Waarom zit de laadklep niet bij alle elektrische auto’s op dezelfde plaats?

© Getty Images

Bij de meeste benzine- of dieselwagens informeert een pijltje op het instrumentenbord de chauffeur aan welke kant van de wagen de brandstofvuldop zich bevindt. Dat voorkomt ongemak bij het tanken. Op de vraag waarom de ene autoconstructeur die vuldop links en andere die rechts plaatst, volgt zelden of nooit een overtuigend antwoord.

Blijkbaar liggen ingenieurs en ontwerpers daar niet wakker van. Ligt hier geen taak weggelegd voor de wetgever, want die heeft toch ook de veiligheidsgordel en twee buitenspiegels verplicht gemaakt?

Zo’n wetgevend initiatief zou zeker op zijn plaats zijn voor de elektrische auto’s. Die hangen nog niet vast aan tradities en hun platformen zijn nog volop in ontwikkeling. Een eenheidsregeling voor elektrische auto’s is gewenst omdat laadpalen niet altijd even gunstig ingeplant zijn waardoor je als chauffeur soms tegen de rijinrichting in moet parkeren, wat gevaarlijke situaties kan creëren en indruist tegen het verkeersreglement. Enkele elektrische modellen zijn voorzien van twee laadkleppen, eentje links en eentje rechts.

De meest gebruiksvriendelijke plaats is vooraan in de grille, omdat onder de elektromotorkap een ruimte kan worden voorzien voor de laadkabels. Nu bevindt die opbergruimte zich meestal onder de laadvloer van de koffer waar zich vroeger het reservewiel bevond. Bijzonder onpraktisch voor wie met reiskoffers onderweg is, die moeten er nu bij elke laadbeurt uit. Vanuit het oogpunt van de consument een beetje onbegrijpelijk.

Partner Content