Met hun ?Schalkse Ruiters? blijven ze Vlaanderen bekoren en verbazen. Een gesprek met de Mensen van het Jaar in de rubriek Media, Bart De Pauw en Tom Lenaerts, ?de redders van de BRTN.?

?Je moet al van Mars komen als je niet weet wat het volgende programma is,? deelt de omroepster mee. Het is zondag 7 december, tien voor acht ’s avonds. Jawel, tijd voor de eerste aflevering van ?Schalkse Ruiters II?. Een nationaal evenement, af te leiden aan de massale aandacht die het programma krijgt. Tom Lenaerts en Bart De Pauw hebben een hogere mediawaarde dan De Rode Duivels. Vorige winter ontpopten de ?redders van de BRTN? zich tot kijkcijferkillers met pieken van 2,3 miljoen kijkers. En hoe moet het verder ? Een nieuwe reeks betekent voor Lenaerts en De Pauw vooral nieuwe pret. ?Zeker aan de voorbereidingen beleven we veel plezier.? Maar ze betekent ook nieuwe zorgen. ?De verwachtingen liggen hoger. De hype is weg.? Hype weg ? Op Mars misschien, in deze contreien zeker niet.

Eén vraag dringt zich op, ontmoet je wel eens iemand die nog nooit van de ?Schalkse Ruiters? heeft gehoord ?

TOM LENAERTS : Ja hoor. In de generiek van het programma wilden we enkele wolven laten rondlopen. De mens die ons die beesten heeft bezorgd, kende ons absoluut niet.

BART DE PAUW : Geloof het of niet, er zijn meer Vlamingen die nog niet naar ons programma hebben gekeken dan Vlamingen die wél hebben gekeken. Mensen die geen tv-toestel hebben, bijvoorbeeld, of die alleen het journaal of ?Nonkel Jef? volgen. Mensen die werken op zondag, nog een deel van de bevolking dat we niet bereiken. Let op, ik wil niet zeggen dat we nog beter moeten scoren dan vorig seizoen. Kijkers genoeg.

LENAERTS : 2,3 miljoen, daar kun je je geen voorstelling meer van maken. In een volle Warande in Turnhout speel je voor 700 toeschouwers en dat lijkt echt gi-gan-tisch. Overweldigend. Een artiest die op het podium van Torhout/Werchter staat en uitkijkt over een wei met 60.000 mensen, ervaart misschien een nog sterkere kick. Hoewel je daar waarschijnlijk al het gevoel hebt dat de massa anoniem wordt. Je ziet geen hoofden, je ziet alleen de mensenzee. Een miljoen, twéé miljoen, 2,3 miljoen : ik weet niet wat dat betekent. Ik hoef het ook niet te weten, want uiteindelijk maken we ?Schalkse Ruiters? toch enkel voor de appreciatie van wat goede vrienden. De rest is mooi meegenomen.

Toch vrees je voor de hoge verwachtingen en voor de eventuele terugslag. Het ?vorig jaar was het beter?-effect.

DE PAUW : Die schrik hebben we op een bepaald moment overboord gegooid. We hebben ons voorgenomen 10 afleveringen in te blikken waar we zelf tevreden over zijn, punt uit. We kunnen nu rekenen op een kijkbereidheid die vorig jaar nog niet aanwezig was, dat geeft ons een voorsprong. Het spijtige is dat we onmogelijk nog kunnen verrassen. Het kijkersaantal zal deze keer dan ook lager liggen.

LENAERTS : Dat wisten we voor we aan de nieuwe reeks begonnen. Over kijkcijfers proberen we ons dus geen zorgen te maken. We hebben al genoeg aan ons hoofd.

