Monarchie (1)

De koning is een niet-verkozen en niet weg te stemmen regeerder, die achter de schermen België bestuurt. Hij beslist welke partijen in de regering zitten, ongeacht de uitslag van de verkiezingen. Het koningshuis belet dat Vlamingen en Walen op gelijke manier deelnemen aan het gewone leven. De Waalse politici houden vast aan hun privileges het overheidsgeld niet gelijk te verdelen. Daarom willen ze een monarchie. Daarom leven wij in een monarchie in plaats van in een democratie.

Monarchie (2)

Lezer Crols schrijft dat Prins Filip – zonder vorstelijke vader – een middelmatig werknemer zou zijn met een modaal loon (“Het laatste woord”, Knack nr. 39). Crols is waarschijnlijk een spreekbuis van de kapitalistische bourgeoisie die iedereen in de positie van werknemer wil duwen. Waarom dan niet direct het communisme prediken?

Met het beschikbaar gedeelte van het kapitaal van Leopold II zou Filip toch een conservatief industrieel kunnen zijn in burgerlijk Belgenland. Of heeft Leopold II te veel weggeschonken aan het Belgische volk, in zijn Koninklijke schenking?

Tot ziens op de barricaden.

De Clerck (1)

De petitie ten gunste van de juwelier uit Harelbeke heeft al mijn sympathie. Maar dat Stefaan De Clerck die mee ondertekent, is wat anders (“De week in België” en “De dader werd het slachtoffer”, Knack nr. 40).

Toen De Clerck minister van Justitie was, verzamelde de vzw Marc & Corinne bijna drie miljoen handtekeningen onder een petitie waarin werd gevraagd onsamendrukbare straffen in te voeren voor kindermoordenaars. Daar hield De Clerck geen rekening mee. In de oppositie ondertekent hij ze zelf. Schizofrenie, plat opportunisme of grenzeloze hypocrisie?

De Clerck (2)

Ex-minister van Justitie De Clerck moet weten dat criminaliteit een complex probleem is. Neemt criminaliteit niet toe als gevolg van sociaal-economische achteruitgang van bepaalde lagen van de bevolking? Zouden Polen hier inbraken plegen als de herinvoering van de vrije markt geen ravages had aangericht in hun land?

Ik keur diefstal scherp af en des te nadrukkelijker als werkers of kleine zelfstandigen er het slachtoffer van zijn. Maar zolang er aan de fundamentele oorzaken van criminaliteit niets gedaan wordt, zullen repressie en een Far West-mentaliteit niets oplossen.

Bijgeloof (1)

Joël De Ceulaer ontsnapt niet aan zijn eigen citaat “dat dit verstand hoe langer hoe meer in de verdrukking komt” (“De waarheid is niet vogelvrij”, Knack nr. 40). Gelukkig is er nog Skepp waar het bijgeloof een meer fysieke aangelegenheid is. Daar zijn ze op zoek naar het wetenschappelijk bewijs voor de waarheid. De stelling – eerst zien en dan geloven – ligt aan de basis van hun denken en het is misschien nuttig om (zonder verlies van logica) de omgekeerde hypothese uit te testen: eerst geloven en dan zien. Dan pas blijkt hoezeer de mens in zijn kortzichtigheid gevangenzit.

Gelukkig maar dat de wijsheid de kennis begrijpt, want tussen weten en weten waarom ligt een wereld van besef die in onszelf moet worden ontwikkeld. Zou dit geloof niet vrijer zijn, dan wat de rede ons vertelt?

Bijgeloof (2)

Ik ben een astroloog die in het volle bezit is van zijn verstandelijke vermogens en kritische zin en ik ben heus geen uitzondering.

Jaren geleden heb ik SKEPP al willen duidelijk maken dat de astrologie berust op een andere manier van denken, dus op een andere logica dan de eenzijdig causale. En dat ook het wetenschappelijk rationalisme vertrekt van een geloof, namelijk dat alles van rationeel-materiële orde zou zijn en dus alleen op die manier gedefinieerd en bestudeerd kan worden. En ten derde dat het rationeel causaal model hopeloos tekortschiet zodra de niveaus van menselijke psyche en bewustzijn worden aangesneden. Deze inhoudelijke discussies worden nooit publiek gemaakt omdat ze de nobele zaak niet dienen.

Zeker, er zijn uitwassen aan de ‘andere kant’, net zoals allerhande technologieën misbruikt worden. Zeker, er wordt frequent New-Age-nonsens de wereld ingestuurd, net zoals er in naam van de rede heel wat onzin wordt verkocht. Maar dat geeft de rationalisten geen geldige reden om alles wat niet correspondeert met hun criteria op de brandstapel te gooien.

Bijgeloof (3)

Creationisten geloven in de schepping door God. Dat is een filosofische keuze die niet meer of minder irrationeel is dan het geloof in een evolutietheorie die ervan uitgaat dat de wereld zoals wij die kennen, geschapen werd door de god van het toeval. Dat de meeste wetenschappers dit verzinsel bij het beoefenen van hun discipline als uitgangspunt kiezen en gemakshalve alle wetenschappelijke wetten en vondsten die ermee in tegenspraak zijn negeren, hoeft nog niet te betekenen dat iedereen verplicht is hen daarin te volgen. Het ergert mij mateloos dat onze kinderen verplicht worden te geloven dat de wereld ontstaan is met een grote knal en de aap als ouder te adopteren.

