Van de 80.000 Turken in België zouden er 15.000 alevieten zijn. Sinds kort durven ze voor hun identiteit opkomen. Het verhaal van de protestanten van de oriënt.

“IK HEB ALLES waarvoor de alevieten opkomen nog eens op papier gezet, ” zegt hij op het einde van een lang gesprek. “We willen de weg volgen die Ehlibeyt (de profeet Mohammed en zijn familie) heeft voorgeschreven. We moeten vooruitstrevend en verdraagzaam zijn. We moeten voor de vrije meningsuiting opkomen, tegen onrechtvaardigheid en voor de demokratie. We engageren ons voor de mensheid en zo prijzen we god. “

Halil Sahbar is verpleger en een autoriteit onder de alevieten in Europa. In 1980 vertrok hij uit Turkije en vestigde hij zich in Brussel. Daar zet hij zich al geruime tijd in voor de alevieten, de volgelingen van Ali, de neef en schoonzoon van de profeet Mohammed. Ze worden ook alawieten genoemd, maar dat schept verwarring met een gelijknamige Syrische sekte, waarvan president Hafez al-Assad lid is. Sinds soennitische fundamentalisten in juli 1993 in het Turkse Sivas een hotel in brand staken, waarbij 37 mensen om het leven kwamen, zijn de alevieten mondiger geworden. Ook in het buitenland.

Na 12 maart kwamen ze zowel in Nederland als België op straat en lieten ze dikwijls voor het eerst hun stem horen. Op die dag openden gewapende mannen in een buitenwijk van Istanbul het vuur op enkele koffiehuizen en daarbij vielen twee doden. De politie was getuige van de moordpartij, maar greep niet in. De raid veroorzaakte een heuse opstand in Istanbul. Duizenden mensen kwamen op straat, er werden barrikaden opgeworpen en er werd met stenen en benzinebommen gegooid. De politie repliceerde met scherp. Er vielen tientallen doden, maar de daders van de raid werden tot dusver niet geïndentificeerd. Via de rellen en het bloedbad weet de wereld nu dat er alevieten bestaan en kreeg deze geloofsgemeenschap een nieuw zelfbewustzijn.

ROODKOPPEN.

Daarmee wordt de voorspelling van de alevitische volksheld en troubadour uit de zestiende eeuw, Pir Sultan Abdal voor een stuk werkelijkheid. “Voor ieder van ons die vermoord wordt, zullen er duizenden terugkomen, ” zei hij. Kort daarop werd hij zelf vermoord en groeide het aantal volgelingen gestaag. Nu zouden vijftien tot twintig miljoen van de zestig miljoen Turken aleviet zijn. Uit de officiële statistieken blijkt dat niet, want het vereist moed om zich als aleviet kenbaar te maken.

Hoewel Turkije nog altijd een lekenstaat is en de alevieten de scheiding van kerk en staat verdedigen, kunnen ze op weinig gunsten van het regime rekenen. Ze worden nog altijd volop gediscrimineerd en met grote regelmaat wordt er tegen hen geweld gepleegd. Dat heeft alles met de groeiende invloed van de Vooruitgangspartij (Refah) en de religieuze hardliners te maken, maar ook met het Koerden-probleem. Ongeveer een derde van de alevieten zijn Koerden en dat is niet van aard om het vertrouwen van de huidige bewindhebbers te vergroten.

Afgezien daarvan zijn er de vooroordelen. In ortodox-islamitische kringen worden de alevieten als erger dan ketters beschouwd. Ze heten kisilbas, “roodkoppen” een scheldwoord dat synoniem is voor incestplegers. De vrijere opvatting van de alevieten over de omgang met vrouwen die worden gelijkwaardig aan de man beschouwd hebben eeuwenlang duistere verdachtmakingen over orgieën en rituele incest gevoed. Vandaar de regelmatig terugkerende pogroms. Zoals het wel meer gebeurt, hebben de alevieten van het scheldwoord een ereteken gemaakt. Als ze manifesteren lopen ze dikwijls met rode banden om hun hoofd.