DE PAUW : We klagen niet, hé. Dankzij ?Schalkse Ruiters? bevinden we ons nu in de positie dat we voorstellen kunnen indienen voor een nieuw programma, met een redelijk grote kans op slagen. We hebben bewezen wat we kunnen, er heerst vertrouwen. Heb ik zin om iets te doen rond jongeren of desnoods rond boerderijen, dan kan dat. ?Schalkse Ruiters? hebben we nu wel gehad, denk ik. Tijd om andere horizonten te verkennen. En hoeveel kijkers mijn weg volgen, dat is van ondergeschikt belang. Ik wil natuurlijk dat iedereen kijkt, maar ik weet dat niet elk programma dat ik in de toekomst zal maken een breed publiek zal aantrekken. Ik spiegel me aan Mark Uytterhoeven. Die man heeft een paar heel succesvolle prime time-programma’s achter zijn naam staan en doet nu alleen nog waar hij zin in heeft.

LENAERTS : Uytterhoeven werkt met hartstocht, maar hoeft niet zo nodig de vedette te zijn. Hoe hij zijn succes relativeert, dat strekt tot bewondering. Mark is een klasse apart.

Over hartstocht gesproken : jullie steken ?Schalkse Ruiters? van begin tot einde zelf in elkaar. Als jullie er wat onuitgeslapen bijzitten, heeft dat dus niets te maken met wilde feestjes maar alles met te veel werk. Vanwaar die drang om alles zelf te doen ?

LENAERTS : Dat is zo gegroeid. Het concept voor ?Schalkse Ruiters? is ontstaan in de geest van een groepje vrienden, die eerder samenwerkten in ?Onvoorziene Omstandigheden?. En hoe gaat dat ? Je geeft je kindje niet graag uit handen, hé. Dus doe je alles zelf. Nu, buitenstaanders gaan er misschien van uit dat alle reportages en filmpjes door Bart en mij bedacht worden, maar dat klopt niet. Alle redactieleden leveren ideeën. Iedereen denkt na, iedereen werkt mee aan de montage. Welomlijnde functies zijn er niet.

DE PAUW : In eerste instantie zouden wij het programma niet zelf presenteren. Wel maken, maar niet presenteren. Die taak wilden we overlaten aan Mark Uytterhoeven. Maar toen die bedankte, zat er niets anders op dan het zelf te proberen. We blijven echter in de eerste plaats televisiemakers en niet presentators.

Klopt het dat ?Schalkse Ruiters? oorspronkelijk als reisprogramma was bedoeld ?

LENAERTS : We hadden twee voorstellen ingediend. Eén voor een reisprogramma, dat de werktitel ?Schalkse Ruiters? droeg. Het idee ligt nog steeds in de kast, misschien werken we het volgend jaar wel uit. Het programma dat we nu maken, heette eerst ?Schijn Bedriegt? en zou worden opgebouwd uit verzonnen reportages die we als wààr wilden voorstellen. ?Panorama?, maar dan fake. Een uitloper van wat ik voor het radioprogramma ?Piazza? deed, samen met Michiel Devlieger en Luk Haekens. Toen stelde onze regisseur echter voor om de verzonnen reportages te mengen met échte verhalen. De huidige formule dus.

DE PAUW : Met het medium tv spelen, de grens tussen fictie en werkelijkheid laten vervagen : dat was het idee. Als reactie op ?Rescue 911? en andere reality-tv. Men schotelt je waargebeurde verhalen voor, maar je bent nooit zeker of ze écht gebeurd zijn. In Amerikaanse talkshows zijn de ?gasten? niet zelden acteurs, ingehuurd om dingen te komen vertellen die ze helemaal niet hebben meegemaakt. Een poosje geleden zette een Duitse tv-maker het land op zijn kop met een undercover-reportage over ?de KuKluxKlan in Duitsland?. Bleek het verhaal geënsceneerd te zijn. Nog een stapje verder en je komt uit bij ?Schalkse Ruiters? : de kijker moet raden of iets waar of niet waar is.

