven achtervolgen op hoog niveau, zoals de 20 miljard euro groenestroomcertificaten die we op dit moment nog steeds afbetalen tot 2030’, aldus de minister.

Partner Content