De goeroes hebben zich vergist. Het telewerk komt niet van de grond. De Vlaamse sociale partners willen de drempels verlagen.

Waarom rijdt iedereen zich dag na dag vast in de files van het woon-werkverkeer terwijl de informatietechnologie het perfect mogelijk maakt thuis te werken? De arbeids- en managementgoeroes voorspelden dat tegen het jaar 2000 een aanzienlijk deel van de arbeid uit telewerk zou bestaan. Ze hebben zich vergist. De Europese Unie voert als het ware een kruistocht voor die nieuwe organisatie van de arbeid, maar in de ondernemingswereld blijft het bij enkele proefprojecten.

België telt slechts 18.000 telewerkers: 0,48 procent van de beroepsbevolking. Finland is Europees koploper met 3,77 procent. Gemiddeld heeft de Europese Unie één telejob op 100 banen, Amerika staat verder met 4,5 procent telewerkers. (Telewerken of werken buiten het kantoor kan thuis gebeuren, maar bijvoorbeeld ook in een sattelietkantoor, call center of mobiele werkplaats). De grote expansie komt er duidelijk nog niet.

In de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (Serv) formuleerden de Vlaamse sociale partners zopas een aanbeveling over telewerk. De vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers staan positief tegenover de mogelijkheden van telewerk. Dat hoort zo in een regio met de erfenis van de derde industriële revolutie. Maar telewerk slaat niet alleen op technologische innovatie, het betekent ook vernieuwing in de arbeidsorganisatie. Het kan een stimulans zijn voor de tegenwoordig zo bejubelde netwerkeconomie. Telewerk is een element in de virtualisering van de onderneming.

Het valt echter op dat de Serv-aanbeveling over telewerken in Vlaanderen heel voorzichtig is geformuleerd. Volgens de partners blijft het voorlopig een hype en moet er niet aan wishful thinking worden gedaan. Veel geloof hechten ze niet aan de studies die een vermindering van de verkeerslast met tien tot vijftien procent voorspellen – dat kan pas blijken als er effectief meer mensen thuis werken.

MOBILITEITSDEBAT

Nochtans is telewerk hét thema in het mobiliteitsdebat. Met allerlei argumenten die ook de sociale partners graag horen, maar die ze elders in hun aanbeveling nuanceren. Thuiswerk leidt tot minder verkeer en minder stress van de telewerkers. Maar er ontstaat een nieuwe vorm van stress doordat arbeidstijd en vrije tijd ineenvloeien. Er is een betere combinatie mogelijk van het gezins- en het arbeidsleven, zo is het makkelijker de kinderen naar school te brengen en hoeven tweeverdieners geen noodoplossing te bedenken als een kind ziek wordt.

De werkgevers zien vooral het voordeel van de flexibilisering van de arbeid. Maar ze aarzelen vanwege de kosten. Waarbij in de aanbeveling alweer geen andere oplossing opduikt dan dat de overheid een en ander kan subsidiëren. Onderzoek toont aan dat de werknemers wel gewonnen zijn voor telewerk, maar niet te lang aan een stuk. Ze vrezen het isolement thuis – de gezellige babbeltjes met de collega’s zijn erg belangrijk. De sociale partners geloven dan ook dat telewerk tot twee dagen per week zou moeten worden beperkt. Er zijn ook maatregelen nodig om het verlies aan bedrijfsbinding op te vangen.

Niet alle jobs zijn even geschikt voor telewerk, zeker niet werk dat veel contacten vergt. Maar het kan wel voor mensen die rapporten schrijven of voorstellen uitwerken, telefoneren, met klanten werken, met on-linedatabestanden, centrale computernetwerken monitoren en bijsturen, aan tekstverwerking doen of berekeningen maken. In de praktijk gaat het om beroepen met een uitgesproken freelance of zelfstandig karakter, vaak uitgeoefend door mensen met een hogere opleiding. Wat de minder geschoolden betreft vindt de Serv een waarschuwing op zijn plaats: het moeten geen vrouwenjobs worden, gekoppeld aan ondermaatste banen met nauwelijks loopbaanmogelijkheden, opgedrongen met de smoes dat het voor de kinderen gemakkelijk is.

De wereld is weg van de informatietechnologie. Maar het telewerk botst vooral op de ouderwetse sergeantenmentaliteit. Hoe weet je dat ze thuis aan het werk zijn? De Belgische wet op de huisarbeid bevat dan nog de finesse dat de werkgever tot die arbeidsplaats geen vrije toegang heeft. De Serv-partners noteren dan ook terecht dat de nieuwe arbeidsvorm het meeste toekomst heeft in ondernemingen met een horizontale bedrijfshiërarchie en weinig bureaucratie. De moderne manager weet dat echt leiderschap geen eenheid van tijd en ruimte behoeft, maar gebaseerd is op een vertrouwensrelatie met de medewerkers. In kleine en middelgrote ondernemingen blijft telewerk voorlopig een utopie.

G.D.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content