Urbain Vandormael
Jaguar valt heerschappij Duitse merken aan
In het segment van de luxewagens zwaaien de Duitse premiummerken al jaren de plak. Met de sportieve vierdeurs XE valt Jaguar nu die heerschappij aan, met kans op succes.
Jaguar stond vanaf zijn ontstaan in 1935 synoniem voor sportieve twee- en vierzitters. Dat had het te danken aan de noeste arbeid van William Lyons die zich opwerkte van fabrikant van sidecars tot succesvol autobouwer. En niet zomaar eentje, want in 1936 won Jaguar al de RAC Rally. De eerste in een lange reeks van zeges in alle mogelijke autosportdisciplines. Een zege of wereldtitel in de Formule 1 heeft Jaguar evenwel nooit weten te behalen. Als het een troost mag wezen, dan deze: nadat Red Bull midden de jaren tachtig het zwalpende Jaguar-team voor een habbekrats had overgenomen, won de Duitse F 1-piloot Sebastian Vettel vier wereldtitels op rij voor rekening van de Oostenrijkse pepdrankfabrikant.
Sportieve twee- en vierdeurmodellen
De bekendste Jaguar is ongetwijfeld de E-type, vanaf 1961 op de markt als coupé en cabrio. Hij behoort tot een van de markantste sportwagens uit de naoorlogse autogeschiedenis, maar mijn hart klopt nog altijd voor de Mark II die internationale bekendheid verwierf als dienstwagen van Inspector Morse.
Tijdens en onmiddellijk na de Tweede Wereldoorlog zag de toekomst van Jaguar er weinig rooskleurig uit. De Duitse Luftwaffe had de Jaguar-fabrieken met de grond gelijk gemaakt, maar eigenaar William Lyons vocht moedig terug en bouwde Jaguar uit tot een van de meest vooraanstaande premiummerken ter wereld. Zijn sportieve twee- en vierdeurmodellen vertoonden een hoog aristocratisch gehalte – op maat van de Europese beau monde voor wie een Rolls-Royce of Bentley een nummer te groot waren. Achter het stuur van een Jaguar zat ofwel een sportieve heer van stand ofwel een beroemde filmster met een ontwapende blik – van nijd of afgunst hadden die zelden last.
Jaguar was geen spek voor de bek van Ford
Terwijl concurrent Mercedes-Benz uitgroeide tot een wijdvertakte global player, slaagde Jaguar er niet in om het niveau van nichemerk te ontgroeien. Aan de ene kant bleef het management te lang vasthouden aan achterhaalde productiemethodes en aan de andere kant kon het de sterke vakbonden niet overtuigen om aan één zeel te trekken. Vanaf de jaren tachtig stapelden de verliezen zich op, Jaguar leek een vogel voor de kat.
Jaguar valt heerschappij Duitse merken aan
In 1990 kwam het in handen van het Amerikaanse Ford dat een prestigestrijd uitvocht met zijn rivaal General Motors om het leiderschap in de internationale autowereld. Ford kocht ook nog Volvo en Aston Martin met de bedoeling een merkengroep uit te bouwen waarmee het een sterke marktpositie in het segment van de luxewagens kon verwerven. Maar al snel werd duidelijk dat Ford zijn financiële mogelijkheden had overschat en dat het niet over de knowhow en competente medewerkers beschikte om te kunnen concurreren met de Duitse premiummerken die aan een sterke opmars bezig waren. Jaguar was geen spek voor de bek van Ford! Het imago van Jaguar zakte naar een absoluut dieptepunt toen de Ford-directie in Detroit besliste om een goedkoop model uit te brengen op basis van een bestaand Ford-platform. In feite was de X-type niks meer dan een veredelde Ford Mondeo en in plaats van nieuwe klanten te genereren, joeg de nieuwkomer de laatste trouwe Jaguar-klanten richting Audi, BMW en Mercedes.
