Asielzoekers: opgesloten, maar niet beschermd tegen corona

Een slaapzaal in Brugge. De stapelbedden staan vlak naast elkaar. © GF/gettingthevoiceout.org

In covid-19-tijden moet iedereen zich maximaal isoleren en social distancing in acht nemen om besmetting te voorkomen. Maar bewoners van gesloten centra voor mensen zonder papieren kunnen alleen maar bang afwachten tot een mogelijke besmetting toeslaat. Terwijl de uitzettingen stilliggen, worden ze – zonder wettelijke basis – in een beperkte ruimte vastgehouden in groepen van twintig. Zichtbare hygiënemaatregelen ontbreken.

De gevolgen van het coronavirus laten zich voelen in de gesloten centra. In de loop van de voorbije weken zagen veel bewoners hun repatriëring door geschrapte vluchten voor onbepaalde tijd uitgesteld. Ook de identificatie van mensen zonder papieren loopt vertraging op. ‘Dat kan soms een paar maanden duren’, legt Geert De Vulder van Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) uit.

In het centrum in Brugge leidde de vrees om voor lange tijd in grote groep vastgehouden te worden vorige week maandag al tot een hongerstaking. Een grote meerderheid van de bewoners nam eraan deel.

‘Met de coronacrisis willen we hier absoluut niet langer blijven. We willen hier weg’, vertelt een asielzoeker die, net zoals onze andere contacten, liever anoniem blijft uit angst voor gevolgen voor zijn dossier. ‘We weigerden om nog te eten, maar de bewakers stonden erop dat we toch naar de keuken kwamen.’ Dat zagen de hongerstakers niet zitten: ‘In de keuken zouden ze onze namen registreren, en dan zou het op papier lijken alsof we toch gegeten hadden.’

We willen hier absoluut niet langer blijven.

Een gedetineerde

De bewakers, die in Brugge volgens de bewoners slechts met vijf zijn overgebleven, haalden de politie erbij om de oproer te breken. Zeven gedetineerden werden opgesloten, sommigen in een isoleercel en anderen in veiligheidskamers. Uit onze – weliswaar moeilijk te verifiëren – informatie blijkt dat ten minste twee onder hen zesendertig uur in een isoleercel vastzaten.

Anders dan in een open centrum worden in een zogenoemd Centrum voor Illegalen , zoals dat in Brugge, mensen opgesloten. Dat gebeurt om verschillende redenen. Sommige bewoners zijn uitgeprocedeerd, worden tijdelijk vastgehouden met het oog op hun uitzetting. Anderen wachten – net als in een open asielcentrum – op de uitslag van hun asielprocedure. Nog anderen zijn helemaal geen asielzoekers. Het gaat dan om buitenlanders die bij aankomst in België niet in orde waren met de wet. Hun visum was bijvoorbeeld niet geldig of ze hadden te weinig geld op zak.

Geen redelijke termijn

Na de oproer in het Brugse centrum werd ruim de helft van de tachtig gedetineerden vrijgelaten. Ook in de andere Belgische gesloten centra kwamen heel wat mensen op vrije voeten, in totaal zo’n tweehonderd.

Advocaat Jan Keulen, gespecialiseerd in vreemdelingen- en strafrecht, legt uit: ‘De wetgeving laat enkel toe om mensen in administratieve hechtenis te houden wanneer de effectieve repatriëring binnen een redelijke termijn mogelijk is. Nu ligt het internationale vliegverkeer door corona zo goed als stil, omdat de herkomstlanden inkomende vluchten vanuit Europa weigeren. Daarom is aan die wettelijke voorwaarde niet meer voldaan.’

Ook met de procedures voor de afgifte van doorgangstoelatingen zijn er problemen: ‘Als ze al kunnen worden opgestart, gaat het nu nog trager dan vroeger. Dat komt omdat veel buitenlandse ambassades momenteel niet functioneren of onvoldoende mankracht hebben.’

