Vorige donderdag deed het gerecht opmerkelijke huiszoekingen in het onderzoek naar seksueel misbruik in de kerk. Na acties in en om de Sint-Romboutskathedraal in Mechelen en bij het Vertrouwenscentrum Kindermishandeling in Leuven ging het naar Oostrozebeke. Ten huize van Karlijn Demasure, expert kindermisbruik en lid van de commissie-Adriaenssens. Een gesprek over de schielijke dood van de commissie.

Het zijn beelden die het jaaroverzicht van 2010 zullen kleuren: speurders die massaal het aartsbisschoppelijk paleis in Mechelen binnenvielen, met koevoet en klopboor naar de crypte in de kathedraal trokken, dozen met dossiers op vrachtwagens keilden. Toen bleek echter dat er nog enkele dossiers ontbraken van de Interdiocesane Commissie tegen Seksueel Misbruik in de Parochiale Sfeer – bekend als de commissie-Adriaenssens. De speurders gingen een nieuw huiszoekingsbevel halen en reden spoorslags naar Oostrozebeke. Daar namen ze de laatste dossiers in beslag bij commissielid Karlijn Demasure, die de gegevens nodig had voor een geplande ontmoeting met de slachtoffers. Professor Demasure, die doceert aan de universiteit van Ottawa in Canada, heeft jarenlang onderzoek gedaan naar seksueel misbruik van kinderen en is er ook op gedoctoreerd. Deze bizarre wending had zij nooit verwacht.

Een paar maanden na Marc Dutroux zaten we al in de wereld van de X-dossiers. Een paar maanden na bisschop Roger Vanghe-luwe zitten we in De Da Vinci Code van Mechelen?

Karlijn Demasure:(nog verontwaardigd) Ik heb tot eind april examens afgenomen in Canada, en kwam daarna met vakantie naar België tot september. Meteen na mijn aankomst ben ik als expert voor de commissie-Adriaenssens beginnen te werken. Het werd een echte overrompeling. Liefst 475 dossiers in amper twee maanden. De mensen aan de telefoon konden het niet bijhouden, we werkten soms dag en nacht. Als vrijwilligers, zonder vergoeding. En dan kreeg ik voor dat werk nog een huiszoeking aan mijn broek! Maar het kon nog erger. De dag na de inval van justitie belde een journalist van de VRT om te vragen of het klopte dat ik de mol in de commissie was! Iemand moest immers met een klacht naar het gerecht zijn gestapt. Bij het gerecht – ze zijn het gewoon om lekken te organiseren – had men over ‘een vrouw in de commissie’ gesproken. Nadien las ik in De Standaard dat het over ex-voorzitster Godelieve Halsberghe zou gaan. Blijkbaar had men mij met haar verward.

U hebt nog een tijdje onder haar gewerkt. Wat beoogt zij?

Demasure: Ik ben in 2007 een tijdje in de commissie actief geweest, maar ik ben later naar Canada vertrokken. Mevrouw Halsberghe is zeer ongelukkig en boos om de slechte relatie die ze met de kerk had. Zij had ergens ook wel gelijk, er was toen weinig medewerking. Tegelijk had ze de gewoonte veel op eigen houtje te doen, zonder overleg. Een van haar prioriteiten was een schadevergoeding, en ze legde zelf het bedrag vast. Net als (psychiater) Peter Adriaenssens ben ik daar niet voor te vinden. Dat wordt nadien toch als een soort zwijggeld gezien. In de Verenigde Staten zijn al miljoenen dollars uitgekeerd, en dat kan ook valse verklaringen uitlokken. Uiteindelijk is mevrouw Halsberghe uit onvrede gestopt. Blijkbaar heeft ze justitie nu getipt, en die ging ervan uit dat er geheime, verborgen dossiers in Mechelen waren, tot in de bisschoppelijke graven toe. Een tikkeltje overdreven toch, want als je geheime dossiers zou willen laten verdwijnen, kun je ze toch beter in de papierversnipperaar stoppen? Of hebben die speurders zich écht door De Da Vinci Code laten inspireren?

In tien jaar tijd waren er maar 30 dossiers, en nu 475 in twee maanden. Zitten daar dan geen valse getuigenissen tussen?

Demasure: Ik heb bijna alle dossiers gezien en geen enkel dossier leek mij zonder grond. Zonder de inval bij de commissie hadden wij nu al meer dan 500 zaken. Ik heb met daders gesproken, en sommigen noemden zelf spontaan nog tien slachtoffers. Als we die vermenigvuldiging maken, zitten we al aan 5000 slachtoffers in totaal. Bijna allemaal mannen. Ik ben ervan overtuigd dat er méér dan 5000 slachtoffers van seksueel misbruik door geestelijken in België zijn.

