Ethiopië hield zijn eerste vrije verkiezingen en federalizeert het land : een première in Afrika. De in- en uitgangen van de oefening.

VOOR HET EERST hadden in Ethiopië verkiezingen plaats waaraan verscheidene partijen (47) deelnamen. Ze waren een triomftocht voor het regerende EPRDF-front. Dat front is een koalitie van partijen uit zowat alle volksgroepen, waarvan de groep van de Tigrese machthebbers de kern vormt. Zowel in de raden van de deelstaten als in het federale parlement behaalde het EPRDF een absolute meerderheid. In drie kleinere en dun bevolkte deelstaten in het oosten werd de stembusdag uitgesteld tot 18 juni, maar daar stonden slechts 32 federale zetels op het spel. En mede dankzij haar zege bij de grootste drie bevolkingsgroepen de Oromo, de Amhara en de Tigre was de regeringskoalitie al snel zeker van 490 zetels op 548 in het federale parlement. Het staat dus vast dat de huidige leider, Meles Zenawi, in september premier zal worden.

De grootste vijf oppositiepartijen begingen een blunder met hun oproep tot boycot. Want zo’n 78 procent van de stemgerechtigden dienden zich aan. Bovendien vonden de 340 waarnemers uit de Verenigde Staten, West-Europa en van de Organizatie voor Afrikaanse Eenheid dat de strijd eerlijk is verlopen. Tijdens de campagne hebben alle opkomende partijen gebruik kunnen maken van radio, televisie en schrijvende pers. Dat alles geeft de uitslag voldoende legitimiteit. Volgens westerse diplomaten in Addis Abeba was de oppositie te verdeeld en te weinig georganizeerd om een kans te maken tegen de goed geoliede politieke machine van het EPRDF. Een boycot moest alleen dienen om gezichtsverlies te vermijden. Waarbij de boycottende oppositie de regering een overwinning op een schaaltje aanbood.

GETAL EN VERSCHIL.

Met de verkiezingen is voor de eerste keer in Afrika geëxperimenteerd met federalizering, als antwoord op etnische spanningen. Sinds de Tigrese rebellen in 1991 de diktatuur omverwierpen, waait een nieuwe wind in Ethiopië. Grote delen van de ekonomie zijn geliberalizeerd en er is een tribunaal opgericht voor de berechting van de grove schendingen van mensenrechten onder het kommunistische bewind (1974-1991). Een unicum in Afrika.

Vorig jaar keurde een verkozen grondwetgevende vergadering de nieuwe federale grondwet goed. Die maakte een meerpartijensysteem mogelijk, kompleet met demokratische verkiezingen en persvrijheid. Bovendien zou het land een federale republiek worden. Behalve voor het parlement, moest er vorige maand worden gekozen voor negen regionale besturen. De regio’s komen ongeveer overeen met de woongebieden van de belangrijkste volksgroepen en ze krijgen vrij verregaande zeggingsmacht.

In Ethiopië is dat geen luxe. Het land is zo’n 82 volksgroepen rijk, er worden 70 talen gesproken en vier religies beleden : het Koptisch kristendom, de islam, het jodendom en het animisme. Ethiopië is als staat een kreatie van het joods-kristelijke Amhara en van de Tigreeërs, die op de vruchtbare hoogvlakten van Abessinië, in het noorden en het centrum van het land wonen. Hun voorouders immigreerden eeuwen voor onze jaartelling van over de Rode Zee en vermengden zich met de autochtone Afrikaanse bevolking. Uit Zuid-Arabië brachten ze hun semitische kultuur met zich mee. In de loop der eeuwen onderwierpen zij de islamitische en animistische bevolking van de laagvlakten in het zuiden en het oosten, de zogenaamde Oromo en Somali. Alhoewel beide hoofdgroepen zowat elk de helft van de bevolking uitmaken, zwaaiden de kristelijke Semieten uit de hooglanden traditioneel de skepter over het Ethiopische rijk. Binnen die heersende elite woedde echter al even traditioneel een machtsstrijd tussen de Tigreeërs uit het noorden en de Amhara uit het centrale hoogland.

In meer dan tweeduizend jaar veranderde deze situatie nauwelijks. Ook niet na de kommunistische machtsovername in 1974. De derg, de junta van diktator Mengistu Mariam, bestond vooral uit Amhara. En het marxistische regime onderdrukte al even entoesiast de rivalizerende Tigreeërs als de afscheidingsbewegingen van de Eritreeërs in het noorden, en de Oromo en Somali in het zuidoosten.

De val van het Mengistu-bewind, in mei 1991, maakte een eind aan de heerschappij van de Amhara, maar niet aan die van de kristelijke groep. De nieuwe machthebbers kwamen vooral uit Tigre, het andere luik van de Koptische elite. Toch konden zij Ethiopië niet zomaar domineren, zoals de talrijke Amhara het al eeuwen deden. Zes miljoen Tigreeërs konden de 55 miljoen Ethiopiërs immers niet naar hun pijpen laten dansen. Dus gooiden ze het over een andere boeg. Er zou een federale republiek komen, in plaats van een met geweld bijeen gehouden eenheidsrijk.

De nieuwe grondwet geeft ruime kulturele, politieke en ekonomische autonomie aan de andere minderheden. Artikel 39 vermeldt uitdrukkelijk het recht op onafhankelijkheid voor minderheden die dat wensen. Een breuk met de principes van de Organizatie voor Afrikaanse eenheid, die al dertig jaar de onschendbaarheid van de koloniale grenzen, hoe onlogisch ook, aanvaardt. Dat het Addis Abeba menens is met het recht op afscheiding, bleek toen in 1993 de noordelijke provincie Eritrea na een referendum onafhankelijk werd.

