Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

Zondag speelt Westerlo tegen Club Brugge. Zou Jan Ceulemans er wakker van liggen?

Nee, Jan Ceulemans ligt er niet wakker van. Wij herinneren ons een bekermatch van vorig seizoen: Ingelmunster, derdeklasser waar Ceulemans trainer was, tegen Tilleur, tweedeklasser op de rand van het failliet die een ronde voordien wel Club Brugge had uitgeschakeld. In de zaterdagkrant een groot interview met “de Caje”, onder de unieke kop: “Tegen Tilleur of tegen Real Madrid, dat is voor mij allemaal hetzelfde.”

Vier-nul is het geworden. Voor Ingelmunster. Dat nadien door Standard werd gewipt, maar eind april mocht pronken met de kampioenstitel in derde A, en dus naar tweede promoveerde. Zonder deCaje evenwel, want die verkoos om Jos Heyligen op te volgen bij Westerlo. Eerder had hij al eens promotie naar eerste gevierd met Eendracht Aalst. Waarmee hij een jaar later potverdekke ook nog Europees voetbal afdwong, en twee ronden ver raakte. Verloren tegen AS Roma, nadat eerst Levski Spartak Sofia aan de kant was gezet.

Ceulemans is na lange jaren Brugge alweer een tijdje terug in de Lierse heimat en woont op een verre boogscheut van zijn nieuwe werkgever. De Caje blijft aan zijn roots gehecht, zoals dat andere grote Lierse-product uit de jaren tachtig: Erwin Vandenbergh. Die ook ooit trainer van Westerlo is geweest, maar al na twee maanden weer opstapte. Erwin kreeg het onmiddellijk aan de stok met de Nederlandse clan: Koen Burg, Marco Van Loon, en good-old Frans Van Rooy. Ze speelden enkel voor zichzelf en Erwin kondigde bij zijn ontslag aan dat hij een paar weken later eens een boekje zou opendoen over de Hollanders. De eerstvolgende match won Westerlo tegen Sint-Niklaas met 8-0! Vier goals van Van Loon en zeven van de acht assists waren van Koen Burg. Die de enige assist die niet van hem kwam, benutte om zelf te scoren. Quod erat demonstrandum, sprak de latinist in Erwin Vandenbergh, maar hij hield zijn boekje wijselijk gesloten. Hij is nu terug bij de club, als jeugdcoördinator.

Gezellige club, Westerlo, en wij mogen daar graag de unieke stem van Jos Willems van de VRT-radio bij horen. Hoe de Jos dat kan zeggen: “De supporters van kaa ef cee Westerlo zijn samen met die van Lierse te voet vertrokken van aan café Het schoon wijf in Hulshout.” Jos mogen ze daar nooit weghalen, en hopelijk blijft Verbroedering Geel ook in eerste. Niet fuseren! Westerlo heet in de Voorkempen trouwens Westel, zoals Poederlee Peujl heet.

En voor de rest heeft de ploeg zonder moeite een plaats verworven in de middenmoot van eerste. Zes-nul tegen Anderlecht vorig jaar. En zondag moet Club Brugge eraan. Hoe? “Dat zullen we dan wel zien tijdens de match”, weet Jan Ceulemans. Bondsvoorzitter Michel D’Hooghe heeft zijn hond Caje genoemd.

Jan Ceulemans: Voor mij is de hernieuwde aanpassing aan eerste klasse niet moeilijk. Het enige grote verschil met Ingelmunster is dat we daar één keer per dag trainden, in de vooravond, en nu twee keer. Voor het overige is die kloof niet zo groot. Ook in Ingelmunster was alles goed georganiseerd. Dat zal niet bij alle derdeklassers zo zijn, maar daar wel. Het was een van de redenen waarom ik er aan de slag ben gegaan. Toen ik bij Aalst wegging, dacht ik eerlijk gezegd: ik doe een paar maanden niks, en daarna zal ik rustig kunnen kiezen uit een paar aanbiedingen. Dat viel zwaar tegen. Er werden wel trainers ontslagen en anderen aangenomen, maar aan mij dacht niemand. Na een tijdje ben ik het dan maar wat lagerop gaan zoeken, al was de voorwaarde wel dat het om een club met ambitie en mogelijkheden ging. En dat was Ingelmunster, het bewijs is geleverd.