Er zijn bijna geen Waalse dossiers. Is er daar geen pedofilieprobleem?

Demasure: In Vlaanderen heeft de zaak-Vangheluwe voor een catharsis gezorgd. Bovendien is voorzitter Adriaenssens een zeer bekende vertrouwensfiguur in Vlaanderen. Dat heeft mede tot die stortvloed bijgedragen. In het algemeen zien we in Latijnse culturen minder klachten omdat het taboe voor mannelijke slachtoffers er nog veel sterker is. Maar ik denk niet dat het probleem daar minder groot is. Misschien hebben ze in Wallonië ook eerst een Waals bisschoppelijk schandaal nodig. (lacht)

Wie zulke spectaculaire huiszoekingen plant, inclusief camera’s en een woordvoerder die er van meet af aan bij zijn, die wil toch het wereldnieuws halen?

Demasure: Ja, sommige mensen binnen justitie wilden duidelijk scoren in de media, en dat is hen gelukt. Ik vond het grotesk en hallucinant. Ik kan nog enig begrip opbrengen voor de actie in Mechelen, omdat men daar op zoek ging naar bezwarend materiaal over daders. Het gerecht moet op dat vlak zijn werk doen. Al vind ik het natuurlijk ook ongehoord om alle bisschoppen een hele dag op te sluiten. Dat leek meer op een vernederingsoperatie. Ik denk dat er, naast de wil om recht te doen geschieden, toch ook een antiklerikale invloed heeft gespeeld. Sommigen zijn blijkbaar uit op een verdere ontmanteling van het voormalige machtsinstituut kerk. Al geloof ik niet in grote complotten uit vrijzinnige hoek. Maar ik kan zeker weinig begrip opbrengen voor de actie in het Vertrouwenscentrum in Leuven, waarbij beslag werd gelegd op vertrouwelijke dossiers die vooral informatie bevatten over slachtoffers. Daar valt justitie terug in zijn oude kwaal: geen oog en geen respect voor de slachtoffers. Als woordvoerder Jos Colpin gepolst wordt naar de gevolgen voor de privacy van de slachtoffers, presteert hij het te zeggen: ‘Dat is dan spijtig voor hen.’ Cynischer kan het niet.

Hoe reageerden de slachtoffers?

Demasure: We kregen veel reacties van mensen die ontzet zijn. Sommigen lieten expliciet verstaan dat ze aan zelfmoord dachten. Zij willen absoluut niet dat anderen hun verhaal kennen, en zijn er als de dood voor dat hun ouders of familie ermee geconfronteerd worden. Justitie heeft geen goede reputatie als het op de bescherming van de privacy aankomt. Ze belooft discretie, maar in de praktijk is het systeem zo lek als een zeef. Bovendien is de informatie die gelekt wordt niet altijd correct. Verder ben ik vooral bezorgd over een groot aantal slachtoffers, die nog altijd in acute nood zitten of dringend zorg nodig hebben. We hebben hun gegevens niet meer en kunnen hen dus niet bereiken.

Het Brusselse parket en de Privacycommissie claimen dat deze vertrouwelijke dossiers beter af zijn bij het gerecht. Dat is een schok voor de hele welzijnszorg, die op basis van vertrouwen werkt?

Demasure: Dat is een precedent en een bekommernis voor andere hulpverleners én slachtoffers die hun problemen discreet en zonder het gerecht willen bespreken. We hadden een concrete afspraak met de top van justitie. Maar wat voor zin heeft het een overeenkomst te sluiten als bepaalde instanties toch elk moment mogen binnenvallen? Wij zijn dus misleid, en met ons ook de slachtoffers. Misschien was het ook geen toeval: een dagje werken en 475 dossiers binnenhalen die door anderen zijn samengebracht, dat is aardig meegenomen voor een justitieel apparaat dat vooral ervaring heeft met het seponeren van dergelijke dossiers. Zonder deze overeenkomst hadden de slachtoffers dat ook beseft, en hadden ze zich vermoedelijk níét aangemeld.

Er wordt beweerd dat onze dossiers niet tot de welzijnszorg behoren, maar ik ben het daar niet mee eens. Wij wilden juist naar slachtoffers luisteren en hen begeleiding bieden. Soms gaat het om mensen die al 60 jaar geleden misbruikt werden en er nog door getekend zijn. Voor het eerst hebben ze daarover in vertrouwen gesproken. In een honderdtal dossiers is de dader zelfs al overleden. Wat is het gerecht daarmee nog van plan? Gaat het ook hun graven openbreken?

