Als Laken hofmaarschalk Herman Liebaers één zinnetje heeft kwalijk genomen, dan die dodelijke one-liner over prins Filip: “Hij kan het niet, hé”. Liebaers zelf zit die uitspraak nu al jaren te nuanceren, maar dat hoeft niet. Een ruime meerderheid van de Belgen denkt er immers net zo over.
De enquête vroeg om Filip en Mathilde in te schalen (van 1 tot 10) op tien persoonlijkheidskenmerken. Ook al werd de enquête gehouden tijdens de zeer gemediatiseerde Blijde Intredes, het beeld van prins Filip werd er niet sterker op. Niet alleen moet hij het in negen van de tien gevallen afleggen tegen zijn Mathilde – alleen op introvert doet de prins het beter dan de jonkvrouw – ook algemeen is zijn score laag. Té laag. Als hij inderdaad een laatbloeier is “zoals alle Coburgs”, wat zijn voorstanders beweren, dan mag hij op bijna 40-jarige leeftijd toch iets van die talenten beginnen te tonen.
Want erg fraai is het beeld niet dat de natie van haar troonopvolger heeft. Filip mag dan wel de rode muts van de paracommando gedragen hebben, de gemiddelde Belg vindt hem absoluut niet sportief (een score van 5,8). Men ziet ook weinig gevoel voor humor (6,1), niet erg veel ambitie (6,5) en weinig leiderschap (6,6). Hij is zelfs geen opvallend harde werker (6,9), en ook al niet écht introvert (6,3). Best aanvaardbaar lijken zijn aandacht voor de zwakkeren (7,0) en zijn intelligentie (7,7). Meest van al komt prins Filip nog betrouwbaar over, al is 7,8 op 10 nu ook weer niet zo’n denderende score voor een aanstaande bruidegom. Eigenlijk luidt het vernietigende oordeel: een grijze muis, die Filip.
Vergelijk zijn resultaten maar met die van Mathilde. Een paar maanden geleden leefde het meisje nog in de anonimiteit, maar een paar tv-optredens (waarop ze nauwelijk sprak) waren genoeg om haar meteen veel populairder te maken dan haar aanstaande echtgenoot, die vanaf zijn geboorte onderwerp van de royalty-pers is. Dat de Belgen de breed lachende dame niet als introvert (5,5) beoordelen, tot daar aan toe. Gemiddeld positief – maar niet meer dan dat – zijn haar leiderschap (6,7) en haar sportiviteit (6,8). Verder haalt Mathilde meestal onderscheiding – ambitie (7,0), zin voor humor (7,3), harde werker (7,4) en aandacht voor de zwakkeren (7,6) – iedereen zag haar natuurlijk oudjes en gehandicapten zoenen. Anders dan Filip ziet Mathilde zich zelfs twee keer beloond met een ‘grote onderscheiding’: ze lijkt dus uitermate betrouwbaar (8,0) en hoogst intelligent (8,2).
Detail-analyses leren dat de Franstaligen over het algemeen Filip milder en Mathilde uitbundiger beoordelen dan de Vlamingen, en dat de gemiddelden hier soms stevige verschillen camoufleren. Maar hoe vluchtig dit oordeel is, komt nog het best tot uiting in de antwoorden van de kleine republikeinse groep. Dat meer dan tachtig procent van de koningsgezinden Mathilde meer dan acht op tien geeft voor intelligentie (zelfs 26,9% negen op tien, en 20,1% een gulle tien – die vinden haar dus geniaal), tot daar aan toe. Maar dat ook 52,8% van de republikeinen dit doet – meer dan 20 procent van die groep geeft haar een negen of een tien – dat zegt toch veel over de macht van een imago.