Was je verbitterd dat er geen aanbiedingen kwamen?

Ceulemans : Dat is overdreven, maar ik vond wel dat mijn werk bij Aalst niet naar waarde werd geschat. Eerst de eindronde gespeeld, een jaar nadien de eindronde gewonnen, in eerste meteen Europees voetbal behaald, daarna in die Europacup de tweede ronde bereikt, maar in de competitie afgeremd omdat ze ons vier punten hebben afgepakt voor het opstellen van de zogezegd niet-speelgerechtigde Emanuel Ebiede. Mijn laatste seizoen was heel wat minder, maar dat lag niet aan mij. Ik heb toen één fout gemaakt: ik heb te weinig op tafel geslagen bij het bestuur. Ze begonnen met één speler te verkopen, want ze hadden het geld nodig. Ik kon dat begrijpen, dus ik liet begaan. Maar toen verkochten ze er een tweede en uiteindelijk werden het er zeven. Zo kan je niet meer werken. Ik heb een les geleerd, het zal me niet meer overkomen. Maar goed, blijkbaar kon mijn succes bij Aalst niet veel clubs overtuigen, en omdat ik graag trainer ben, heb ik het aanbod van Ingelmunster aangenomen. En ik heb er met veel plezier gewerkt.

Je verkoopt jezelf niet genoeg.

Ceulemans: Dat zeggen ze dan. Ik weet niet of dat wel klopt. En hoe dan ook: het heeft met je karakter te maken. Ik vind dat ik in Aalst en in Ingelmunster bewezen heb dat ik iets kan, maar ik ga niet met mezelf lopen leuren. Waarom pakken ze mij bij Westerlo, en waarom pakken ze jou niet?

Wel, dat is een lang verhaal…

Ceulemans: …Je moet daar wat geluk in hebben. De man die bij de ene club wordt afgedankt omdat hij het niet kan, wordt bij de andere als de grote verlosser binnengehaald. Het goed kunnen uitleggen is dikwijls belangrijker dan al de rest, maar ik ga me niet forceren. We hebben in het tussenseizoen gezien dat Anthuenis naar Anderlecht is gegaan, Heyligen naar Genk, ik naar Westerlo, en Waseige naar de Rode Duivels. De brave mannen staan weer wat in de gratie, nadat het een tijdlang strenge en keiharde professionals moesten zijn. Pas op, ik zeg dat met sarcasme, want zo braaf zijn wij natuurlijk niet. En het is niet omdat je niet staat te roepen en te tieren, dat je geen professional zou zijn. Maar één keer dat je een etiket op je rug hebt plakken, raak je er niet meer van af.

Maar daar maak je je niet druk om?

Ceulemans : Nee. Ik zit hier goed. Het is niet te ver uit mijn buurt, dat is niet het belangrijkste maar het speelt wel mee. En er zijn mogelijkheden om voor langere termijn iets uit te bouwen. Toen Westerlo drie jaar geleden promoveerde, sprak iedereen over een vogel voor de kat. Maar die vogel vliegt nog rustig rond, terwijl de kat ligt te slapen. Ze kennen hier hun limieten en daarbinnen hebben ze uitstekend gewerkt. Er wordt actief gescout, alle matchen in de buurt tot in vierde provinciale toe. En er wordt een zuinig maar verstandig transferbeleid gevoerd. Ook dit seizoen: Frans, Serneels, Lammens, Sadio Ba, Schaessens, Milosevic… dat noem ik goed aangekocht. Ik was ervan overtuigd dat we met deze kern een rustig seizoen zouden spelen. Als een van de middenmoters. Het hangt dan af van een beetje geluk of je in die middenmoot net onder de eerste vier, of net boven de laatste vier staat.

