info: Jeremy Rifkin is de auteur van ‘The Hydrogen Economy: The Creation of the World Wide Energy Web and the Redistribution of Power on Earth’ (Polity Press: October 2002)

Op 16 februari treedt het felbestreden Kyoto-protocol, dat de opwarming van de aarde moet tegengaan, in werking. Door de jaren heen werd het evenwel zo verzwakt door politieke haarkloverij dat het waarschijnlijk weinig effect zal hebben. In 2001 waarschuwde het Intergovernmental Panel on Climate Change van de Verenigde Naties (IPCC) dat de toegenomen emissie van CO2 en andere broeikasgassen in de loop van de 21e eeuw een temperatuursstijging kunnen veroorzaken van 12 tot 16 graden Celsius – een stijging van 13 graden Celsius leidde ons de voorbije 15.000 jaar uit de laatste grote ijstijd, toen een dikke ijslaag het merendeel van de noordelijke hemisfeer bedekte. Volgens recentere studies kan de aardatmosfeer zelfs nog sneller opwarmen – dan zijn we misschien al te laat om het probleem aan te pakken.

Wereldwijd geeft het klimaat verontrustende signalen: steeds krachtiger orkanen razen over het Caraïbisch gebied, het zeepeil stijgt, laaggelegen landen stromen onder, de ijskap smelt – van Afrika, op de Kilimanjaro, tot het Andesgebergte in Peru – de grote ijslagen op de noordpool breken af, koraalriffen verdwijnen. Onderzoekers maken zich ook zorgen over de afgenomen voortplantingscapaciteit van veel zee- en landdieren, stervende bossen en verzwakte ecosystemen.

Intussen lijkt de mens het volle gewicht van die dreigende catastrofe niet te kunnen onderkennen, noch er adequaat op te reageren. Al storten we onszelf pijlsnel in ons eigen ongeluk, we weigeren de nodige scherpzinnigheid en middelen aan te wenden om de atmosfeer weer in evenwicht te brengen. Iedereen reageerde vol afschuw op de tsunami’s die dood en vernieling zaaiden langs de kusten van de Indische Oceaan. De ravage die de vloedgolven veroorzaakten, is volgens wetenschappers vergelijkbaar met wat een radicale klimaatverandering hier de komende tachtig jaar steeds vaker kan teweegbrengen. De mens is op dat alles rampzalig slecht voorbereid.

Wie de waarheid zou kennen, ziet in het Kyoto-protocol een relatief zwakke poging om de crisis aan te pakken. Toch stuitte het verdrag op voortdurende tegenstand: Rusland eiste aanpassingen alvorens het akkoord te ondertekenen; de Verenigde Staten, ’s werelds grootste medeplichtige aan de aardopwarming, tekenden het verdrag om economische redenen niet. Zelfs de Europese Unie moest, als meest enthousiaste voorstander, terugkomen van haar oorspronkelijke voornemen om over te schakelen van fossiele brandstoffen op duurzame (waterstof)energie.

De meesten onder ons trekken zich intussen weinig aan van de aardopwarming en vragen zich niet af hoe ze kan worden verholpen. De dreiging – reeds voor onze kleinkinderen – zou onze aandacht moeten vasthouden en actieve betrokkenheid genereren. Maar we leven in een wereld waar iedere nanoseconde telt, waar de mens steeds enger focust op vluchtige bevrediging, zonder veel interesse voor vroegere verbintenissen of toekomstige verplichtingen. In zo’n samenleving kan de aardopwarming nauwelijks beroeren.

De globale opwarming van de aarde wordt mogelijk ’s mens grootste realisatie. Jammer genoeg is het geen positieve verwezenlijking. In de loop der eeuwen hebben we door de verbranding van grote hoeveelheden fossiele brandstoffen letterlijk de chemie zelf van de aarde verstoord. Wat zal er nodig zijn om de mens wakker te schudden, hem te confronteren met de grootste uitdaging ooit en te doen inzien dat ons lot en dat van de aarde op het spel staan?

Jeremy Rifkin

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content