Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

In ‘De kroonraad’ geven vooraanstaande politici hun opinie over de actualiteit. Deze week hugo schiltz over de beleidsverklaring van Verhofstadt, Brussel-Halle-Vilvoorde, DHL, de Antwerpse OCMW-boekhouding, en de verkiezingen in de VS.

Mijnheer Schiltz, de beleidsverklaring van premier Guy Verhofstadt (VLD) heeft niet veel enthousiasme gewekt.

HUGO SCHILTZ: Het was er een van dertien in een dozijn, zo een verklaring komt vaak niet verder dan het formuleren van enkele goede intenties, zoals het presenteren van een begroting in evenwicht. Maar ik heb het al meer gezegd: een begroting is maar een raming. Wat telt, is de afsluiting van de rekeningen aan het einde van het jaar. Die geven de echte toestand van de overheidsfinanciën weer, en zijn de echte waardemeter voor het werk van de regering.

Voor 2004 zijn er een paar onrustwekkende indicatoren. De ziekteverzekering stevent op een tekort af, de fiscale amnestie zal niet opleveren wat was gehoopt, de strijd tegen de fiscale fraude blijft onder de verwachting… Anderzijds moeten we afwachten hoe de ontvangsten evolueren, en wat de effecten zijn van de beperkte, maar toch reële economische heropleving. Naar het einde van het jaar toe zijn er altijd verrassingen, zowel in positieve als in negatieve zin.

De Vlaamse regering heeft bij haar begrotingsopmaak fors bespaard om een overschot te hebben. Onnodig, wordt beweerd.

SCHILTZ: Wie dat zegt, houdt geen rekening met verplichtingen die niet onmiddellijk in de begroting tot uiting komen: borgstellingen die men gegeven heeft, verbintenissen in sectoren als Monumenten en Landschappen, en tal van initiatieven waarvan de rekening pas met vertraging te voorschijn komt. Het is verstandig om te zorgen voor een buffer, die bij de eerste of de tweede begrotingscontrole dan eventueel kan worden afgebouwd.

Aan Franstalige kant zijn ze minder voorzichtig.

SCHILTZ: Dat is waar. Franstaligen hebben een andere politieke cultuur. Zij geven eerst uit en beginnen dan te rekenen, Vlamingen doen dat andersom. Hoewel, we zijn nog altijd bezig met het verteren van de schulden die de eerste Vlaamse regeringen hebben opgebouwd. Ik was daar als federaal minister van Begroting soms een geïnteresseerd, maar machteloos toeschouwer van.

Moeten de deelstaten opdraaien voor de schuldafbouw van de federale overheid?

SCHILTZ: In een federaal systeem is het logisch dat zowel de nationale regering als die van de deelstaten hun verantwoordelijkheid nemen om het geheel van de openbare financiën binnen de normen van het Europese Stabiliteitspact te houden. De deelstaten moeten dus hun steentje bijdragen, op voorwaarde natuurlijk dat de federale regering zelf het geld niet over de balk gooit. Vlaams minister-president Yves Leterme (CD&V) heeft ook gelijk, dat hij stelt geen extra inspanning te willen leveren, als ook de Franstaligen niet over de brug komen, wat je uit verklaringen van Franstalige ministers zou kunnen opmaken. Ik weet dat sommige Vlaamse ministers beschikken over zeer concrete cijfers over de werkelijke transfers van Vlaanderen naar Wallonië, maar dat ze die niet durven bekendmaken om geen politieke problemen bij te creëren. Aan Franstalige kant zouden ze best begrijpen hoe ver het geduld van de Vlamingen gaat.

De splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde wordt afgeleid naar een ‘dialoog’ tussen de regeringen. Zal dat de zaak deblokkeren?

SCHILTZ: Franstaligen zetten dikwijls een grote mond op, tot ze tegenover een eensgezind Vlaams front staan. Dan nemen ze een bocht en beginnen toch te negotiëren. Dat zal ook nu zo zijn, al is er voor negotiëren in dit dossier niet veel ruimte. Ik vermoed dat er voor de splitsing wel íets in ruil zal worden gegeven, al is het een suikertje. Je mag in de politiek ook nooit de tegenstander tegen de muur plakken. Er moet een achterdeurtje open blijven, waarlangs hij zonder al te veel gezichtsverlies kan ontsnappen. Zo niet krijg je de rekening gepresenteerd.

De splitsing kost de Vlamingen wellicht twee zetels in Brussel. Wat schieten ze er dan mee op?

SCHILTZ: We moeten ons niet altijd laten chanteren door de grote schrik om Brussel te verliezen. Die kwestie gaat al dertig jaar mee en is langs alle kanten doorgelicht en uitgelicht. Er bestaan voldoende structuren en procedures om alle partijen te geven waar ze recht op hebben. Als men de apparentering toelaat tussen Vlaams-Brabant en Brussel enerzijds, en tussen Nijvel en Brussel anderzijds, dan doet men niemand pijn en kunnen de Nederlands- talige Brusselaars wél de nodige stemmen voor een zetel krijgen.

Het dossier DHL is een tijdje van de regeringstafel verdwenen, maar ligt daar deze week opnieuw op.

SCHILTZ: Ik vermoed dat DHL een deel van zijn activiteiten in Brussel zal houden, maar in een uitbreidingsscenario geloof ik niet. Zaventem ligt nu eenmaal in een van de dichtst bevolkte gebieden van het land, daar stuur je niet elke nacht een vloot lawaaierige vliegtuigen overheen. Naar mijn gevoelen hebben zowel regering, politieke partijen als media te veel een hype gemaakt van een zaak die men via discrete gesprekken had moeten oplossen. Onder druk van het mediageweld onderhandelen is moeilijk, ik spreek uit ervaring.