Zo was het ook in Brussel. Op zondag 2 april kwamen ze met ruim duizend op straat. Velen met een rood lint en sommigen met een portret van Ali, de schoonzoon van de profeet. Ze skandeerden Turkse slogans tegen het extremisme en voor verdraagzaamheid. In België zouden er zowat 15.000 alevieten zijn en sommigen betreurden dat er niet meer mensen prezent waren. “Ik kan niet begrijpen dat niet meer demokratische organizaties onze aktie steunen, ” aldus Musla Arslan, voorzitter van de Limburgse vereniging voor alevieten.

Volgens Necati Yurtakul, sekretaris van de Limburgse alevieten, was de opkomst toch een sukses. “Vergeet niet dat er velen waren die nooit in hun leven hadden betoogd. Ook in België moeten de alevieten nog veel weerstanden overwinnen om voor hun identiteit uit te komen. Er is veel sociale kontrole en vaak schrikt men ervoor terug om zich als aleviet te manifesteren. In Duitsland en Nederland zijn ze beter georganizeerd. “

Voor de onlusten in Istanbul bestonden er in Nederland zestien alevitische verenigingen. Sindsdien kwamen er zeven nieuwe bij. Ondermeer in Enschede. Eén van de initiatiefnemers is Mustafa Aktas, een drieëntwintigjarige student geneeskunde. “Vroeger gingen de alevieten in Enschede naar enkele organizaties in de stad, ” zegt hij. “Nu voelen zij er zich almaar minder thuis. De etnische en religieuze polarizatie in Turkije heeft zeker zijn uitwerking onder de Turken in Nederland. Jammer genoeg moeten er altijd doden vallen voor de alevieten zich bewust worden van hun eigen identiteit en zich organizeren. Nu pas beginnen ze zich te realizeren dat de Turkse staat hen nooit heeft geaccepteerd. “

In Limburg bestaat de alevitische vereniging al sinds 1990 en momenteel telt ze 180 leden. Dat is, volgens sekretaris Yurtakul, een officieel cijfer. “In werkelijkheid zijn er veel meer geïnteresseerden, want ongeveer een derde van de Turkse gemeenschap in Limburg is aleviet. De belangstelling groeit bovendien, mede door de dramatische gebeurtenissen in Turkije en de grotere aandacht van de media. We zijn nu op zoek naar een eigen ontmoetingsplaats, waar we socio-kulturele aktiviteiten kunnen organizeren. Het is immers de bedoeling om het kulturele erfgoed aan de jongere generaties door te geven. “

VERLICHTING.

Ook op dat punt zijn de alevieten een erg diskrete en weinig opdringerige groep. Een Turkse van vijfentwintig, die zopas aan de hogeschool afstudeerde, zegt dat ze pas omstreeks haar veertiende iets over haar godsdienst vernam. “Thuis was het nooit een punt van diskussie en op geen enkel moment werden me dogma’s ingehamerd. “

“Zelf lees ik de koran bijna niet, ” zegt Yurtakul. “Er zijn trouwens zoveel versies en altijd moet je de teksten kunnen interpreteren. Wij leggen de mensen geen geboden of verboden op. Iedereen moet zelf uitmaken hoe hij zijn geloof beleeft. Het is iets tussen u en god. “

Of de alevieten de andersdenkenden willen bekeren en zoals zoveel andere religies zieltjes willen winnen ? Sahbar, de woordvoerder van de Brusselse alevieten, bekijkt ons met grote ogen. Eerst begrijpt hij het niet. Pas als de vergelijking met de missionarissen is gemaakt, volgt een forse ontkenning. “No, no we gaan nooit iemand vragen om bij ons te komen. Iedereen is welkom, maar we doen niet aan zendelingenwerk. Het interesseert me zelfs niet of iemand ateïst is. We respekteren zijn mening. Met ons zal hij geen probleem hebben, misschien met god, maar daarover kunnen wij geen uitsluitsel geven. ” In tegenstelling tot de andere grote godsdiensten hebben de alevieten geen kerken, geen paus en geen afgerond dogmatisch verhaal. Ze hebben wel een moraal, althans enkele grondbeginselen. “In feite zijn het er drie, ” aldus Sahbar. “Men zal geen kwaad doen met zijn handen. Niet stelen dus, of moorden. Vervolgens zal men er zich voor hoeden om kwaad met de tong aan te richten. Je mag niemand valselijk beschuldigen en altijd moet je proberen de goede woorden uit te spreken. Zo kun je god dichter bij de mensen brengen. Tenslotte zal men zijn driften beheersen. De vrouw van een ander zal men niet begeren. Je moet ze als een zus beschouwen. “