Is Westerlo te vergelijken met Eendracht Aalst?

Ceulemans: Nee, ze zijn hier veel nuchterder. Aan ambitie hadden ze bij Aalst geen gebrek. De juiste inschatting van de middelen was iets minder aanwezig. Waardoor ze binnen de kortste keren bijna terug in tweede stonden. Ik denk niet dat het bestuur van Westerlo zich zo zal vergalopperen. Het is heel wat minder woelig dan in Aalst. Ik werk graag in een rustig klimaat, maar aan de andere kant moeten we de nodige druk op onszelf leggen. Het mag niet te gemoedelijk worden, of de prestaties blijven uit. Je moet altijd liever achtste willen worden dan tiende.

Zou je kunnen werken en leven onder de druk van een topploeg?

Ceulemans: Waarom niet? De druk is groter, akkoord, maar je hebt in principe betere spelers. Als het natuurlijk zo negatief en bedreigend wordt als bij Ivic of bij Leekens, als je geen enkele dag nog de krant kan openslaan of er vallen bakken kritiek uit, dan is het natuurlijk niet plezierig meer. Dan komt er een moment waarop je beter opstapt.

Zou jij bondscoach willen worden?

Ceulemans: Daar kan ik geen zinnig antwoord op geven. Dat houdt mij helemaal niet bezig. Ik heb bij Aalst en Ingelmunster goed werk geleverd, ik probeer bij Westerlo hetzelfde te doen. Zolang ze mij laten werken, lig ik absoluut niet wakker van wat de volgende stap in mijn carrière zou moeten zijn. Ik ben maar pas aan deze begonnen.

Is je manier van werken veranderd in vergelijking met je Aalsterse periode?

Ceulemans: Niet fundamenteel. Ik zou ook niet weten waarom. Ik probeer mijn ploeg van haar eigen sterkte te laten uitgaan. Wij spelen in vijf-drie-twee als we de bal niet hebben, en in drie-vijf-twee als we de bal wel hebben. Een echte libero achterin houden is niet nuttig, want die man kom je tekort op het middenveld. Met vier achterin spelen is dan weer te riskant. Dus heb ik een laatste man, Rudy Janssens, maar die staat vaker voor zijn verdediging dan erachter. Ingewikkeld is dat allemaal niet. De wedstrijd bepaalt evenzeer de tactiek, als de tactiek de wedstrijd.

Spelers die erboven uitsteken, worden onvermijdelijk weggekocht. Vorig jaar Jochen Janssen, ook Toni Brogno zullen jullie niet kunnen houden.

Ceulemans: Dat weten we. Tenzij men op een bepaald moment zou oordelen dat er toch een grote stap voorwaarts kan worden gezet, maar ik vrees dat de financiële middelen daartoe ontbreken. Daar moeten we ons in schikken, dat moet elke Belgische club. Wie er bij Anderlecht of Club Brugge bovenuit steekt, wordt door het buitenland gekocht.

Je ex-ploeg Lierse maakt nu al een paar jaren furore met de eigen jeugd. Hoe zit dat bij Westerlo?

Ceulemans: Voorlopig teren we op anciens. We moeten die zien aan te vullen met jongeren. Onze jeugdwerking is in volle opbouw. Erwin Vandenbergh coördineert dat en ik denk dat hij dat goed doet. Maar voor we echt eigen jeugdspelers in de eerste ploeg zullen kunnen droppen, moeten we geduld hebben. Ik hoop dit seizoen Bart Willemsen een paar keer op te stellen, maar ook hij is geen jeugdproduct want hij komt van Turnhout.

Merkwaardig dat je Erwin Vandenbergh terugvindt. De grootste twee vedetten van Lierse herenigd.

