Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

De twee dochters die Karl Marx overleefden, pleegden zelfmoord. Was het leven te hard? Of woog de erfenis van vader te zwaar? Willem de Wolf maakte er The Marx Sisters over, een tragikomedie van De Koe/Stan.

Waar haalde u dit droeve idee vandaag?

WILLEM DE WOLF: Op vakantie las ik Mary Gabriels Liefde en kapitaal, een boek over het familieleven van Karl Marx. Marx had zeven kinderen en hij overleefde vijf van hen. In het laatste hoofdstuk zoomt Gabriel in op Laura en Eleanor, de enige kinderen die hun vader overleefden en de beheerders van zijn nalatenschap werden. Het levensverhaal van die vrouwen is heel tragisch: ze hadden een armoedige jeugd, verloren kinderen op jonge leeftijd of waren ongelukkig getrouwd… Tijdens het lezen groeide het verlangen om daar een voorstelling over te maken, samen met mijn De Koe-collega Natali Broods en STAN-collega Sara De Roo.

Een tragedie waarin u via de dochters de theorie van vader Marx analyseert en becommentarieert?

DE WOLF: Helemaal niet. Hun vader en zijn gedachtegoed worden wel aangeraakt, maar we maken dit stuk vooral om het te hebben over ontvoogding, over hoe je je emancipeert van denkwijzen waarmee je opgroeide. Hoe verhoud je je als individu tegenover bevrijdingsidealen die uiteindelijk de vrijheid beknotten? De twee overgebleven dochters konden trouwens niet goed met elkaar opschieten. De ene onderschreef Marx’ denken, de andere had bedenkingen bij de kloof tussen het socialistische denken en het victoriaanse leven van haar vader.

Is dit stuk een afrekening met het falende socialisme?

DE WOLF: Een afrekening zou ik het niet noemen, maar het ís politiek geladen theater. Bij de repetities struikelen we zowat over de verbanden met de actualiteit. Er zit een scène in waar we een artikel uit 1914 van de marxistische filosofe Rosa Luxemburg lezen. Daarin stelt ze dat sociale partijen elkaar afmaken in tijden van crisis. Dat zie je ook nu gebeuren. De solidariteit krimpt en we drijven almaar verder uit elkaar.

Heeft het socialisme gefaald? Wellicht. Maar waarom zou je – als partij of als individu – het falen bestrijden of ontkennen, in de plaats van het gewoon te erkennen?

Vindt u het theaterpodium de uitgelezen plek om dit aan te kaarten?

DE WOLF: Ik groeide op in een gezin waar politieke discussies deel uitmaakten van de familietraditie. In theater, in literatuur, in elk kunstwerk zoek ik filosofische en maatschappelijke reflectie. Dat is mijn definitie van kunst: ze prikkelt je denken over de maatschappij en over hoe we die samenleving kunnen verbeteren.

Speelt u Karl Marx?

DE WOLF: Nee. Ik ben de irritante echtgenoot van een van de zussen, maar evengoed de verteller. Want we spelen én we vertellen over het spelen. Natali, bijvoorbeeld, is onlangs moeder geworden. Bij het begin van het stuk vertelt ze dat ze het aanvankelijk lastig had om een vrouw te vertolken wier drie kinderen overleden zijn. Is dat verlies de reden voor haar zelfmoord? Of hadden ze het gevoel gefaald te hebben als de beheerders van hun vaders nalatenschap? Misschien is er wel geen aanwijsbare reden? Onze voorstelling eindigt dus, zoals elk goed theaterstuk, met lijken op de vloer maar ook met hoop op beter.

www.dekoe.be, www.stan.be

Els Van Steenberghe

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content