De alevieten die zich wel eens de protestanten van de oriënt noemen, interpreteren de islam aanzienlijk liberaler dan de ortodoxe soennieten. Ze mogen op zijn tijd een biertje drinken, hebben geen moskeeën, hoeven niet op bedevaart naar Mekka, vieren geen ramadan en kennen de verplichting niet om vijf maal daags te bidden. “De soennieten, ” aldus Sahbar, “denken dat ze met het gebed god van dienst zijn. Het is niet waar, god heeft ons gebed niet nodig. Hij heeft wel liefde nodig, want god leeft in elke mens. Dat lezen we in de koran. Bijgevolg is het onderscheid tussen rassen, kulturen en religies totaal bijkomstig. Het enige waar het echt op aankomt, is dat we de andere mensen, ongeacht hun huidskleur of overtuiging, behulpzaam zijn. Als we voor hen vriendelijk en gedienstig zijn, zal god tevreden zijn. Goed doen voor de mensen, hen graag zien, is zoveel belangrijker dan bidden. “

De Brusselse alevieten hebben sinds kort een eigen gemeenschapshuis, aan de Rogierlaan. Daar komen ze wekelijks samen, zowel mannen, vrouwen als kinderen. Ze praten er over hun problemen en zingen er volksliederen op de ijle tonen van de saz, een Turkse gitaar. Van een echte liturgie, met geheimzinnige rituelen, is geen sprake. “Elkaar helpen, is ook bidden, ” aldus Sahbar. “Bidden kun je dus overal. Ook in een katolieke kerk. Meer dan eens stap ik daar binnen om me tot god te richten. “

BEDREIGEND.

Alevieten liggen niet wakker van teologie en storen zich niet aan grote doctrinaire meningsverschillen. Er is trouwens geen opperste gezag dat de onfeilbare leer in pacht heeft. Sahbar : “Waarom zouden we een paus moeten hebben ? We hebben de koran en Mohammed, dat volstaat. Als er interpretatieverschillen zijn, zoeken we wel uit wat het meest logisch is. We moeten ons daar trouwens niet te zeer over verontrusten. Er bestaat geen eenvormige interpretatie van de koran. Is lezen niet het eerste woord van de koran ? Dat bewijst toch dat ook de profeet alles behalve een dogmaticus was. “

Of hij geschokt werd door “De duivelsverzen” van Salman Rushdie ? “Nee, als hij gelijk heeft, zal dat later wel blijken. “

De voortdurende verwijzing naar wetenschap en logika versterkt de indruk dat de alevieten kinderen van de verlichting zijn. Niet voor niets zijn ze heel overtuigde en principiële voorstanders van de scheiding van kerk en staat. Uiteraard is dat standpunt ook ingegeven uit lijfsbehoud. “Onze manier van geloven, is bedreigend voor de overheid, ” zegt Sahbar. “Het is niet ongewoon dat de staat het logisch denken als een gevaar beschouwt. “

In België leven ongeveer 80.000 Turken en ruim 15.000 onder hen zijn aleviet, zo meent Memet Karaman. Hij woont sinds november 1977 in België, in Gent. Hij is nu ook aktief in de alevitische beweging, hoewel hij in Gent slechts een tiental families kent die er dezelfde ideeën op nahouden. Velen durven nog niet bekennen dat ze geen soenniet zijn. “Van mij is bekend dat ik aleviet bent en de meeste Turken aanvaarden dat. Op het werk is er wel een enkeling die tijdens de ramadan niet met mij wil praten, omdat ik me niet aan hun regels hou en niet vast. “

Toch is ook in ons land de invloed van het fundamentalisme voelbaar. De situatie is immers grondig veranderd in vergelijking met de jaren zestig en zeventig. “Toen, ” aldus Karaman, “had iedereen werk, waren er geen of nauwelijks moskeeën en was er geen tijd om te roddelen. Nu is er die wel. Velen hebben geen werk, geen hobby en weten niet hoe ze de tijd moeten doden. Het stoort me niet dat ze gaan bidden, ze mogen het zelfs tien keer per dag doen, als het maar echt bidden is. ” Nu gebeuren er blijkbaar ook andere dingen en dat vertroebelt de sfeer. De vooroordelen tegen de alevieten die, zo wil het een eeuwenoud gerucht, doortrapte schuinmarsjeerders zouden zijn, bestaan nog altijd. Het stoort de ortodoxe islamieten zeer dat ze vrouwen op hun vieringen toelaten. Ook herinneren sommige alevieten zich dat een soennitisch gezegde wil dat wie een aleviet doodt een vaste plaats in de hemel krijgt.

ATATÜRK.

Er is nog een andere reden waarom de alevieten roodkoppen worden genoemd. Politiek stonden ze altijd aan de kant van de demokratische linkerzijde. Uit noodzaak, want daar was de besmetting door het fundamentalisme en het nationalisme het geringst. Bij de alevieten is de vrees op dit ogenblik biezonder groot dat de Turkse republiek op drift is en dat de fundamentalisten een eind willen maken aan de grondbeginselen van de staat, zoals die in 1923 door Kemal Atatürk werden geformuleerd. Het kemalisme dat van Turkije een atypisch land uit de islamitische wereld maakte, verkeert meer dan ooit in een krisis. Zoals de autoritaire en modernistische regimes in Iran en Algerije, dreigt het op zijn beurt in een draaikolk van geweld en fanatisme te worden meegesleurd.

Sommige politieke erven van Atatürk vinden hun inspiratie nog steeds bij de voormalige sjah en zijn tegen elke vorm van demokratizering gekant. Het is de strategie van de meedogenloos harde konfrontatie, zoals die ook tegenover de Koerden wordt gevoerd en die het land kompleet dreigt te ruïneren. Toen premier Tansu Çiller in 1993 aantrad, bedroeg de inflatie “slechts” 71 procent. Ze beloofde die binnen enkele maanden op de helft terug te brengen. Het tegendeel gebeurde en op dit ogenblik bedraagt de geldontwaarding 150 procent. Jaarlijks kost de oorlog tegen de Koerden bijna 240 miljard frank.

Het kemalisme heeft echter een januskop. Het is niet alleen autoritair, het heeft ook een pragmatische en demokratische kant. In 1946 werd het eenpartijsysteem opgedoekt en kwam er ruimte voor een oppositie. Daar maakte de Refah-partij recentelijk gebruik van om zich steeds komfortabeler in het staatsapparaat te nestelen. Onder haar druk werden onwaarschijnlijk grote budgetten voor de bouw van moskeeën vrijgemaakt en werd het onderwijssysteem op maat van de ortodoxe soennieten herschikt. Op dit ogenblik telt Turkije zowat 70.000 moskeeën, goed voor 90.000 door de staat betaalde beoefenaars van de eredienst. Volgens de alevieten is het een propagandistisch netwerk dat op termijn het hele regime kan ontwrichten.

Om al die redenen zijn de alevieten grote voorstanders om Turkije in de Europese Unie te verankeren. “Als men daar niet in slaagt, ” zo luidt het, “is het vrijwel zeker dat het land kompleet in de islamitische invloedssfeer komt en verder van Europa vervreemdt. Europa heeft daar alleen bij te verliezen. “

De grote frakties in het Europees parlement spreken dat niet tegen, toch kantte dat parlement zich begin april tegen de doeane-unie met Turkije dat een maand voordien was ondertekend. Met slechts zes onthoudingen en niet één tegenstem aanvaardde het parlement een resolutie waarin Turkije de wacht werd aangezegd, omwille van flagrante schending van de mensenrechten. Als premier Çiller, die bij haar ambtsaanvaarding verklaarde dat ze “de Koerden als een moeder zou omarmen”, geen einde aan de oorlog maakt, is het uitgesloten dat de doeane-unie op 1 januari volgend jaar ingaat. In deze heeft het Europees parlement immers het laatste woord. “Dit Turkije hoort in Europa niet thuis” titelde het gezaghebbende Duitse weekblad Die Zeit. Die opinie wordt gedeeld door een meerderheid in het Europees parlement, maar ook door de fundamentalistische Refah-partij in Turkije. Die wil dat Turkije ver blijft van de Europese “kristelijke klub”.

Paul Goossens

De alevieten hebben geen kerken, geen paus en geen afgerond dogmatisch verhaal.

Halil Sahbar : “We doen niet aan zendelingenwerk. “

Demonstratie van de alevieten in Brussel : een scheldnaam werd een erenaam.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content