Ceulemans: Zo merkwaardig is dat niet, want we wonen alletwee in de buurt. Erwin heeft in zijn trainersloopbaan het geluk niet aan zijn kant gehad. Eerst Tongeren, waar hij met junioren moest spelen. Daarna hier buitengewerkt door de Hollanders. En toen kwam hij terecht bij Sint-Niklaas, dat zo goed als failliet was. Daarmee haalt de beste trainer ter wereld geen resultaat. Maar Erwin heeft nu het kaartje van drie mislukkingen op zijn rug hangen, krijg dat er maar eens af.

Binnen de profliga willen de grotere clubs meer macht en geld, en ze willen eerste klasse inperken. Met andere woorden: jullie moeten eruit, jullie storen.

Ceulemans: Ik kan de verzuchtingen van de grote clubs begrijpen, ze kunnen niet meer mee met het buitenland, krijgen steeds minder inkomsten en zakken daardoor nog verder weg. Maar als trainer van een kleine club stel ik de volgende vraag. Een competitie met veertien, of met tien zoals sommigen zeggen, betekent dat er minstens acht profclubs verdwijnen. Want in tweede klasse kan je als profclub niet overleven. In het beste geval blijven je supporters komen, maar de sponsors haken af en het televisiegeld kan je ook vergeten. Als je acht ploegen eruit zwiert, pak je de broodwinning af van op zijn minst honderd vijftig profspelers, plus heel wat trainers en administratief of sporttechnisch personeel. Ik vind dat men daar niet zo lichtvaardig overheen mag stappen. Bovendien dromen grote clubs van een alternatief dat ze waarschijnlijk niet eens kunnen realiseren. Hoe moet de nieuwe competitie eruitzien ? Het Schotse systeem, met play-offs en zeven keer per jaar Club Brugge – Anderlecht? Dat worden de mensen ook beu. De BeNeliga van Verschueren? Zal er meer volk komen kijken naar Anderlecht-Vitesse dan naar Anderlecht-Sint-Truiden? En hoe luid zullen ze klagen als ze dan vierde zijn, achter Ajax, PSV en Feyenoord, en opnieuw uit de boot vallen voor Europees voetbal?

De televisiepopulatie wordt wel groter.

Ceuelemans: Dat is waar, maar geloof maar niet dat de televisierechten plotseling zo fel zullen stijgen. Nederlandse clubs klagen ook steen en been. En die hebben vijftigduizend man op hun tribune, die hebben de voorbije jaren fortuinen verdiend met spelers te verkopen, en hun televisie-inkomsten zijn heel wat hoger dan de onze. En toch volstaat ook dat niet. Hun hele nationale ploeg speelt in het buitenland. Met een BeNeliga zullen de inkomsten van de grote clubs een beetje verhogen, maar lang niet genoeg om Europees weer mee te tellen. Dan vraag ik mij af of dat opweegt tegen het afschaffen van een halve beroepssector.

Met de uitbreiding van de Champions League komt de nationale competitie hoe dan ook steeds meer in het gedrang.

Ceulemans: Het gaat alleen om geld, iedereen wordt verblind door het geld. Ik ben er niet zo zeker van dat het grote publiek zal blijven volgen. Zelfs in grote voetballanden als Spanje, Italië en Engeland, blijven de supporters meer betrokken bij de eigen nationale competitie, dan bij de Europese.

Tegen wie heeft Real Madrid vorige week gespeeld?

Ceulemans: Dat weet ik niet, jong. Ik wil het ook niet weten. Zoals deze veertien dagen, dat is niet meer te doen. Dinsdag Europees, woensdag Europees, donderdag Europees, vrijdag, zaterdag en zondag nationaal. Het blijft wachten op de eerste die ook nog op maandag gaat spelen. Enfin, in Engeland doen ze dat al. Die Champions League, dat zijn nu al zestien wedstrijden per speeldag. En er zit ook al geen week pauze meer tussen. Ik weet wel: voor de clubs is het levensbelangrijk, want alleen al maar deelnemen levert een bom geld op. Maar aan de andere kant is de charme van die Europese voetbalavonden verdwenen. Vroeger kon je ernaar uitkijken: ze geven woensdag Barcelona op tv. Zetel goed gezet, een paar pinten en een zak chips op een tafeltje, en laat maar komen. Maar nu zie je elke week Barcelona. Op de duur zullen de mensen blij zijn dat ze nog eens naar Westerlo kunnen gaan kijken, en een hotdog kunnen kopen bij een kraampje.