Acteur Nicholas Cage kreeg als knaap van zijn vader de opdracht om van elk boek dat hij las het ?ontbrekende hoofdstuk? zelf te schrijven. Kwestie van de fantasie van zoonlief aan te wakkeren. Wat is jullie geheim ?

LENAERTS : De geloofwaardigheid van een reportage wordt niet bepaald door wàt je zegt, maar door hoé je het zegt. De manier waarop. Je kan informatie op zo’n manier presenteren dat niemand ze voor waar aanneemt, en je kan diezelfde informatie zo naar voor brengen dat iederéén je gelooft.

DE PAUW : Stel je voor dat iemand zijn vrouw heeft verloren bij een ongeval en nu alleen instaat voor hun drie kinderen. Je kan dat verhaal sober in beeld brengen, maar je kan ook inzoomen op het hoofd van de ongelukkige man en hem vragen over de foto van zijn vrouw te strelen, ?want hij zag haar toch zo graag.? Je kan hem afschilderen als een zielige vent, maar ook doen overkomen als een dappere man. Die bewegingsvrijheid, die macht heb je als tv-maker. In elk verhaal zitten tien verhalen.

Ken je dat van die kardinaal die landt in New York ? De eerste vraag die hem bij aankomst wordt gesteld, is : ?Gaat u naar de prostituees in New York ?? Waarop die kardinaal zegt : ?zijn er hier dan prostituees ?? Wellicht uit ongeloof of afkeuring. Maar je kan door het leggen van klemtonen die reactie totaal anders doen overkomen. In de films ?Seven? en ?The Game? creëert de regisseur sfeer door de decors in duisternis te hullen. De dialogen vinden bijna allemaal plaats bij druilerig weer. Donker en nat. Dat is bewust zo gedaan. Als je de films nog eens bekijkt, zie je dat in de achtergrond gewoon de zon schijnt. Maar op de voorgrond regent het dus. Nog een voorbeeld van hoe je kan manipuleren : vorig jaar toonden we een reportage over een dwerg en een fotomodel, van wie we vertelden dat ze een koppel vormden. Het was niet waar. Maar we maakten er zo’n mooi romantisch portret van met een geut romantische muziek er bij, dat de kijkers echt vurig hoopten dat het waar zou zijn.

De valse reportages verzin je. Maar hoe zoek je de ware verhalen ?

DE PAUW : Een omslachtig werkje. Omdat je gemakkelijk in het vaarwater komt van andere programma’s die het moeten hebben van bijzondere mensen en toestanden. Ons uitgangspunt is vaak de vraag : ?tiens, zou dit of dat bestaan ?? En dan gaan we op zoek. Bestaat het : prachtig. Bestaat het niet, dan kunnen we er nog altijd een valse reportage van maken.

Laat je bepaalde onderwerpen bewust links liggen ?

LENAERTS : Bizarre hobby’s blijken vaak oninteressant. Iemand met 1400 koekoeksklokken, bijvoorbeeld, die halen we niet in de uitzending. De ultieme test van de bruikbaarheid van een idee : je legt een verhaal voor aan de redactie, zonder erbij te zeggen of het waar of verzonnen is. Haalt iedereen de schouders op, dan kan je je inval in de vuilbak kieperen. Ontstaat er discussie, dan zit je goed.

DE PAUW : We vermijden ook alles dat met kinderseks te maken heeft. Verder proberen we variatie te brengen in het aanbod. Op onze zoektocht naar ideeën, spreken we met dokters, boeren, begafenisondernemers, noem maar op.

Een paar zelfbedachte ideeën. Jullie moeten zeggen waarom ze bruikbaar zijn of waarom niet. Eén : je beweert dat het bomalarm op de BRTN op de eerste avond van het 19 uur-journaal het gevolg was van een mislukte undercover-reportage van ?Schalkse Ruiters?. Je zette per ongeluk een alarm in werking en de studio’s moesten worden ontruimd.

