De nicotine-pleister kan de motivatie van de stoppende roker niet vervangen. “Dit zijn geen wondermiddelen. “

Het verhaal wil dat Spaanse smokkelaars met ladingen tabak in katoenen balen op hun rug, letterlijk kotsmisselijk aankwamen in Frankrijk, na hun tocht over de Pyreneeën. En plukkers van tabak klaagden ook over misselijkheid, hoofdpijn en braakneigingen. De diagnose is vandaag makkelijk te stellen : nicotine-intoxicatie. Zweet vermengd met de aan de blaren onttrokken nicotine, vormt blijkbaar een ideale kombinatie voor transdermale ingressie. De contrabandiers liepen in feite de bergen over met giga-patches op hun rug.

Nicotine-plakkers noemt endocrinologe Brigitte Velkeniers onomwonden de “mooiste SST-toepassing”. Johan Thijs, die instaat voor de verkoop in ons land van de Nicorette-pleister, zal haar daarin zeker niet tegenspreken.

– JOHAN THIJS : Nicotine is uitermate geschikt voor patch-gebruik. De dosering wij bieden drie soorten plakkers aan met een degressieve dosis nicotine kan heel goed getimed worden, de terapie-trouw is erg hoog en het is één van de minst hinderlijke manieren om van het roken af te geraken.

– Toch zijn er hartproblemen gemeld bij gebruik van nicotine-patches.

– THIJS : Dat klopt, zelfs echte hartinfarcten. Op een bepaald ogenblik zo’n 25 in de Verenigde Staten, waarna de Food and Drug Administration een onderzoek instelde. De pleisters waren een rage geworden met miljoenen gebruikers, allemaal rokers dus. Nu houden de gevolgen van jarenlang roken vanzelfsprekend niet van vandaag op morgen op, als men overstapt op substitutie. Wanneer eenzelfde populatie rokers was onderzocht als de gebruikers van de plakkers, had men 1.500 doden moeten vinden in plaats van 25.

Wij organizeerden een Europees experiment met drieduizend rokers die wilden stoppen en overstappen op plakkers. Honderd daarvan kwamen uit het Antwerpse. Wat gebeurt ? Eén van hen krijgt een hartinfarct tussen zijn eerste onderzoek bij ons en het ogenblik dat hij effektief moet stoppen met roken. Krijgt die man dat drie weken later, dan zijn het zogezegd de plakkers geweest.

– Hoeveel gebruikers van uw plakkers stoppen effektief met roken ?

– THIJS : De studies geven verschillende resultaten te zien. Algemeen mag je stellen dat na drie maanden zo’n vijftig procent van de gebruikers niet meer rookt en na één jaar is dat gezakt tot zo’n dertig procent.

– Van waar komen die verschillen ?

– THIJS : We hebben het hier niet over wondermiddelen. Stoppen met roken voor velen een zeer moeilijk proces is vooral een kwestie van motivatie. Pleisters kunnen geen motivatie vervangen. We praten over een substitutie-terapie en we proberen dus de ontwenningsverschijnselen van de stoppende roker zo goed mogelijk op te vangen.

– Heeft u klanten die tegelijk plakken en blijven roken ?

– THIJS : Dat komt voor. Leken vrezen in zo’n gevallen wel eens voor een nicotine-intoxicatie, maar het gevaar daarop is miniem. Rokers kennen namelijk weliswaar allemaal individueel verschillende nicotine-drempels waar ze niet over gaan. Gebeurt dat toch, dan voelen ze zich niet goed, misselijk. Daarop is overigens één van de terapieën gebaseerd om rokers van hun gewoonte af te helpen ; ze moeten daarbij een pakje sigaretten in één ruk oproken.

Nu, wij raden het in elk geval af om patches te gebruiken en te blijven roken, dit is de bedoeling niet van ons produkt. Wij ervaren dat als het mislukken van de terapie, maar die mensen zeggen dikwijls : vroeger rookte ik twee pakjes per dag, nu nog maar vier tot vijf sigaretten. Iedereen kontent, dan maar ?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content