Hubert van Humbeeck

Alsof het toeval nog bestaat, vergaderde de Socialistische Internationale vorige week in Parijs precies op de dag dat in Berlijn de tiende verjaardag van de val van de Muur werd gevierd. Er werd naar de bijeenkomst uitgekeken omdat sommigen er een confrontatie verwachten tussen het gedachtegoed van de Brit Tony Blair, de zogenaamde Derde Weg, en de meer traditionele sociaal-democratie van de Fransman Lionel Jospin – allebei premier in hun land. Met als derde hond in het kegelspel de Duitse kanselier Gerhard Schröder, die deze zomer met Blair een manifest ondertekende over die Derde Weg, das Neue Mitte.

De vraag zou dus op tafel liggen welke richting de sociaal-democratie na de eeuwwisseling het best inslaat. Maar Schröder kreeg ondertussen met zwaar tegenvallende regionale verkiezingen af te rekenen en Blair voelt in Londen ook meer tegenwind dan hem lief is. De botsing die onvermijdelijk leek, kwam er dus niet. Voor wie in officiële communiqués gelooft, is de vrede in het internationale socialistische huishouden hersteld.

De heren kozen voor een minimumoptie: ze verdedigen dezelfde waarden en hebben dezelfde tegenstanders – de conservatieven meer in het algemeen, in welke gedaante ze zich ook vertonen. Let’s debate, zei Blair, als er maar verandering in de lucht hangt.

Lionel Jospin zal desalniettemin raar hebben opgekeken dat zijn bekende uitspraak – “wij zijn voor een markteconomie, maar tegen een samenleving van de markt” – volgens Blair slechts een nuance is van wat hijzelf voorstaat. Tegenover het gelijkheidsbeginsel van Jospin stelt Blair het begrip fairness, wat erop neerkomt dat iedereen kansen moet krijgen – en dat is toch niet hetzelfde.

De discussie klinkt ons bekend in de oren. De idee van de Derde Weg vormde de basis van het programma waarmee de liberaal Guy Verhofstadt naar de verkiezingen trok – en die ook won. Hij regeert nu in zijn paars-groene coalitie met socialisten die Blair tot voor kort in ieder geval conservatief had genoemd, en dus te bekampen. De Vlaamse socialisten proberen dat imago sinds 13 juni om te buigen, maar ze voelen zich zeker nog nauwer verwant aan de sociaal-democratie van Jospin en zijn gelijkheidsprincipe. Dat was overigens het eerste credo van Patrick Janssens, toen hij enkele weken geleden tot voorzitter van de SP werd verkozen.

Het Parijse debat wordt met andere woorden iedere dag gevoerd in de schoot van de Belgische regering. Dat is minder vreemd dan het op het eerste gezicht lijkt. De ontwikkeling past perfect in de analyse van de Derde Weg die de oude liberale denker Ralf Dahrendorf vorige maand in het Amerikaanse tijdschrift Foreign Affairs maakte. Liberaal staat hier voor liberal, in de Angelsaksische traditie.

Alle Europese landen werden en worden volgens Dahrendorf met hetzelfde probleem geconfronteerd: hoe economische groei stimuleren zonder het weefsel van de sociale welvaartsstaat stuk te trekken. De remedies die het Blairisme daarvoor aanreikt – prioriteit voor het ondernemerschap en flexibiliteit in de organisatie van de arbeidsmarkt, gekoppeld aan aandacht voor opleiding en onderwijs – kunnen ook bijzonder aantrekkelijk zijn voor partijen die tevoren en zeker door socialisten als rechts werden omschreven. Zoals de VLD, bijvoorbeeld.

Maar, en daar sluit Dahrendorf weer aan bij een voorzichtige Blair in Parijs: de sleutel past niet op alle deuren. De Derde Weg, stelt hij, is per slot van rekening alsnog niets anders dan wat Tony Blair zegt of doet. Als die, bij wijze van voorbeeld, vindt dat er voor jongeren in sommige buurten een avondklok moet worden ingesteld, dan is dat ook Blairisme. Bij ons is dat een idee dat het Vlaams Blok enkele maanden voor de verkiezingen opperde, maar snel weer inslikte.

Om maar te zeggen: op zichzelf bestaat die Derde Weg niet. Hij beweert niet veel meer dan dat een modern bestuur niet blind mag zijn voor de veranderingen in de samenleving en daar met het oog op de globale welvaart moet op inspelen. En dat op een enthousiaste, maar wel dwingende manier.

“De overheid moet niet roeien, maar sturen”, stond er in het manifest van Blair en Schröder deze zomer. Volgens de liberal Dahrendorf is dat de uitdrukking van een gevaarlijke autoritaire reflex. Guy Verhofstadt, zo blijkt uit zijn parcours, houdt ook meer van sturen dan van roeien. Hij moet er maar eens op letten, of het woord vrijheid in het discours van de Derde Weg inderdaad zo weinig voorkomt.

Hubert van Humbeeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content