Ik denk trouwens dat elk dossier in onze commissie een kaakslag was voor het gerecht: 475 kaakslagen voor justitie. Elk dossier zei namens het slachtoffer: decennialang hebben we binnen justitie niemand gevonden in wie we voldoende vertrouwen konden hebben. Niemand die bereid was ons verhaal serieus te nemen en er zorg voor te dragen. Justitie is er nooit in geslaagd een wijdverbreid misbruik aan te pakken. De commissie-Adriaenssens slaagde daar wel in. Blijkbaar is dat zo confronterend voor het gerecht dat het nu degenen aanpakt die voor de slachtoffers opkomen.

Maakte de commissie al dossiers over aan het gerecht?

Demasure: Ja, een drietal tot nu toe, denk ik. Maar er waren er nog meer aangeduid om overgedragen te worden. Grosso modo bevatte ons werk drie luiken. In eerste instantie onderzochten we of er daders waren die nog een risico vormden en van wie de dossiers daarom prioritair aangepakt moesten worden. Dat is een kleine groep, waarvan het dossier vanzelfsprekend aan het gerecht zou worden overhandigd of al overhandigd werd. Hoewel veel daders intussen oud zijn, betekent dat niet noodzakelijk dat ze geen misbruik meer kunnen plegen. Ten tweede waren er de zorg voor en begeleiding van de slachtoffers. En in derde instantie wilden we ook kijken naar de verantwoordelijken binnen en buiten de kerk. In welke mate zijn ze mee in de fout gegaan door niet adequaat in te grijpen?

Het gerecht viseerde vorige week kardinaal Godfried Danneels en een mogelijke doofpotoperatie?

Demasure: Ik denk dat de kardinaal op drie vragen moet antwoorden. Eén: is hij zelf met beschuldigde priesters in zijn bisdom naar het gerecht gegaan? Twee: wat heeft hij concreet gedaan om verder misbruik te voorkomen? Drie: is hij als voorzitter van de Bisschoppenconferentie niet ook moreel verantwoordelijk voor de houding van de andere bisschoppen? Ik vind dat hij meer had kunnen doen. De bestrijding van pedofilie in de kerk was voor hem duidelijk geen prioriteit. In een vijftigtal dossiers wordt hij genoemd als verantwoordelijke gezagsdrager, die van het misbruik op de hoogte was. De commissie had nu een ontmoeting gepland met zestien slachtoffers die de kardinaal over hun probleem gesproken hadden, op initiatief van Rik Devillé. Een gesprek dat de kardinaal zich niet spontaan kan herinneren. Op 7 juli om 10 uur ’s morgens zouden wij daarover een gesprek hebben met de kardinaal. Maar door de inval en de inbeslagname van alle dossiers gaat dat allemaal niet door.

Heeft de kerk zelf al een priester bij het gerecht aangegeven?

Demasure: Jawel. Dat is recent nog gebeurd in de bisdommen Hasselt en Antwerpen.

U bent zelf nauw bij de kerk betrokken, net als andere commissieleden. Sommigen hebben het gevoel dat je dan bij de duivel te biechten gaat, om het met een misplaatste uitdrukking te zeggen. Dat de kerk zich zo toch nog boven de wet stelt?

Demasure: De commissie is door de kerk opgericht, maar wij onderzochten en oordeelden onafhankelijk. Dit is helemaal geen parallelle justitie, zoals De Morgen schrijft. Waarom kan het plotseling niet dat de kerk van vandaag zelf verantwoordelijkheid wil opnemen voor wat in het verleden fout is gegaan? Dit is integendeel net heel belangrijk voor de slachtoffers: dat de verantwoordelijken voor het misbruik, daders en hun oversten, schuld bekennen en het leed van de slachtoffers erkennen. Onze commissie stelde zich niet boven de wet, ze wou een vacuüm opvullen. Anders dan justitie behandelen wij ook dossiers die juridisch verjaard zijn, of van wie de daders zijn overleden. Ik ben bij de kerk betrokken – als theoloog, als pastoraal werker, als gelovige – maar ik vind oprecht níét dat de kerk zich nu nog boven de wet stelt. Natuurlijk had de kerk vroeger te veel macht en had ze de problemen veel eerder onder ogen moeten zien.

Bewust of onbewust werd een muur van stilte in stand gehouden, dat is nu toch wel duidelijk?