De kloof tussen Belgische en Europese topclubs wordt steeds groter.

Ceulemans: Dat valt niet te ontkennen. Gelukkig leeft de nationale ploeg wat op, maar laten we eventjes afwachten of dat ook blijft duren. Ik hoop uiteraard van wel. En voor onze clubs is het zelfs tegen onbekende tegenstanders spartelen. Het is vooral de financiële kloof met het buitenland die steeds groter wordt. Je kan geen goede buitenlanders meer naar hier lokken, en je kan niet met een ploeg vol goede Belgen proberen, want die worden ook weggekocht. Tenzij er een andere mentaliteit zou groeien, en jonge spelers wat geduldiger leren zijn. Hoevelen zijn er intussen met hangende pootjes uit het buitenland teruggekeerd? Hoevelen hebben er een basisplaats? Dat ze een voorbeeld nemen aan Pär Zetterberg, toch een van de betere voetballers in onze competitie. Die legt de buitenlandse aanbiedingen naast zich neer. Bij Anderlecht is hij nog een paar jaar zeker van zijn plaats, hij rekent uit hoeveel salaris hij verdient, pensioenfonds erbij opgeteld… als je genoeg hebt, waarom zou je dan naar het buitenland gaan?

Welke grote speler heeft vroeger op precies dezelfde manier geredeneerd?

Ceulemans:(lacht) En daar ben ik blij om. Als ik hoor hoeveel jonge spelers bij een club als Lierse kunnen verdienen, zou ik in hun plaats twee keer nadenken alvorens weg te gaan. Ik weet wel: het is moeilijk om nee te zeggen als er plotseling vijf keer meer op tafel ligt. En je kan altijd je been breken, dus hebben is hebben. Maar als ik twintig was, zou ik kiezen voor een beetje minder geld en een beetje meer kans om te voetballen.

Zondag moeten jullie tegen Club Brugge. Heeft je ex-club het vertrek van Van der Elst en Addo echt verteerd?

Ceulemans: Eerst niet, dan wel, en dan weer niet. Het is toch om te lachen als je leest hoe snel er conclusies worden getrokken. In de voorbereiding was alles slecht en had men het over een overgangsjaar. Dan hadden ze een goeie start en werd er al over de titel gesproken. En de sfeer… mannen, stukken beter dan vorig jaar. In Israël en op Harelbeke liep het dan weer wat stroever, en ineens kwam de ploeg weer kwaliteit tekort. En was er ruzie over vier achterin of vijf achterin. Vóór het december is, kan je daar niets zinnigs over vertellen. Club moet wel dringend Europees weer eens wat verder doorstoten. Want dat loopt nu al jaren na elkaar telkens weer mis. Als je ziet welke tegengoals ze op Haifa slikten… dat mag gewoon niet op internationaal niveau.

Kijk je al uit naar de match van 30 oktober?

Ceulemans: Waarom?

Germinal Beerschot – Westerlo.

Ceulemans: En waarom moet ik daarnaar uitkijken?

De twee monumenten van Brugge tegen elkaar: de Fox tegen de Caje.

Ceulemans:(lacht) Oei. Dat is gewoon een match als een andere. Ik volg wel met speciale belangstelling hoe het Franky vergaat. Hij staat nogal nerveus langs de lijn hé, kan niet blijven zitten. Trainer worden is voor iedereen moeilijk. Ook als je een tactisch onderlegde speler was, is het iets heel anders om plotseling zelf voor de groep te staan. En je wordt geconfronteerd met honderd en één verschillende problemen, waarvan je vroeger geen besef had. Zelf spelen is heel wat gemakkelijker.

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content