WHO: ‘Uitbraak van apenpokkenvirus is te stoppen’

© AFP

Volgens Maria Van Kerkhove, hoofd opkomende ziektes en zoönoses van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), is de uitbraak van het apenpokkenvirus te stoppen. De epidemiologe beweerde maandag dat de ziekte terug te brengen is naar het gebied waar het virus oorspronkelijk voorkomt, namelijk West- en Centraal-Afrika.

“We bevinden ons in een situatie waarin we kunnen gebruikmaken van verschillende instrumenten om gevallen vroegtijdig op te sporen en te isoleren”, aldus Van Kerkhove. Momenteel zijn er “minder dan tweehonderd verdachte en bevestigde gevallen” in niet-endemische landen, oftewel landen waar de ziekte normaal niet voorkomt, zoals in Europa en Noord-Amerika, bevestigt de WHO-epidemiologe.

Rosamund Lewis, WHO-verantwoordelijke voor het apenpokkenvirus, benadrukte daarnaast dat “het de eerste keer is dat we besmettingen in verschillende landen tegelijk zien bij mensen die niet naar endemische gebieden in Afrika zijn gereisd”.

Het is voorlopig nog niet bekend of er al mutaties van het virus in de omloop zijn.

Europees ziektebestrijdingscentrum maant landen aan om snel te handelen

Het Europees centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) heeft voorlopig weet van 85 gevallen van apenpokken in acht lidstaten van de Europese Unie. De Europese instantie roept landen op om snel te handelen.

In een risicoanalyse roept het ECDC landen maandag op om in te zetten op de snelle identificatie, behandeling, opvolging, contacttracing en melding van apenpokkengevallen. Daarnaast raadt het landen aan om de beschikbaarheid van pokkenvaccins, antivirale middelen en beschermend materiaal voor zorgmedewerkers te controleren.


De 85 gevallen die momenteel gekend zijn, werden geregistreerd in België, Frankrijk, Duitsland, Italië, Nederland, Portugal, Spanje en Zweden. In ons land staat de teller op vier. “De huidige vastgestelde gevallen van apenpokken bij mensen komen voornamelijk voor bij mannen die seks hebben met mannen, wat erop wijst dat de overdracht kan plaatsvinden tijdens intieme betrekkingen”, aldus het ECDC. De besmetting zou kunnen gebeuren via nauw contact van het slijmvlies of huidwonden met besmettelijk materiaal van de pokken, of door “grote ademhalingsdruppels bij langdurig gezichtscontact”.


Volgens de directeur van het ECDC, Andrea Ammon, gaan de meeste tot nu toe geregistreerde gevallen gepaard met milde symptomen en is de kans op besmetting voor de brede bevolking heel laag. “De kans op verdere verspreiding van het virus door nauw contact, bijvoorbeeld tijdens seksuele activiteiten tussen personen met meerdere seksuele partners, wordt echter groot geacht.”


Bij jonge kinderen, zwangere vrouwen en patiënten met een verzwakt immuunsysteem kunnen de symptomen van apenpokken ernstig zijn, waarschuwt het ECDC wel. “Verder onderzoek is nodig om het ziekte- en sterftecijfer bij deze uitbraak nauwkeurig te kunnen schatten”, luidt het.


Wie besmet is met de apenpokken, zou volgens de richtlijnen van het ECDC in isolatie moeten tot de korstjes afvallen. “Onthouding van seksuele activiteiten en dicht fysiek contact wordt ook geadviseerd tot de huiduitslag genezen is”, luidt het. Hoogrisicocontacten moeten tot 21 dagen na de laatste blootstelling aan zelfmonitoring doen.


Het ziektebestrijdingscentrum roept besmette patiënten ook op om contact met huisdieren te vermijden. “Als transmissie van mens op dier gebeurt, en het virus verspreidt zich in een dierenpopulatie, bestaat het risico dat de ziekte endemisch kan worden in Europa”, waarschuwt het ECDC. “Daarom is er nood aan nauwe samenwerking tussen de gezondheidsautoriteiten voor mensen en dieren om de blootstelling van huisdieren te beheersen en te verhinderen dat de ziekte op wilde dieren wordt overgedragen.”


Europees commissaris voor Volksgezondheid Stella Kyriakides onderschrijft in een reactie de boodschap van het ECDC. Ze zegt bezorgd te zijn over de toename van het aantal gemelde apenpokkengevallen en dat ze de situatie nauw opvolgt. Ze benadrukt ook dat de nieuwe Europese autoriteit voor gezondheidscrisissen (HERA), het ECDC en het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) samenwerken om de beschikbaarheid van vaccins en behandelingen te verzekeren.

Partner Content