Ratan Tata, de reddende engel uit Indië
De redding kwam vanuit onverwachte hoek, in de persoon van de Indiër Ratan Tata. Die legde in 2007 ruim 1 miljard dollar op tafel nadat hij eerder fortuin had gemaakt met de productie en verwerking van staal. Het industrieel imperium van Tata omvat honderden bedrijven en strekt zich uit over meer dan 80 landen. Sinds Jaguar onder Indiase vlag vaart, is het gamma compleet vernieuwd met modellen die een toonbeeld zijn van stijlvol design in combinatie met sportieve prestaties en exclusieve uitrusting – een reïncarnatie van het DNA van het merk. In een mum van tijd heeft Jaguar opnieuw een vooraanstaande plaats verworven onder de premiummerken en hoort het bij de sterkste stijgers op de markt. In ons land hoopt Jaguar dit jaar de kaap van de 1.000 exemplaren te overschrijden.
Aantrekkelijk alternatief voor Duitse premiummerken
Om rendabel te kunnen blijven, bouwt Jaguar zijn gamma in de breedte uit en stelt het op het komende Autosalon van Parijs een sportieve vierdeurs voor die in het segment van de luxueuze middenklassers een aantrekkelijk alternatief voor de Duitse premiummerken belooft te worden.
De Jaguar XE draagt de onmiskenbare signatuur van Ian Callum, die als hoofddesigner een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de wederopstanding van het merk. De XE bestaat voor 75 procent uit aluminium wat hem een gewichtsvoordeel oplevert tegenover zijn directe Duitse concurrenten. In combinatie met nieuwe viercilindermotoren resulteert dat in een opmerkelijk laag verbruik van 3,8 l/100 km en 99 g/km CO2-uitstoot voor de 163 pk sterke dieselversie. Voor de diehards is er ook een versie met een 340 pk sterke V6 motor die in 5,2 seconden optrekt van 0 tot 100 km/u. De XE is de eerste limousine met het ASPC-systeem dat is ontwikkeld door de ingenieurs van Land Rover. Dat zorgt ervoor dat de wagen zelfs op een gladde ondergrond optimale tractie behoudt. De XE staat op het nieuwe alu-platform waarop straks ook de nieuwe SUV van Jaguar wordt gebouwd. In 2016 volgt ook nog een sportieve breakversie.
De XE beschikt over de allernieuwste rijhulpsystemen en een uitzonderlijk performant infotainmentsysteem met een 8″-groot aanraakscherm, een duidelijke en intuïtieve grafische interface en snelle responstijden. De spraakbediening geeft toegang tot alle niveaus van het systeem, zonder dat je door de menu’s moet navigeren zodat je blik niet wordt afgeleid van het verkeer. Het systeem ondersteunt Bluetooth, audiostreaming en USB-connectiviteit. De XE fungeert bovendien als een wifi-hotspot waardoor meerdere toestellen tegelijk toegang kunnen hebben tot internet. Dankzij Jaguar InControl Remote kunnen gebruikers van iOS- en Android-smartphones van om het even waar verbinding maken met hun wagen en vanop afstand bijvoorbeeld de klimaatregeling sturen. Door kleurenbeelden met hoog contrast te projecteren op de voorruit informeert het head-up display de bestuurder over zijn snelheid en te volgen route. Stereocamera’s en gevoelige sensoren vormen de ‘ogen’ van de autonome noodremhulp, indien nodig activeren die het noodremsysteem om een botsing te voorkomen of de gevolgen ervan te beperken. De stereocamera’s lezen ook verkeersborden én wegmarkeringen. De XE is verder uitgerust met een adaptieve snelheidsregelaar, een detectie van snel naderend verkeer, een rijstrook- en dodehoekassistent alsook een semiautomatische parkeerhulp.
Vergelijken we de nieuwkomer met de Audi A4, BMW 3 en Mercedes C-klasse dan moet die op papier niet onderdoen voor zijn Duitse concurrenten. Voor definitieve conclusies over de ware waardeverhoudingen is echter het wachten op de resultaten van vergelijkende tests. Die kunnen ten vroegste volgende zomer worden uitgevoerd, na de officiële lancering in juni. Dan zullen ook de officiële prijzen van de Jaguar XE worden bekend gemaakt. Insiders gaan uit van een prijs van 36.500 euro voor de basisversie – mét een handgeschakelde 6-bak. Ook dat is een nieuw bij new Jaguar.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier