Ludo Abicht

‘Aanslag in Halle is geen nieuw verschijnsel, en dat is net het verontrustende eraan’

Ludo Abicht Vlaams filosoof en publicist

‘Zijn verklaringen over ‘de leugen van de Holocaust’ konden zo uit een antisemitisch pamflet van de jaren 1930 of een toespraak van Hitler geplukt zijn’, schrijft Ludo Abicht over de neonazi die in het Duitse Halle een aanslag pleegde waarbij twee mensen om het leven kwamen.

Halle an der Saale was ooit de stad met de eerste elektrische tram in Europa en de hoofdstad van de chemische industrie van de DDR. De stad van Martin Luther en nog steeds een bedevaartsoord voor lutheranen uit de hele wereld. De stad van Georg Friedrich Haendel en de plaats waar volgens de romantische dichter Novalis de Blaue Blume van het paradijs (de utopie) zou gebloeid hebben, is deze week helaas opnieuw in het wereldnieuws gekomen vanwege de moord op twee burgers door een zelfverklaard neonazi. Zijn verklaringen over ‘de leugen van de Holocaust’ en de volgens hem bewezen schuld van ‘de Joden’ aan zowat alle miserie konden zo uit een antisemitisch pamflet van de jaren 1930 of een toespraak van Hitler geplukt zijn.

Niets nieuws onder de swastika dus, maar dat is net het verontrustende. Het valt sowieso al moeilijk te begrijpen dat individuen en groepen na 1945, toen de gruwelijke misdaden van het nationaalsocialisme en zijn handlangers aan het licht begonnen te komen, ondanks alles opnieuw door die dwaze racistische theorie en propaganda konden geraakt worden, alsof er in de tussentijd niets gebeurd was.

Aanslag in Halle is geen nieuw verschijnsel, en dat is net het verontrustende eraan.

En omdat het over de oude en eerbiedwaardige stad Halle an der Saale gaat, en ik zeg dit zonder een zweem van ironie, moeten we voorzichtig zijn en een onderscheid maken tussen het grote succes van partijen als de Alternative für Deutschland (27,5 % in de regionale verkiezingen van 2019) en de moorddadige acties en plannen van deze neonazi. Volgens de jongste informatie zou hij getracht hebben de synagoge gewapend binnen te vallen op Jom Kippoer, de grote Verzoen- en Boetedag, zowat het hoogtepunt van het joodse liturgische jaar. Van de ongeveer 233.000 inwoners van Halle zijn er vandaag hooguit 555 leden van de kleine Joodse gemeente. Dat die een gevaar zouden betekenen voor het welzijn van de andere burgers en de macht dreigden over te nemen (De Joden zijn ons ongeluk!) moet zelfs door een ideologisch of emotioneel verblinde racist als absolute nonsens beschouwd worden, zodat we opnieuw voor het raadsel staan, wat deze mens kan gemotiveerd hebben.

Het succes van die uiterst rechtse partij kan daarentegen wél verklaard en daarom ook wellicht op termijn gecounterd worden: Halle is niet langer het industriële centrum van weleer en er lopen daar voldoende burgers rond die zich door de grote beloften van de Wiedervereinigung (Wir sind ein Volk!) voldoende smadelijk bedrogen voelen om deze protestpartij een kans te willen geven. Het is strategisch trouwens bijzonder sluw van de AfD, terug te grijpen naar het begin van de protestbeweging op 4 november 1989, toen democratische maar expliciet socialistische prominenten als Christa Wolf, Stephan Heym, Heiner Müller en vele anderen op de Alexanderplatz in Oost-Berlijn demonstreerden onder de slogan Wir sind das Volk!

Ook hier zien we dus, zoals in Frankrijk met Marine Le Pen, dat extreemrechtse partijen met schijnbaar linkse parolen uitpakken, iets wat trouwens al het geval geweest is met de Nazionalsozialistische Deutsche Arbeiterpartij vanaf het midden van de jaren 1920. Omdat democratische tegenstanders moeiteloos konden aantonen dat hun zogenaamd socialistisch programma het tegendeel beoogde van een progressief en democratisch beleid ten voordele van de arbeidende bevolking, bestaat er een redelijke kans dat we hetzelfde kunnen doen met de huidige extreemrechtse partijen en formaties. Het is een werk van lange adem, zolang er objectieve gronden voor hun ongenoegen blijven bestaan, maar het moet in principe mogelijk zijn reële en voelbare stappen te ondernemen om de sociale kloof tussen Oost- en West-duitsers (en Noord-Fransen en Parijzenaars) te dichten.

Wat doe je echter met verbitterde individuen die zich persoonlijk gediscrimineerd en verwaarloosd voelen en op zoek gaan naar de ware schuldigen voor hun persoonlijke ellende (of hun perceptie ervan)? Dat kunnen dan de migranten zijn: was het toeval dat de dader ook een Turks eethuis onder vuur nam? Of, zoals al sinds de diepe Rooms-katholieke middeleeuwen, de Lutherse hervorming en de sociaal woelige negentiende eeuw, dan maar teruggrijpen naar hen die al zo vaak en door zoveel kerkelijke, seculiere en zelfs academische autoriteiten met de vinger gewezen werden, de Joden?

Uiteraard moeten we hieruit leren dat de Joodse gemeente in Halle, maar ook overal elders in Europa, zich best zo goed mogelijk beschermt en daarvoor terecht de hulp van de democratische overheden inroept. Stel u even voor wat er zou gebeurd zijn, indien de man er toch in geslaagd was de volle synagoge binnen te dringen. Laat ons daarom ophouden met te zeuren en te zaniken over ‘de militairen in onze straten’, alsof het over een bezetting zou gaan. Ik zou niet graag in de schoenen van deze moralistische roepers staan, wanneer er morgen opnieuw een geslaagde aanslag in Antwerpen of Brussel zou plaatsvinden. Ook naïevelingen kunnen gevaarlijk zijn voor het voortbestaan van de democratie.

En wat de quasi illusoire preventie van dergelijke one man actions betreft: misschien kunnen we te rade gaan bij de onvolprezen Viëtnamese strateeg Vo Nugyen Giap die zei dat we ‘de vijvers moeten opdrogen’ waarin de reactionaire krachten zich verschuilen (en vermeerderen). Op West-Europa toegepast zou dit betekenen dat diegenen die zich tot dergelijke terroristische daden aangetrokken voelen zich steeds meer van de bevolking (‘volk’ dat ze beweren te dienen) vervreemden en zo snel mogelijk in de psychiatrische zorg eindigen waar ze thuishoren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content