DE PAUW : Niet bruikbaar. Gewoon, omdat een bomalarm geen plezant onderwerp is. Waardoor de grap aan waarde verliest.

Twee : zondagavond na de uitzending ga je even uitblazen in een café en je wordt zodanig lastig gevallen door een dronken klant dat je die man in het ziekenhuis mept. Dat tafereel zet je in scène.

LENAERTS : Een ware reportage zou het alvast niet kunnen zijn, want ik heb nog nooit iemand een klap in zijn gezicht gegeven. Als valse reportage lijkt het me wat mager. Want dan verheffen we een fait divers over onszelf tot nieuws. En als je toegeeft dat het hele geval een mise-en-scène was, blijven de kijkers met een leeg gevoel achter.

Mogen we opnieuw een sensatie van het formaat Brussel Nationaal verwachten ? Jullie passeerden de controleposten in de luchthaven van Zaventem, geraakten zelfs tot in een cockpit en belandden in het journaal.

DE PAUW : Het blijft ontzettend moeilijk om te voorspellen wat de reactie of de impact van een reportage is. Ook in het geval Zaventem tastten we in het duister. We vonden dat we een mooi verhaal hadden, meer niet. Of je het journaal haalt of niet, dat hangt van zo veel factoren af. We hadden wellicht het geluk dat er die dag weinig ander nieuws te melden viel. Trouwens, het voorval werd pas een nieuwsitem doordat de Regie der Luchtwegen zo fel reageerde. We hadden de Regie op voorhand verwittigd en hen uitgenodigd om weerwoord te geven tijdens de uitzending. Dat wilden ze niet. Ze stapten meteen naar de nieuwsdienst. Tja. Acht jaar geleden had ik al vernomen dat het geen probleem was om de luchthaven binnen te dringen. Een aantal mensen waar ik toen mee samenwerkte, wilde er een reportage over maken. Dat idee werd uiteindelijk begraven. Wij hebben het gewoon weer opgediept.

Jullie kregen en krijgen uitsluitend lovende kritieken. Ga je dan op den duur niet verlangen naar een beetje gezonde tegenwind ?

LENAERTS : Ik begrijp wat je bedoelt. We zorgen er wel voor dat we kritiek krijgen. Een aantal mensen uit het vak stuurt ons op onze vraag elke maandag een fax of brief met een gedetailleerde nabeschouwing van de uitzending. Op die manier beschermen we ons tegen een ivoren toren-situatie.

DE PAUW : Tegenwind is er sowieso wel, hoor. Onvermijdelijk ook wanneer je populair wordt. We vertrokken als underdog, we konden alleen maar goed doen. Maar dan worden we populair en ontstaat bijna automatisch de tegengestelde reactie. Mensen die naar ons toe stappen met de mededeling dat ze het allemaal niet zo bijzonder vinden. Ik herinner me iemand die zei : ?awel hè, tv is een aquarium, en gij zijt een vis.? ( lacht) Die kritiek zal nu alleen maar toenemen. Omdat het verrassingseffect weg is. ?Vorig jaar was het beter,? denkt men. Ja, kijk, we maken ?maar? een televisieprogramma. Het is wat het is : amusement. We zitten in de entertainment-business, we proberen de mensen gewoon een beetje te vermaken en dan gaan we naar huis.

Het valt me op dat jij Tom, tijdens de uitzending Bart geregeld hekelt omdat hij stottert of zich verspreekt.

LENAERTS : Dat zit niet in het scenario. De inspiratie van het moment, zeg maar.

DE PAUW : Vaak hebben we op de dag van uitzending de montage nog niet afgewerkt, terwijl we eigenlijk al aan het repeteren horen te zijn. Met als gevolg dat ik geen tijd heb om mijn tekst in te oefenen. Tijdens één uitzending stond de camera verder weg dan voorzien, waardoor ik de tekst op de auto-cue gewoon niet kon aflezen. Ja, dan begin je te spartelen : vertellen wat je je nog herinnert van de generale repetitie.

