Luc Baltussen
Luc Baltussen Luc Baltussen is redacteur bij Knack.

De Indiase zakenman Lakshmi Mittal zag het Luikse staalbekken vooral als een manier om de Belgische steunsystemen te melken.

Al in de jaren 1980 wond de legendarische topman van Cockerill Sambre, Jean Gandois, er geen doekjes om: na 2000 zou de aanwezigheid van een staalindustrie in Luik niet langer vanzelfsprekend zijn. Bij het begin van de nieuwe eeuw zag het ernaar uit dat Gandois er maar heel weinig naast zou zitten. De economie was nog aan het afrekenen met de crisis die door het barsten van de dotcombubbel veroorzaakt was, en de staalindustrie kampte met overcapaciteit. De installaties in Luik waren oud, onpraktisch (want kriskras verspreid over de hele agglomeratie) en moeilijk bereikbaar, want ver van alle havens waar de grondstoffen vandaan moesten komen.

Nauwelijks een jaar nadat in 2001 Arcelor was ontstaan uit een fusie van Belgisch-Luxemburgse, Spaanse en Franse staalgroepen, lag er al een concreet plan op tafel om de Luikse hoogovens te sluiten. Vanaf 2005 werden tijdelijke sluitingen en nieuwe ingebruiknemingen (of de aankondigingen ervan) zo vaak afgewisseld dat je er tureluurs van werd. Zeker is wel dat de hoogovens in feite al enkele jaren niet meer operationeel zijn en dat de arbeiders die nu hun baan verliezen, al sinds 2008 en 2009 technisch werkloos waren.

In 2006 kwam de Indiase zakenman Lakshmi Mittal wel nieuwe hoop brengen. Hij bood 18 miljard euro voor Arcelor en suggereerde dat hij die Luikse ovens nog wel een paar jaar nodig kon hebben. Vanwege de heropleving van de wereldvraag naar staal, voornamelijk door de economische boom in de groeilanden. Maar natuurlijk zag Mittal ook wel dat die Luikse ovens niet de meest efficiënte waren. Een van de problemen was dat ze door hun hoge leeftijd veel CO2 uitstootten. De eerste jaren zou dat geen probleem vormen. Maar vanaf 2010 zou de totale uitstoot in Wallonië door het heropstarten van de Luikse hoogovens boven de Kyotonormen uitkomen. Met andere woorden: Arcelor had vanaf 2010 extra uitstootrechten nodig. Voor de 13 miljoen ton CO2 die de ovens tussen 2010 en 2012 de lucht zouden inblazen, zouden die rechten ongeveer 260 miljoen euro kosten.

En dat soort investeringen (of andere, zoals het moderniseren van de ovens) zag Mittal niet zitten. De Waalse overheid mocht blij zijn dat hij de arbeiders in Luik langer aan de slag zou houden, en moest zelf maar voor de rechten zorgen. Uiteindelijk kreeg Mittal grotendeels zijn zin. In 2008, toen hij ermee geconfronteerd werd dat hij twee jaar eerder al eens gratis verkregen uitstootrechten gewoon verkocht had – hij had ze door het stilleggen van Seraing niet nodig – moest de staalbaas wel aanvaarden dat hij een derde van zijn nieuwe behoefte zelf zou aankopen, op de internationale emissiemarkten. Maar voor het saldo kreeg hij de Waalse regering in zijn zak. (Die moest daarvoor wel een ingewikkelde constructie via Vlaanderen organiseren.) Of die emissierechten intussen door het Waals Gewest ook daadwerkelijk zijn uitgekeerd, is momenteel niet duidelijk. Daar wordt de komende weken ongetwijfeld nog een politiek robbertje over uitgevochten. Als de ovens nu dichtgaan, is er natuurlijk geen enkele reden waarom ArcelorMittal van de Waalse overheid extra uitstootrechten zou moeten krijgen voor de periode 2010-2012.

De botte manier waarop Mittal eisen stelde rond de emissierechten, deed het vermoeden rijzen dat de zakenman het Luikse staalbekken vooral zag als een manier om de gulle Belgische steunsystemen te melken. Dat vermoeden wordt nog versterkt door de manier waarop met de notionele-interestaftrek werd omgesprongen. Het systeem van de notionele-interestaftrek is in de eerste plaats bedoeld om ondernemingen aan te moedigen hun kapitaalbasis te versterken. Dat is bijvoorbeeld heel relevant op het ogenblik dat er investeringen gedaan worden en het gebruik van het fiscale systeem om bijvoorbeeld de Luikse ovens te moderniseren, had dat mooi in de verf gezet. Maar zoals gezegd, wilde Mittal liever doorwerken met de oude installaties. Daarom is het vreemd dat Arcelor- Mittal in 2009 toch de kampioen was van de notionele-interestaftrek. Van een winst van 1,29 miljard euro schoot dat jaar nog een betaalde belasting van welgeteld 496 euro over.

Luc Baltussen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content