Demasure: In het verleden is het zeker zo geweest dat er gezwegen werd – vooral om geen reputatieschade te lijden. Het ging er niet in de eerste plaats om de dader te beschermen, maar om de gelovigen niet te choqueren. Dat bleek een foute inschatting. Zolang het misbruik niet aan het licht kwam, bleef de schade nog beperkt. Maar wanneer de zaken aan de oppervlakte kwamen, is een tweede vertrouwensbreuk ontstaan: boven op het seksuele misbruik ook nog het schuldige zwijgen. Bovendien kwamen al in de jaren tachtig ettelijke schandalen aan het licht in de VS, en werden er wetenschappelijke onderzoeken gevoerd. Sinds 1990 kun je zeker niet meer zeggen wat de Nederlandse kardinaal zei: ‘ Wir haben es nicht gewusst.’ Vanaf dan is er geen excuus meer. Wie daarna niet optrad, draagt in mijn ogen minstens een ethische verantwoordelijkheid.

De kerk maakte ook de fout de theorie van de rotte appels te blijven aanhangen. Alsof het seksuele misbruik enkel een zaak is van individuele misstappen. Terwijl het natuurlijk ook om een structureel probleem gaat. Het heeft te maken met de hiërarchische organisatie van de kerk en met de klerikale cultuur waarvan het celibaat een onderdeel is. Dat stimuleert machtsmisbruik. Verder heeft het falende kerkelijke beleid te maken met een negatieve visie op seksualiteit. Als alle seksualiteit toch des duivels is, zie je nog moeilijk een onderscheid tussen gezonde en ongezonde seksualiteit. (lacht) Ik heb al gepleit voor een moratorium van 25 jaar op seksualiteit.

Pardon?

Demasure: Ik bedoel, op uitspraken over seksualiteit. Rome moet 25 jaar zwijgen over seks. Nu praat de kerk er voortdurend over, en meestal negatief: geen homoseksualiteit, geen seks voor het huwelijk, geen voorbehoedsmiddelen enzovoort. Al zijn er toch ook al een paar positieve stappen gezet, maar too little and too late. Christus deed geen uitspraken over ons seksleven, maar hij sprak wel over sociale rechtvaardigheid en zorg voor de gekwetste mens. Dat is waar de kerk voor moet opkomen.

Zelfs nu zegt de paus nog dat het kindermisbruik een ‘zonde’ is waarvoor de kerk boete moet doen. Dat klinkt nog alsof het volstaat eens goed te biechten. En verder komt het volgens Rome buiten de kerk evenveel voor.

Demasure: Ja, dat stemt mij ongerust. Blijkbaar ziet men pedofilie nog altijd niet als een pathologie, een soort ‘geaardheid’, die je niet kunt veranderen. Zeker niet door iemand zomaar over te plaatsen naar een andere functie zoals men vroeger vaak deed. Volgens onderzoekers doet ongeveer 5 procent van de geestelijken aan kindermisbruik. In gezinnen ligt misbruik misschien nog iets hoger, maar dat wil toch niet zeggen dat de kerk niet met een groot structureel probleem zit.

De Bisschoppenconferentie zei in Knack ‘geen debat over het celibaat’ te willen, want er is ‘geen aanwijsbaar oorzakelijk verband tussen celibaat en seksueel misbruik’.

Demasure: (lacht) Ten eerste moeten de bisschoppen niet bepalen waarover de gelovige gemeenschap en de maatschappij mogen debatteren. Dat is zo’n typische machtsuitspraak waar we juist van afmoeten. Ten tweede is er wel degelijk een verband tussen celibaat en seksueel misbruik, zoals ik nu in onze dossiers gezien heb. Een deel van de priesters pleegt misbruik vanwege de seksuele frustraties van het celibaat. Ze geven dat zelf expliciet aan. In die gevallen gaat het niet om pedofilie maar om andere vormen van seksueel misbruik. Soms richten ze zich op jonge adolescenten, jongens of meisjes, omdat zij toevallig beschikbaar zijn. Soms gaat het om misbruik van volwassenen binnen de context van hulpverlening. De priesters geven zelf aan dat deze grensoverschrijdingen het gevolg zijn van een celibaat dat ze niet kunnen plaatsen in hun leven. Bovendien speelt het celibaat ook een belangrijke rol omdat het geestelijken onderscheidt van gewone mensen en het hen een aureool van heiligheid geeft, waardoor ze nog makkelijker misbruik kunnen plegen. Ouders vertrouwden hen hun kinderen zomaar toe. Volgens mij spelen hier drie problemen tegelijk: misbruik van seksualiteit, misbruik van macht, én misbruik van vertrouwen. De kerk moet het debat over dit alles juist aanmoedigen.

DOOR CHRIS DE STOOP

‘Er speelt een antiklerikale invloed mee. Sommigen zijn blijkbaar uit op een verdere ontmanteling van de kerk.’

‘Er zijn meer dan 5000 slachtoffers van seksueel misbruik door geestelijken in België.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content