Rudy Tambuyser
Rudy Tambuyser Muziekjournalist

Antje Weithaas en Silke Avenhaus rijmen Duitse degelijkheid met Franse gratie.

Duitse degelijkheid. Soms zijn alliteraties zo doeltreffend en zinvol dat een mens zich gaat afvragen of ze nu gevolg of oorzaak zijn. Maar hoe gaat dat met geijkte uitdrukkingen? Op een keer worden ze het onderwerp van retorische omkering. Ze worden ironisch gebruikt, tongue in cheek of simpelweg negatief kritisch. Zo hoorde ik een musicus niet lang geleden een recital van violiste Antje Weithaas en pianiste Silke Avenhaus beoordelen als ‘Duits degelijk’. Lees: ‘Beroepsernst maakt het me onmogelijk om dit slecht te noemen, maar ik vind er geen zak aan.’

Ik was het totaal niet met hem eens, en we trapten met overgave in de valstrik die elk après-concert is: tot een stuk in de nacht proberen de tegenpartij op andere gedachten te brengen. De discussie was fel, ook omdat we allebei bevooroordeeld waren. Ikzelf omdat Weithaas als violiste van het Arcanto Quartet mijn eeuwige bewondering en dankbaarheid heeft. Met altiste Tabea Zimmermann, violist Daniel Sepic en cellist Jean-Guihen Queyras is ze verantwoordelijk voor enkele van de meest transcendente uren die ik ooit in een concertzaal mocht doorbrengen.

Mijn tegenpartij liet haar dan weer geen kans, omdat hij als violist een zeer specifieke, diep in het spelen zélf gewortelde smaak heeft. Weithaas is hem niet flamboyant genoeg. Met haar komt er geen Artieste het podium opgewandeld. Ze magnetiseert niet. Haar ‘strijkarm’, waarin naar violistenoverlevering ‘de ware artiest’ schuilt, loopt als een loepzuiver afgestelde machine. Terwijl velen een mysterieuze, min of meer erotiserende choreografie verkiezen. Ook Avenhaus heeft een kortaangebonden, no nonsensespeelstijl die door de een gortdroog, door de ander effectief zal worden genoemd.

Maar goed, het was bijzonder fijn om deze nieuwe liveopname van beide dames te kunnen beluisteren, uitgebracht op het uitstekende kamermuzieklabel Avi-Music. Beter bewijsmateriaal had ik me niet kunnen dromen om de oude discussie alsnog te beslechten. Met de eerste sonates van Saint-Saëns en Fauré en de sonate van Ravel voor viool en piano, is deze plaat helemaal aan Franse kamermuziek gewijd. U weet wel, dat summum van bon goût en elegantie, waarop ‘Duitse degelijkheid’ slaat als een tang op een varken.

Wel, vergeet het maar. Slechts zelden gaan ambacht, kleur en delicatesse een mooier verbond aan dan op deze plaat. En even zelden zindert de lucht bij het beluisteren van een opname even sterk als wanneer je in de zaal zit.

ANTJE WEITHAAS (VIOOL) EN SILKE AVENHAUS (PIANO), AVI 8553123.

Meer klassiek op blogs.knack.be/dissonant

Rudy Tambuyser

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content