PARAPLU.

President Meles Zenawi hoopt dat de andere minderheden zijn verregaande autonomie verkiezen boven onafhankelijkheid. En zijn hoop is niet ongegrond. Zelfs de Somali’s in de oostelijke provincie Ogaden, die in 1977 nog in opstand kwamen en aansluiting zochten bij buurland Somalië, lijken zich nu veeleer in Ethiopië thuis te voelen. Al zit de komplete chaos in Somalië daar wel voor iets tussen.

Zenawi’s hervormingen lokken echter niet overal groot entoesiasme uit. De oude Amhaarse elite de voormalige behoedster van het eenheidsrijk ziet ze met lede ogen aan. De regionalizering tast vooral haar greep op de staat aan. Ze vreest voor het uiteenvallen van het land en voor het manipuleren van de minderheden door de veelal islamitische buurlanden. Andere volken, zoals de Oromo uit het zuiden, ontwaren in de nieuwe ontwikkelingen een poging tot installering van een nieuwe, subtiele vorm van hegemonie, deze keer vanuit Tigre.

Het nieuwe bewind heeft inderdaad een weinig demokratisch verleden. Het ontstond in 1975 uit het (toen nog) marxistische Tigré People’s Liberation Front (TPLF), dat samen met de Eritrese guerrilla een noordelijke rebellenbeweging vormde. Toen bij het wegvallen van de Sovjet-steun, eind van de jaren tachtig, het bewind van Mengistu op instorten stond, veranderde het Front zijn naam in Revolutionair Demokratisch Volksfront voor Ethiopië (EPRDF). Onder dat overkoepelende EPRDF vormden Tigrese guerrillastrijders legertjes van andere ontevreden minderheden, zoals de Oromo-moslims, de zwarte zuidelijke volkeren en zelfs van Amhara-opposanten. Al deze bewegingen waren echter sterk afhankelijk van de steun van het Tigrese verzet. Andere etnische verzetsbewegingen, die niet onder de Tigrese koepel opereerden, kregen zo minder kansen.

De huidige regionalizering komt vooral de etnische partijen ten goede die onder de Tigrese paraplu opschoten. Het weggeven van bevoegdheden aan bevriende partijen onder de lokale minderheden versterkt de invloed van het Tigrese front. Veel oppositiepartijen zien in de federalizering dan ook een poging om een verkapte dominantie te vestigen en een middel om de oppositie te verdelen. Volgens hen dient het demokratische vocabulaire van de regering om buitenlandse, vooral westerse steun binnen te rijven. Feit is dat sommige oppositiepartijen verboden zijn of gefnuikt in hun politieke aktiviteit. En de mensenrechtenorganizatie Amnesty International heeft een lijst met klachten over willekeurige opsluiting en in sommige gevallen mishandeling van opposanten.

VOEDSELPROBLEEM.

Het al dan niet stillen van de honger van 55 miljoen ingezetenen zal bepalen of het federalizeringsprojekt slaagt of mislukt. Ethiopië is op Somalië na het armste land ter wereld. Het wordt gemiddeld om de tien jaar getroffen door een periode van ernstige droogte en hongersnood. De landbouwmetoden zijn middeleeuws en het gebruik van meststoffen is zowat het laagste in Afrika. De hoogvlakten zijn vruchtbaar, maar de bevolking groeit er angstwekkend.

De nieuwe regering probeert nu met buitenlandse steun op diverse plaatsen grote voorraden voedsel aan te leggen, wegen en andere infrastruktuur te bouwen en waarschuwingssystemen op te zetten. Hierdoor moet eventuele voedselschaarste tijdig worden opgemerkt en kan er sneller worden gereageerd. De regering heeft onthouden dat de val van keizer Haile Selassie in 1974 en van het kommunisme in 1991 gevolg waren van de onverschillige of inefficiënte reaktie van de overheid op hongersnoden. En er zijn hoopvolle tekenen. De koffieproduktie (60 procent van de export) is sinds de liberalizering van de markt sterk gestegen. In het land dat een van de oudste nog bestaande kulturen voortbracht, komt ook toerisme op gang.

Westerse experts veroordelen echter de weigering van de regering om het landbouwareaal te privatizeren. Er ontstond wel een vrije markt voor landbouwprodukten, maar het grootste deel van de landbouwgrond bleef staatseigendom. Daar zijn een tweetal redenen voor. Het nieuwe bewind wortelt in een beweging van voorheen uitgebuite pachters. Bovendien vreest het dat bij privatizering vooral de Amhara-aristokratie weer de meeste grond zal verwerven.

Afgezien van het voedselvraagstuk, ligt de moeilijkste opgave in het overbruggen van de eeuwenoude spanning tussen Amhara en Tigreeërs. Om de spiraal van machtswisselingen tussen beide volksgroepen te doorbreken, moet de bewindsploeg de Amhara bij de macht betrekken. Zoniet dreigt op termijn een opstand van de zich verongelijkt voelende Amhara naar getal de tweede bevolkingsgroep.

Hoe dan ook, als het experiment met het federalisme slaagt, kan het model staan voor andere Afrikaanse staten die problemen van volksgroepen worstelen.

Jos De Greef

De kristelijke Kopten, Semieten uit de hooglanden, zwaaiden traditioneel de skepter over het rijk.

Tigre, het stamland van de kern van huidige machthebbers.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content