En toch zitten nog steeds heel wat bewoners vast zonder dat daar een wettelijke basis voor bestaat. In Brugge blijven zesendertig mannen over; alle vrouwen zijn vrijgelaten. Volgens DVZ gaat het om ‘een redelijk groot aantal personen met allerhande openbare-ordeproblemen’.

Gemeenschappelijke ruimte in het asielcentrum.
Gemeenschappelijke ruimte in het asielcentrum.© GF/gettingthevoiceout.org

‘Maar die mensen hebben hun straf voor justitie uitgezeten. Het mag niet de bedoeling zijn om hen met een administratieve vrijheidsberoving dubbel te straffen’, aldus advocaat Keulen.

‘Wij hebben een groot probleem met de term “openbare orde”‘, zegt Baudouin Van Overstraeten van Jesuit Refugee Service Belgium, een ngo die bezoeken organiseert in meerdere gesloten centra. ‘Mensen denken dat het dan automatisch gaat over criminelen, maar dat is meestal niet het geval. Het gaat dan over mensen die een notitienummer hebben bij een parket in België. En ja, dat kan gaan over ernstige feiten, maar evengoed over de poging tot diefstal van een banaan.’

Bovendien betekent ‘openbare orde’ helemaal niet dat er een veroordeling is geweest. Van Overstraeten: ‘In veel gevallen is het dossier gewoon geseponeerd. Ik heb het zelfs al meegemaakt dat een slachtoffer in een zaak later het stempel “openbare-ordegeval” kreeg.’

Geen informatie

Advocaat Keulen ziet vooral een politieke logica. ‘In geen enkele andere rechtstak zijn recht en politiek zo sterk vermengd als in het vreemdelingenrecht. Politici zijn nu eenmaal zeer gevoelig voor de publieke opinie van de dag. Ze nemen daardoor zelden of nooit juridisch correcte maar politiek gevoelige beslissingen tot invrijheidsstelling.’

De zesendertig overblijvers in Brugge zijn nerveus. ‘We zijn bang voor wat zal komen’, zegt een bewoner aan de telefoon. ‘In groep kunnen we ons amper afschermen tegen het coronavirus. Kunt u zich dat voorstellen? Wij slapen met tien op een kamer!’

Door de coronamaatregelen kunnen de inwoners geen bezoek ontvangen, maar Sarah Schlitz (Ecolo) mocht vorige week maandag als parlementslid toch binnen in het gesloten centrum van Vottem. ‘Ik trof er een vreselijke toestand aan. Het sanitair was smerig. Er was geen zeep of toiletpapier, en overal lag afval.’ Op dat moment waren er in het land al strenge veiligheidsmaatregelen van kracht. ‘Maar de gedetineerden hadden helemaal nog geen informatie gekregen over corona.’

In Brugge doen de bewoners wat ze kunnen om besmetting te voorkomen. ‘Ik deel geen sigaretten meer, gooi mijn bekertje meteen weg nadat ik gedronken heb en ik verberg mijn handdoek in mijn kastje om te voorkomen dat iemand anders hem aanraakt’, klinkt het.

Door de maatregelen en door ziekte is maar ongeveer de helft van het personeel aan het werk. Al vermindert dat het risico op externe besmetting, toch kijken de bewoners met argwaan naar al wie van buitenaf komt. ‘Elke avond gaan die bewakers naar hun familie. Als zij het binnenbrengen, krijgen we het allemaal’, zegt een bewoner. ‘De bewakers komen dichtbij, bijvoorbeeld om te controleren wat we aan het doen zijn. Ze dragen geen masker en meestal geen handschoenen. Alleen bij de toiletten is er zeep. Op het vlak van hygiëne is alles gewoon bij het oude gebleven.’

Ik trof een vreselijke toestand aan. Het sanitair was smerig. Er was geen zeep of toiletpapier, en overal lag afval.

Sarah Schlitz, Ecolo-parlementslid

De schrik zit er goed in dat het virus het centrum al is binnengedrongen. ‘Zaterdag merkten we dat een medebewoner uit Egypte niet kwam opdagen voor het ontbijt. Volgens de bewaker was hij ziek en is hij daarom in een medische afzonderingscel geplaatst.’ Het bleek vals alarm. De man is ondertussen aan de beterende hand en is naar de groep teruggekeerd.

