Kleis Jager Correspondent in Frankrijk voor Trouw en Het Financieele Dagblad

‘Het kwam vanzelf, héél veel mensen moeten hetzelfde hebben gevoeld toen ze het nieuws van de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo hoorden: “Ik ben Charlie, wij zijn allemaal Charlie.” Om de eenvoudige reden dat onze vrijheid daar werd vermoord. Wij zíjn die vrijheid, ik heb er echt geen seconde over nagedacht: #JeSuisCharlie was een hartenkreet.

Ik was de eerste die hier op kwam, maar ik deed niets bijzonders. Het gaat niet om mij, ik wil niet met mijn foto in de krant. #JeSuisCharlie hing in de lucht. Het was niet mogelijk om op dat moment iets anders te voelen dan een onmiddellijke, totale identificatie met de vermoorde journalisten en alle anderen.

Het is niet door iedereen begrepen, nee. Ik heb er met moslims over gesproken, op het werk en elders, en zij zeiden: “Ik ben niet Charlie.” Alsof het erom gaat wat je van het tijdschrift vindt. Alsof het de vraag is of wat daarin staat door de beugel kan. Dat je niet vermoord mag worden om wat je tekent of wat je schrijft, dat is niet tot iedereen doorgedrongen.

Ik noemde het daarnet een aanslag, maar moord is een beter woord. Het geweld vroeger van de Rode Brigades in Italië of de ETA in Spanje, dat waren aanslagen. Er werd een politieke eis bij geleverd. Niet dat ik het daarmee eens was, maar het was politiek gemotiveerd. Nu is er volgens mij helemaal geen eis. Er is alleen maar haat, alleen maar bloed.

Ik erger me er trouwens aan dat de media altijd melden hoe de daders heten, ook na die afgrijselijke 13 november in Parijs, en waar ze vandaan komen. Zo krijgen ze het podium dat ze wilden, daar moeten we niet aan meedoen. In Toulouse, waar ik woon, gaan er voortdurend mensen op bedevaart naar het graf van Mohammed Merah, die “scootermoordenaar” die hier in 2012 onder andere Joden op een schoolplein vermoordde.

Islamitische kennissen van me zeiden: nu worden wij met de vinger nagewezen! “Dat is terecht”, heb ik geantwoord. Ze moeten afstand nemen, dat is de plicht van iedereen. Als je katholiek bent, is het ook goed om de pedofilie in de kerk te veroordelen. Iedereen moet opstaan om te voorkomen dat dit nog eens gebeurt. Wie iets verdachts ziet en dat niet meldt bij de politie is medeplichtig als er iets gebeurt.

Voor mij zijn alle mensen gelijk, een slachtoffer van terreur in Parijs is niet anders dan een slachtoffer van terreur in Mali. Maar ik vind de Franse laïcité belangrijk, de scheiding van Kerk en Staat, die van religie een privézaak maakt. Wat ik geloof, gaat ook niemand wat aan.

Na “Charlie” ben ik met mijn dochter naar Parijs gereden. Ik wilde haar in het Louvre het beroemde schilderij La Liberté Guidant le Peuple van Eugène Delacroix laten zien. De confrontatie met terreur dwingt je tot nadenken over wie je bent en waar je voor staat.

Deze samenleving is op drift geraakt, ze is op zoek naar houvast. Weet u, mijn vader was elektricien, mijn moeder huisvrouw. Bij ons thuis waren menselijke waarden belangrijker dan geld. Wat mij stoort in de politiek van vandaag, is dat het algemeen belang uit beeld is verdwenen, politici zitten er voor zichzelf. Politici staan los van de werkelijkheid, en de werkelijkheid is voor veel mensen: een pensioen van 800 euro. Met de opgang van het Front National oogsten ze nu wat ze zelf hebben gezaaid.’

Kleis Jager

‘De confrontatie met terreur dwingt je tot nadenken over wie je bent en waar je voor staat.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content