Creationisten verwerpen de evolutietheorie op filosofische én wetenschappelijke gronden. Geen van hen beweert trouwens dat de wereld zesduizend jaar oud is. Ik beschouw Gerard Bodifée als een erudiet en wijs man. Maar hij moet zich informeren voor hij creationisten afschildert als lieden met verstandsverbijstering (“Wie gelijk geeft, kan zonder verstand”, Knack nr. 40).

Hongarije

Volgens “De pijlen van de Hongaren” (Knack nr. 39) bestonden al betrekkingen tussen ons land en Hongarije sinds Luikse metaalbewerkers in de dertiende eeuw naar Hongarije uitweken.

Die betrekkingen bestonden al veel vroeger. Einde van de tiende eeuw weken de eerste Luikenaars uit naar Hongarije. Een tweede golf volgde in de periode 1046-1052. Ze vestigden zich in de Egervallei waar enkele dorpen loca gallica of vici wallorum werden genoemd. In de twaalfde en dertiende eeuw volgden vele Walen dit voorbeeld.

Midden 15de eeuw schreef de pauselijke gezant Matthias Corvin dat het koninkrijk Hongarije ook bewoond was door een Vlaamse stam die goed Frans sprak. Johannes Sambucus meldde op zijn 16de-eeuwse landkaart de loca gallica, de vici wallonorum en de Vallei der Eburonen.

De Walen bewaarden lange tijd hun taal en tradities. Ze voerden ook – zo blijkt – de wijnbouw in. Ze werden grotendeels uitgeroeid tijdens de invallen van de Turken in de tweede helft van de zestiende eeuw.

Overbevolking

In “Met veel is niet te velen” (Knack nr. 39) worden in verband met de overbevolkingsproblematiek een paar foutieve accenten gelegd: het gesignaleerde probleem heeft met veel meer te maken dan met aantallen. Het is vooral de westerse leefwijze die een probleem is. De ontwikkelingslanden nemen gewoon ons slechte voorbeeld over en dat is de catastrofe.

We weten dat we nu al dertig procent meer consumeren dan de aarde kan produceren. Daarom warmt de aarde op. Zo heeft de westerling gemiddeld 2,1 ha bos nodig per persoon om zijn CO2-uitstoot te absorberen en zoveel bossen zijn er niet meer.

Nederland gebruikt bijvoorbeeld een oppervlakte die zo groot is als heel Frankrijk om de nodige veevoeders te kunnen produceren en hun vervuilde lucht te zuiveren. Een Indiër gebruikt slechts 0,38 ha per persoon terwijl wij 3,3 ha per persoon nodig hebben.

Vooral het gebruik van fossiele brandstoffen en de overdreven consumptie van dierlijk voedsel resulteert in een dergelijk decadent ruimtegebruik. Zo weten we dat de productie van dierlijke eiwitten 20 keer meer oppervlakte nodig heeft dan bijvoorbeeld soja. (Soja is de voornaamste proteïnebron in China en Japan.)

Als we onze leefgewoonten zouden veranderen en overschakelen naar een duurzaam dieet en duurzame energie, dan zou de bevolking op aarde mogen verdubbelen zonder schade aan de natuur en aan het leefmilieu van de mens. In plaats van met de vinger te wijzen naar de ontwikkelingslanden zouden we beter het goede voorbeeld geven, want indien de huidige wereldbevolking onze leefgewoonten zou overnemen, dan zou de aarde moeten verdriedubbelen in oppervlakte. Kortom, als het Westen niet snel omschakelt naar een duurzame ontwikkeling, dan is een catastrofe onafwendbaar.

De zogezegde veroudering van de wereldbevolking wordt ook als een probleem aangezien. In de ontwikkelingslanden is dat niet zo’n probleem omdat vele bejaarden in de samenleving actief blijven tot hun laatste snik. Bij ons worden velen werkonbekwaam en ziek door chronische vervuilingsziekten zoals kanker en wij houden deze mensen (zeer lang) in leven met zeer dure medische technieken. Dat is natuurlijk een probleem voor de weinigen die nog jong zijn en niet ziek. In onze samenleving is het uitzonderlijk geworden gezond te sterven. Dit is in de plattelandsgebieden van de ontwikkelingslanden nochtans de evidentie zelf, ze hebben nog gezonde voedingsgewoonten, goede lucht en zuiver bronwater.

Luc Wellekens, Westende.,Jonkheer Bernard Lacquet, Blanden.,Agnes Bruyninckx, Brugge.,Jan Hasaers, voorzitter PVDA West-Vlaanderen.,Emiel J. Bogaert, Hamme.,Rudy Vanderstraeten, Gent.,Jacques Rommel, Maldegem.,J. Pauwels, Beersel.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content