Internationale bezorgdheid

In het gesloten centrum van Merksplas lijkt de situatie iets beter. Sinds de vrijlating vorige week hebben de gedetineerden individueel of per twee een aparte kamer. Ze kunnen ook een portie handgel aanvragen bij het personeel. Maar ook hier zijn de gedetineerden bang voor corona. Vooral het gebrek aan communicatie veroorzaakt argwaan.

Een uitgeprocedeerde asielzoeker getuigt. ‘De afgelopen twee weken zijn meerdere zieke bewoners plots verwijderd. Bij de twee recentste gevallen gebeurde dit door mannen in beschermende medische pakken. Hun kamers werden daarna helemaal leeggemaakt. We weten nog steeds niet wat er precies gebeurd is.’

Vragen we naar een mogelijke oplossing, dan is Van Overstraeten duidelijk: ‘Die mensen moeten vrijkomen. Dat zegt de wet. Maar hen gewoon buitenzetten, zoals men vorige week met tweehonderd mensen gedaan heeft, is op menselijk en hygiënisch vlak een drama.’ Wie vorige week werd vrijgelaten, keerde terug naar vrienden of familie in België of kwam op straat terecht. ‘Het is niet ondenkbaar dat sommigen besmet waren met het coronavirus.’

‘Het is aan de federale regering om die mensen in veilige en hygiënische omstandigheden op te vangen’, zegt Van Overstraeten. Eenvoudig is dat niet. ‘Ik zou niet graag in de schoenen van de directeur-generaal van Fedasil staan. Na jarenlange afbouw van de capaciteit kampt die organisatie met een permanent tekort aan opvangplaatsen. Het is er crisis.’

Na jarenlange afbouw kampt Fedasil met een permanent tekort aan opvangplaatsen. Het is er crisis.

Baudouin Van Overstraeten, Jesuit Refugee Service Belgium

Ook internationaal maakt men zich zorgen over de situatie in gesloten detentiecentra. Gisteren nog riep de Commissaris voor de Rechten van de Mens bij de Raad van Europa, Dunja Mijatovic, op om ‘afgewezen asielzoekers en irreguliere migranten in gesloten centra zo veel mogelijk vrij te laten’, omdat met de coronacrisis de wettelijke basis voor verdere opsluiting vervalt en omdat ‘gesloten centra meestal niet geschikt zijn voor social distancing en andere maatregelen om migranten en werknemers te beschermen tegen een infectie.’ Na vrijlating moeten lidstaten wel zorgen voor degelijke opvang. Volgens Mijatovic is dat niet alleen in het belang van de migranten, maar ook van ‘de volksgezondheid in de lidstaten’.

Zelfmoordpoging

In Brugge is de spanning ondertussen om te snijden. De coronaperikelen komen bij de andere stressfactoren in een gesloten centrum. Zo heeft zondagmorgen een bewoner nog geprobeerd om zelfmoord te plegen met een laken. Hij is daarop in een afzonderingscel geplaatst voor verdere opvolging.

In een reactie laat Geert De Vulder van de DVZ weten dat er ‘wel degelijk veiligheidsmaatregelen zijn genomen’ en dat het ‘personeel de door de regering opgelegde regels volgt’. Om besmetting te voorkomen, is ‘het aantal bewoners per slaapzaal met de helft naar beneden gehaald, zijn er mogelijkheden om de handen te wassen en te ontsmetten en moeten zieke bewoners mondmaskers dragen wanneer gezonde bewoners in de omtrek zijn’.

De DVZ wijst er ook op dat ‘zelfs voor ziekenhuizen het beschikbare materiaal schaars is’ en dat er in het centrum in Brugge nog geen coronagevallen bekend zijn.

Over de hongerstakingen en collectieve weigering om deel te nemen aan de activiteiten maakt De Vulder zich geen illusies: ‘Dergelijke reacties worden de komend tijd nog verwacht.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content