De auteur is Pakistaan, diplomaat, en leider van de VN-missie in Irak.

Een jaar geleden stierf mijn voorganger Sergio Vieira de Melho in een aanslag op het VN-hoofdkwartier in Bagdad. Vandaag hebben de Verenigde Naties zich weer geëngageerd in Irak. Onze opdracht is duidelijk omschreven in Resolutie 1546: we moeten in de eerste plaats toezien op de bouw van nieuwe politieke instellingen. Dat is een taak voor de overgangsregering van premier Iyad Allawi, die door de VN als officiële partner werd erkend. Daarnaast zullen we hulp verlenen bij de wederopbouw van het land, bij het herstel van de infrastructuur, bij het heropstarten van de economie en de organisatie van het onderwijs.

Het is duidelijk dat de escalatie van het geweld in Irak voor de VN – die de vrede overal ter wereld willen bevorderen – een doorslaggevende reden was om zich weer te engageren. We doen dan ook al het mogelijke om te verhinderen dat Irak, door blinde terreur geschokt, nog meer bloedvergieten en nog meer menselijk leed zou kennen.

Ik kreeg de opdracht het conflict tussen de sjiitische geestelijke leider Moqtada Al-Sadr en de regering-Allawi te ontmijnen. De VN en de overgangsregering hebben zeer nauw samengewerkt. De onderhandelingen werden door de regering gevoerd, maar die hield mij van alle stappen op de hoogte. Ik had contact met alle partijen en alle leiders. In tegenstelling tot enkele weken geleden had Al-Sadr trouwens uitdrukkelijk om een VN-tussenkomst gevraagd. Het valt op dat ook andere groepen hun houding tegenover de VN hebben veranderd.

De absurde kritiek dat de VN optreden als front van de Verenigde Staten of van welke andere staat ook, is volledig ongegrond. De meerderheid van de Irakezen – soennieten, sjiieten en christenen – wil daarentegen dat de VN een actieve rol spelen. Dat besefte ik toen ik tijdens de openingsvergadering van de Nationale Conferentie de meer dan duizend gedelegeerden toesprak. Zij moesten de honderd leden van de Nationale Raad, die optreedt als overgangsparlement, aanwijzen. Dat proces verliep niet altijd gemakkelijk. Maar spanningen, protesten en discussies zijn inherent aan de democratie. Het is al een enorme stap dat de vertegenwoordigers van de verschillende volksgroepen en religies, die het over zoveel oneens zijn, die twistpunten nu bespreken en bediscussiëren. Zo erkennen ze dat democratie en wapengekletter niet samengaan.

Het overgangsparlement dat de conferentie aanwees, vormt de beste basis voor de democratische staat die moet worden opgebouwd. Het parlement zal de regering in de gaten houden en de eerste vrije en algemene verkiezingen van januari 2005 voorbereiden. Pas dan kunnen we spreken over een echte democratie, waarbij vrij verkozen parlementsleden een democratische regering zullen kiezen en een democratische grondwet zullen schrijven. Zij zullen ook de daaropvolgende democratische verkiezingen van het najaar 2005 voorbereiden.

Pas dan zal de opbouw van een politieke democratie voltooid zijn. Daaraan meewerken betekent risico’s op zich nemen, zoals de dood van de Melho bewijst, maar de democratie is die risico’s waard. Ondanks alle bittere ervaringen ben ik optimistisch. De VN zullen hun doel in Irak realiseren.

Copyright Knack/Der Spiegel. Bewerking: M.V.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content