Blijf je na afloop van een reeks drie maanden uit elkaars buurt of ga je ook nog eens samen op vakantie ?

DE PAUW : ( lacht) Na afloop van de eerste reeks zijn we samen op skivakantie gegaan. Het klinkt misschien zeemzoeterig, maar het klopt : in de eerste plaats zijn we vrienden, pas in de tweede plaats collega’s.

Was het liefde op het eerste gezicht ?

DE PAUW : Ja. Ik leerde Tom kennen toen hij met Mark Uytterhoeven aan ?Onvoorziene Omstandigheden? werkte. Na een avond samen op café wisten we : het klikt. Tom was aanwezig bij de brainstorming van de tweede ?Buiten De Zone?. De rest is geschiedenis.

Jullie gaan op zoek naar opmerkelijke verhalen. Maar er wordt weinig op zoek gegaan naar opmerkelijke verhalen over Bart De Pauw en Tom Lenaerts. De boulevardpers laat jullie met rust.

DE PAUW : Ik voel plaatsvervangende gêne als ik mensen voor de zoveelste keer in zo’n boekske zie staan. Je kent ze wel : schimmige figuren van wie niet meer duidelijk is wat ze ooit verwezenlijkt hebben, maar die bekend blijven omdat ze het spel van de roddelpers meespelen. Je hebt zogenaamde journalisten die je voor de keuze stellen : ofwel sta je een interview toe ofwel verzinnen ze zelf de verhalen. Van die lui hebben we geen last, klopt. Waarom weet ik niet. Geluk gehad, zeker.

LENAERTS : Breng hen vooral niet op ideeën.

DE PAUW : Eén keer is men ons gevolgd tot in Frankrijk. Tijdens onze skivakantie. Men wilde de schalkse ruiters verschalken, weet je wel.

LENAERTS : Een ploeg van TV Story was het.

DE PAUW : Ja maar, je moet geen namen noemen. Dat is niet nodig.

LENAERTS : En waarom niet ? ! Ze moeten ons maar met rust laten.

Enkele vragen om te onderzoeken of jullie ?debardeurkes?-imago overeenstemt met de werkelijkheid. Wanneer hebben jullie voor het laatst zakgeld van jullie grootouders gekregen ?

LENAERTS : Niet zo heel lang geleden. Opa keek even niet en oma stopte 500 frank in mijn pollen.

DE PAUW : Amai, zoveel heb ik nooit gekregen. Ze is wel ontzettend trots, mijn grootmoeder. Ze knipt alle artikels uit waarin ik voorkom. En na de reportage vorig jaar over onze hitsingle zei ze fier tegen mijn zuster : ?goh, en hij is nu al een zanger ook?.

Ooit naar een punkconcert geweest ?

LENAERTS : Punk kwam iets te vroeg voor ons, vrees ik. We zijn allebei geboren in ’68. Kinderen van de new wave-generatie. Het eerste concert dat ik bijwoonde, was dat van U2 in ’84 in Vorst Nationaal.

DE PAUW : Ik ging kijken naar Lloyd Cole, The Style Council en Everything But The Girl. Schitterende groepen, jong.

Krijg je sokken als verjaardagscadeau ?

LENAERTS : Voetbalsokken. Van Royal Club Antwerp FC. Toen ik zes was. Veel te jong dus om een imago te hebben.

DE PAUW : Ik heb eens bij Valentijn twee warmwaterkruiken van mijn vrouw gekregen. Een cadeau met een hoog ?debardeurkes?-gehalte, ik geef het toe.

LENAERTS : ( lacht) Bart, als je warmwaterkruiken krijgt, is er iets mis met je relatie.

Houden jullie van films als ?Gone with the wind? en ?The sound of music? ?

DE PAUW : Geen romantische epossen voor mij, neen.