Iedereen noemt de vergrijzing het cruciale maatschappelijke probleem voor de komende jaren. Maar daarover staat in de beleidsverklaring weinig.

SCHILTZ: Over de aanpak van die problematiek is er nog geen consensus in de politieke klasse, dus heeft het geen zin dat de premier daarover ronkende verklaringen aflegt. Het is een zeer complex probleem. De activiteitsgraad is te laag, de betaalbaarheid van de pensioenen komt in het gedrang, en de uitgaven van de ziekteverzekering zullen almaar stijgen, want een ouder wordende bevolking heeft ook meer gezondheidszorg nodig. Over dat alles moet eerst grondig overlegd worden met de sociale partners. Ik heb de indruk dat de vakbonden behoedzaam te werk gaan. De Vlaamse werkgevers hebben op hun jongste congres veel agressievere taal gebruikt, maar of dat de juiste strategie is, betwijfel ik.

Minister van Financiën Didier Reynders (MR) en minister van Begroting Johan Vande Lanotte (SP.A) willen de banken laten investeren in de inning van achterstallige belastingen, in ruil voor een deel van de opbrengst.

SCHILTZ: Het lijkt wel of ze de bijbelse tollenaars weer willen invoeren. Ik heb de technische aspecten van dat voorstel nog niet kunnen bestuderen, maar het idee op zichzelf is interessant. Het is niet aangewezen om de banken te betrekken bij de praktische inning van belastingen, maar ze kunnen wel betere inningsinstrumenten voor de overheid prefinancieren. Ze hebben toch veel liquiditeiten, want vooral de Vlaming spaart nog steeds enthousiast, en de beleggingsmogelijkheden zijn op dit moment beperkt. Eigenlijk schrijft de staat een obligatie uit, die hem in staat stelt gelden te verwerven die hij anders niet zou kunnen verwerven, en de geldschieter krijgt daar een of andere vorm van kapitaalsvergoeding voor. Het overwegen waard.

Vlaams minister van Onderwijs en Werk Frank Vandenbroucke (SP.A) verklaart dat de komende twee jaar niemand in Vlaanderen opslag moet verwachten, en dat in het onderwijs geen leerkrachten bijkomen.

SCHILTZ: Als je inkomsten met drie procent stijgen, kun je je uitgaven niet met zes of zeven procent verhogen. Dat is elementair, zelfs in een overheidsbegroting die minder simpel op te maken is dan een gewone huishoudbegroting. Frank Vandenbroucke beseft dat, ziet dat in enkele sectoren de stijgingen onvermijdelijk zijn, bijvoorbeeld in de ziekteverzekering, en wil daarom in andere domeinen de riem aansnoeren. Hij is een moedig minister.

In Antwerpen zoekt het gerecht de verklaring voor een tekort van 22,5 miljoen euro in de OCMW-boekhouding.

SCHILTZ: Ik herinner me dat ikzelf als schepen van Begroting en Financiën nooit een duidelijk inzicht in de financies van het OCMW heb gekregen. Dat was een aparte baronie, die goed werd afgeschermd. En het gaat om een ongelooflijk ingewikkelde boekhouding. Ik weet niet of er echt fraude is gepleegd, dan wel of men een tekort heeft willen camoufleren. Maar eens te meer maakt Antwerpen een slechte beurt. Decennialang is daar van alles scheefgegroeid, en er zullen nog heel wat takken afbreken voor de boom weer stabiel staat.

Voorzitster Monica De Coninck (SP.A) denkt eraan een schilderij van Peter Paul Rubens te verkopen.

SCHILTZ: In theorie is dat niet zo gek, want het kunstpatrimonium van het OCMW, dat vooral is opgebouwd uit legaten, is niet echt toegankelijk voor het grote publiek. Ik ben er wel tegen om kunstwerken van dat niveau op de markt aan te bieden. Er is in feite maar één aanvaardbare koper: de overheid. Maar heeft die geld om zich een Rubens aan te schaffen? Niet zo lang geleden heeft Bert Anciaux (Spirit) als minister van Cultuur al eens ondervonden dat er geen budget was om kunstwerken uit privé-collecties in het land te houden. Een mogelijke oplossing is samenwerking tussen de overheid en privé-personen, die dan in ruil een fiscale tegemoetkoming krijgen.

Over twee weken hebben de Amerikaanse presidentsverkiezingen plaats. Durft u een pronostiek wagen?

SCHILTZ: Het zal weer een nek-aan-nekrace worden. De knoeiboel in Irak lijkt Bush niet veel parten te spelen. De meeste Amerikanen zijn niet geïnteresseerd in wat buiten Amerika gebeurt, en als ze het wel zijn, is het vanuit een patriottisch meerderwaardigheidsgevoel. Die mensen vinden dat de wereld zich moet plooien naar de VS, en niet omgekeerd. George Bush bespeelt dat simplisme erg goed, en dus zal het ervan afhangen hoeveel mensen er gaan stemmen. Zijn het er veel, dan stijgen de kansen van Bush. Zijn het er weinig, dan stijgen de kansen van John Kerry.

Koen Meulenaere

Hugo Schiltz : ‘De knoeiboel in Irak lijkt Bush niet veel parten te spelen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content