Lege handen of de Nobelprijs

CATHERINE ASHTON Geduld is een schone deugd voor een chef-buitenland van de EU. © REUTERS

Na maandenlange gesprekken op het allerhoogste niveau verlieten Servië en Kosovo vorige week de onderhandelingstafel zonder verzoeningsakkoord.

Servië en Kosovo. Catherine Ashton kwam het de pers vorige week bijna zuchtend melden, dat de achtste ronde van de formele gesprekken tussen Servië en Kosovo zonder akkoord was geëindigd. De laatste gespreksmarathon tussen de Servische premier Ivica Dacic en zijn Kosovaarse collega Hashim Thaci had meer dan twaalf uur geduurd, maar de kloof die beide partijen scheidde van een normalisering van hun relaties was volgens een achteraf duidelijk ontgoochelde Ashton nog altijd ‘smal maar diep’.

Kosovo verklaarde zich in 2008 eenzijdig onafhankelijk. Daarvoor was het een provincie van Servië, waar de grote meerderheid van de bijna 2 miljoen inwoners uit etnische Albanezen bestond. Hun onvrede over het gebrek aan autonomie leidde eind jaren negentig tot een gewapend conflict tussen Albanese verzetsstrijders en het Servische leger. Een conflict dat pas ten einde kwam toen westerse straaljagers, waaronder ook Belgische, doelwitten in Servië gingen bombarderen om de Servische strijdkrachten tot terugtrekking te dwingen. Ook nu nog is in Kosovo een NAVO-troepenmacht aanwezig.

Intussen erkennen 98 lidstaten van de Verenigde Naties de onafhankelijkheid van Kosovo. Servië doet dat niet, maar het wil zelf wel lid worden van de Europese Unie. Daarvoor moet het echter zijn relaties met Kosovo normaliseren. Sinds oktober 2012 waren daarover onderhandelingen aan de gang, onder Europese bemiddeling. Grootste struikelsteen is het statuut van de zowat 100.000 Serviërs die in Kosovo wonen. De helft van hen leeft in enkele aaneengesloten enclaves in het noorden van de provincie, dat aan Servië grenst. Het gezag van de door etnische Albanezen gedomineerde regering van Kosovo wordt er niet aanvaard – en dat is zacht uitgedrukt. Servië vraagt daarom onder meer dat de enclaves in het noorden hun eigen politiemacht en gerecht mogen organiseren, maar botst daarmee op een Kosovaars veto. Het tegenvoorstel van de Europese Unie, dat door de Kosovaren wordt aanvaard, bevat volgens de Servische onderhandelaars dan weer te weinig garanties voor de rechten van de Serviërs in de enclaves.

Op 16 april wordt een nieuw rapport van de Europese Commissie verwacht, waarin ze al dan niet zal aanbevelen om de gesprekken over lidmaatschap met Servië op te starten, en om met Kosovo eventueel al een stabilisatie- en associatieakkoord te sluiten, wat een eerste stap is naar een uiteindelijk lidmaatschap. Zowel voor Kosovo als voor Servië is een deal belangrijk, en dringend. Of dat Hashim Thaci en Ivica Dacic tot een ultiem vergelijk kan dwingen, valt af te wachten. Volgens het Britse weekblad The Economist zou het hen beiden niets minder dan de Nobelprijs voor de Vrede kunnen opleveren. Voorlopig staat iedereen echter met lege handen.

Gerry Meeuwssen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content