De jongste twintig jaar groeide het aantal franchisegevers uit tot bijna 200 en het aantal franchisenemers tot 3.000.
Franchise is uitgegroeid tot een techniek van begeleid zelfstandig ondernemen. De historische franchise ontstond al tussen de tiende en de twaalfde eeuw. De heren kenden aan sommige bevolkingsgroepen territoriaal bepaalde vrijheden en voorrechten toe. Zo bezat Chambéry een lettre de franchise (het recht om tol te heffen).
Eind vorige eeuw voerde de Singer Sewing Machine Company een vorm van moderne franchise in. Singer ontwikkelde in de Verenigde Staten een net van zelfstandige verkopers. Nu realiseren 550.000 Amerikaanse franchisenemers een zakencijfer van meer dan 800 miljard dollar en scheppen ze acht miljoen arbeidsplaatsen, verspreid over meer dan 3.600 ketens. Deze franchiseactiviteiten maken de helft uit van het zakencijfer in de kleinhandelsomzet.
Begin deze eeuw waaide het concept vanuit Amerika naar Europa over. In 1929 besloot het Franse La Lainière de Roubaix een distrubutieketen te lanceren via een net van winkels. Zelfstandige kleinhandelaars onderschreven een contract dat hen de exclusiviteit van producten en een geografische zone verzekerde. De kosten van de winkelruimte namen ze voor hun rekening. Met deze vorm van franchise vergrootten veel firma’s of franchisegevers hun marktaandeel zonder zelf veel te moeten investeren.
OOSTBLOK.
Het toenemen van franchising wijzigde grondig het Franse commerciële landschap. Eind jaren zestig hadden Pronuptia, Rodier en Levitan al een zekere notoriteit. In 1970 waren de franchisegevers met 34. Twintig jaar later met 470. Samen met de 25.700 franchisenemers zorgden ze voor een zakencijfer van omgerekend 1.067 miljard Belgische frank of elf procent van het totale zakencijfer van de kleinhandel. Dat was goed voor 350.000 jobs.
België startte wat trager, omdat banken en consultants veeleer behoudend bleven tegenover franchise. De formule brak eerst door in de sector van distributie van voedingsproducten, Nopri, Unic. Bijna 200 franchisegevers en 3.000 franchisenemers scheppen momenteel 28.500 arbeidsplaatsen. Het zakencijfer bedraagt 150 miljard frank of zes procent van de kleinhandelsomzet. De jongste tijd ontwikkelt vooral de dienstenfranchise zich snel : de hotelsector, de kapperswereld, het onderhoud van de auto, de vorming, de audit, het toerisme en diensten voor oudere mensen. Toch lijkt in België franchise veeleer bescheiden aan te slaan, onder meer in vergelijking met Nederland en Groot-Brittannië. Daar gebruiken respectievelijk 12.000 en 25.700 zelfstandige ondernemers de formule. Zelfs voormalig Oostblokland Hongarije telt al beduidend meer franchisenemers dan België. Maar deze cijfers zijn relatief. Een bepaald aantal van hen heeft bijvoorbeeld een vestiging in België, terwijl hun franchisegever Frans is. En intussen opent in Parijs het Belgische mosselhuis Chez Léon een vestiging. Het franchisefenomeen zit in een Europese context.
Quick en McDonald’s zijn typisch franchisezaken in België. Er bestaan eigenlijk vier franchisecategorieën :
– de productiefranchise : de franchisegever is een producent. Hij laat voor zijn merk producten fabriceren die verdeeld worden door een franchisenemer ( Benetton, Godiva, Yves Rocher) ;
– de distributiefranchise : de franchisegever is een groothandelaar met een aankoopcentrale. Hij stelt voor zijn franchisenemers een assortiment van producten samen ( Electro-Cash, Brico, Christiaensen) ;
– de dienstenfranchise : de franchisegever ontwikkelt een dienstenconcept dat de franchisenemer volgens nauwgezette richtlijnen commercialiseert. Dit wordt toegepast in onder meer accountantskantoren, uitzendbureaus, hotel- en fastfoodketens en leasingbedrijven ;
– de artisanale franchise : de franchisenemer is een ambachtsman die in licentie goederen produceert en commercialiseert volgens de knowhow van de franchisegever ( Midas, Jean-Louis David).