LENAERTS : Voor mij wel. Ik vind ?The sound of music? een van de mooiste films aller tijden. Absoluut. En hij wordt alleen maar mooier als je ‘m op nieuwjaarsdag bekijkt. Bij de grootouders. Met een stuk taart en een kop warme chocolademelk voor je. En oma die haar zakdoek pakt omdat ze moet huilen. Schitterend.

Koopt de vrouw de kleren ?

LENAERTS : Oei. ( lacht) Eh, ik ben er altijd bij als er kleren voor mij worden gekocht. Maar ik ga nooit alleen winkelen. Ik hààt winkelen. Ik stap met plezier een boekhandel binnen, maar stuur me niet naar een klerenwinkel.

DE PAUW : Voor mij geldt hetzelfde. We hebben het geluk dat er bij de BRTN iemand kleren voor ons kiest. Sommige presentatoren haten dat, ons komt het goed uit. Wat dat imago betreft : ik heb tijdens de uitzendingen nooit een ?debardeurke? gedragen. Tom drie of vier keer.

LENAERTS : Weet je dat in mijn kleerkast thuis geen enkel ?debardeurke? ligt.

Jullie weigeren alle schnabbels. Terwijl er waanzinnig veel geld mee te verdienen valt. De ?man uit Melle? zou, bijvoorbeeld, een fortuin kunnen opbrengen.

LENAERTS : Wanneer je krap bij kas zit, is het moeilijk om neen te zeggen tegen lucratieve aanbiedingen voor reclamespots of winkelopeningen. Maar wanneer je goed verdient, heb je niet de behoefte om nog méér binnen te rijven met opdrachten die je niet leuk vindt.

DE PAUW : Ik wil niet dat iemand me zegt : ?De Pauw, je bent een poenpakker.? De man van Melle koester ik : ik heb dat personage lief, ik zal hem niet misbruiken. En ik hou niet van vedettisme, ik wil niet dat mensen me aanraken. Ik begrijp wel waarom sommige fans een handtekening willen. Ik ben ooit met mijn zussen de Rode Duivels gaan opwachten in de luchthaven van Zaventem, na afloop van het WK voetbal. Je ziet die spelers voorbij schrijden, je ziet de heisa eromheen en je geraakt onder de indruk, hè. Je creëert een mythisch beeld van die lui.

LENAERTS : Zo kreeg ik vorig jaar een black-out toen ik Michelle Pfeiffer interviewde. Als een bakvis zat ik tegenover haar. Ik probeerde te redden wat er te redden viel, maar dat maakte het alleen maar erger. Na het interview pakte ze mijn handen vast. ?Sorry,? zei ik, ?maar u bent Michelle Pfeiffer.? Waarop zij : ?je hebt het goed gedaan, jongen.? Net een moeder die haar zoontje troost nadat hij met een slecht rapport naar huis is gekomen.

Waarvan zal afhangen of er nog een derde reeks van ?Schalkse Ruiters? komt ?

LENAERTS : Van dezelfde vraag die nu de beslissing moest brengen : heeft de redactie nog voldoende goede ideeën ? Is de drijfveer nog sterk genoeg ? Beleven we er plezier aan of wordt het hard labeur ? Om eerlijk te zijn : volgens mij is een derde reeks redelijk onwaarschijnlijk.

Meer dan twee miljoen kijkers en nog steeds niet binnengehaald door VTM of VT4 : hoe is het mogelijk ?

DE PAUW : We hebben geen reden om de BRTN te verlaten. We mogen ons ding doen, werken met een redactie die bestaat uit vrienden. Die vrijheid zullen we elders niet krijgen. De enige reden voor een overstap zou zijn : geld. Maar het verschil tussen goed je boterham verdienen en héél goed is miniem.

Bart Vandormael

Bart De Pauw en Tom Lenaerts : Uiteindelijk maken we Schalkse Ruiters toch enkel voor de appreciatie van wat goede vrienden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content