Vrije Tribune

‘Bart De Wever zou blij moeten zijn met elke inspanning om economie te versterken’

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

‘Bart De Wever zou blij moeten zijn met elke inspanning die wordt gedaan om de Belgische – en dus ook de Vlaamse – economie te versterken’, schrijven Mathias De Clercq en Rik Daems in een opiniebijdrage.

Bart De Wever trekt het nut van een federaal staatssecretaris voor Buitenlandse Handel in twijfel. Vanuit New York klonk het: “Wat doet die man heelder dagen?” Nochtans zou hij moeten blij zijn met elke inspanning die wordt gedaan om de Belgische – en dus ook de Vlaamse – economie te versterken. Of de persoon in functie dat nu doet onder Belgische of Vlaamse vlag is van minder belang dan het resultaat. Toch geeft het aanleiding tot discussie. Dat mochten we enkele weken geleden meemaken met de missie naar Japan. Feit is dat federale excellenties in bepaalde gevallen buitenlandse deuren sneller deuren openkrijgen. Dat geldt ook voor prinselijke missies.

Bart De Wever zou blij moeten zijn met elke inspanning om economie te versterken

Woensdag regende het getuigenissen van mensen uit het bedrijfsleven in de Vlaamse kranten om het nut aan te tonen van federale inspanningen inzake buitenlandse economische vertegenwoordiging. Meermaals viel er te lezen dat dit enkel positieve effecten genereert. Meermaals viel te lezen dat ze via deze weg heel wat kunnen bereiken. Meermaals viel ook te lezen dat (Vlaamse) bedrijfsleiders daarom maar al te graag beroep doen op die diensten.

Correct, we regionaliseerden een kwarteeuw geleden de bevoegdheid Buitenlandse Handel. Correct, de Vlaamse buitenlandse economische inspanningen via Flanders Investment and Trade kunnen zonder enige twijfel als uitstekend worden bestempeld. Dat is iets dat we zelf meermaals mochten vernemen vanuit het bedrijfsleven en in de praktijk hebben meegemaakt in het buitenland. Maar als die inspanningen verder worden versterkt door de federale overheid, kan toch niemand daar tegen zijn. Iedereen vaart er immers wel bij. Niet in het minst de Vlaamse bedrijfswereld en de Vlaamse werknemers.

Bovendien is het de federale overheid die belangrijke economische hefbomen beheert zoals de vennootschapsbelasting, de rulingsdienst, de notionele intrestaftrek, de tax shelter in de audiovisuele sector en de lasten op arbeid. Het is dan ook goed om die samen met de regio’s in de verf te zetten zoals we hebben gezien met de roadshow ‘Invest in Belgium’ enkele jaren geleden.

Volwassen federalisme

Formeel gezien mag er federaal ook aan economische diplomatie worden gedaan, dat liet het Grondwettelijk Hof onlangs weten. De autonomie van de regio’s is immers gegarandeerd door samenwerkingsakkoorden. Laat Vlaanderen daarom al haar inspanningen inzake Buitenlandse Handel ten volle blijven voortzetten en zelfs versterken, het is immers haar uitdrukkelijke bevoegdheid. Maar laten we ook als dat nuttig is, niet te beroerd zijn om een beroep te doen op de collega’s van de federale regering. Als we samen onze beste troeven op tafel kunnen gooien, kan iedereen daar de vruchten van plukken. In een volwassen federalisme hoeft dat ook geen enkel probleem te vormen.

Synergie moet dan ook meer dan ooit het motto worden. Op het terrein maken de vertegenwoordigers van de Belgische regio’s overigens al vaak praktische werkafspraken met elkaar in het buitenland, vaak samen met de federale diplomatie. Ze werken vaak zelfs voor elkaar. Zo hoort het ook.

Laten we gebruik maken van elkaars kwaliteiten om de investeringen hier te doen toenemen

We pleiten er dan ook voor om nog meer samen te werken en op mekaar af te stemmen. Als de federale staatssecretaris, de premier, de minister van Buitenlandse Zaken of de kroonprinses gemakkelijker toegang krijgen tot bepaalde instanties, personen of bedrijfsleiders, laten we dan als regio maximaal beroep op hen doen. Laat ze samen met onze minister-president en zijn diensten zoveel mogelijk resultaat boeken. Vlaanderen staat voor 82,4 procent van de Belgische export, wat overeenstemt met 293,5 miljard euro in 2014. Als we dat bedrag verder kunnen verhogen door ook het merk België aan te wenden, is iedereen daarmee gebaat.

Laat het federale niveau het regionaal beleid inzake buitenlandse handel daarom zoveel als mogelijk ondersteunen en laten we gebruik maken van elkaars kwaliteiten om de investeringen hier te doen toenemen. Daar draait het tenslotte om.

Resultaten, het enige wat telt

Want ook dat mochten wij al ervaren bij onze buitenlandse opdrachten. Het enige wat telt zijn resultaten; groei, jobs en welvaart. Laten we daarom, met respect voor eenieders bevoegdheden, samen zoveel mogelijk resultaten boeken. Groei en welvaart creëren is immers geen exclusieve bevoegdheid, maar het samen verdedigen van het algemeen belang.

Mathias De Clercq, Vlaams Parlementslid en Gents Havenschepen, en Rik Daems, Voorzitter commissie Buitenlands Beleid in het Vlaams Parlement en Senator

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content