‘Als ik niet kan schrijven, is mijn leven zinloos’

FILIP VANLUCHENE © WTTERWULGHE

Na zijn herseninfarct vorig jaar leek niets hem nog de moeite waard. Toch is toneelauteur Filip Vanluchene wel benieuwd naar de versie die De Tijd nu heeft gemaakt van drie van zijn theaterteksten. De Far West-trilogie biedt een prima staalkaart van het eigenzinnige universum dat Vanluchene de voorbije decennia bij elkaar heeft geschreven.

Het gaat niet goed met toneelauteur Filip Vanluchene. Toen hij begin vorig jaar bezig was aan de bewerking van Robert Musils Man zonder eigenschappen voor Guy Cassiers, haalde een zwaar herseninfarct werk en leven grondig overhoop. Bijna een jaar later is de weg uit het dal nog bijzonder lang. Vanluchene verloor de zin in het leven, en ook al is hij nooit echt een tafelspringer geweest, er kwam veel somberte. De man die zijn hele leven de werkelijkheid in zijn theaterteksten met taal te lijf ging, is traag geworden en moet zoeken naar zijn woorden. Soms vindt hij ze, even vaak laten ze hem genadeloos in de steek.

Er zijn weinig Vlaamse toneelauteurs die zo’n eigen idioom hebben als Filip Vanluchene. En er zijn ook niet veel auteurs van wie de teksten de creatie overleven om later door andere makers onder het stof vandaan te worden gehaald. ‘Kubistisch’ wordt zijn schrijfstijl weleens genoemd, omdat hij verschillende personages vanuit verschillende standpunten over hetzelfde laat praten.

Op het festival Antwerpse Kleppers spelen Jurgen Delnaet, Bob De Moor en Dirk Buyse voor De Tijd drie van zijn teksten: De Naamlozen, Risquons-tout en Citytrip. Regisseur Lucas Vandervost doopte het drieluik Far West-trilogie. De drie stukken zijn een prima staalkaart van het uiterst eigenzinnige universum dat Vanluchene de laatste decennia bij elkaar heeft gepend.

Niets voorspelde dat Vanluchene, de zoon van West-Vlaamse textielhandelaars, ooit bij het theater zou belanden. ‘Ik was wel een slim kereltje’, herinnert hij zich. ‘Te slim voor mijn leeftijd, en dus moest ik een jaar hoger zitten. Erg fijn vond ik dat niet. Ik was klein, en eigenlijk te jong voor mijn klasgenoten. Na mijn humaniora heb ik een paar jaar geneeskunde gestudeerd, en later nog een jaar rechten. Maar beide richtingen bleken niets voor mij. Tot ik op een dag in het MMT het toneelstuk Fando en Lis zag van Fernando Arrabal in een regie van Franz Marijnen. Dirk Buyse speelde er ook in mee. Het was een overweldigende ervaring. Na die voorstelling heb ik besloten om theater te gaan maken.’

U volgde eerst een acteursopleiding.

Filip Vanluchene: Ik ging naar het conservatorium van Gent. Daar zat ik in de klas met Marc Willems, Leah Thijs en Bob De Moor. Bob De Moor is tot vandaag een goeie vriend gebleven.

Wanneer kwam de speler Vanluchene erachter dat hij eigenlijk meer schrijver was?

Vanluchene: Zodra ik begon te schrijven. Eerst heb ik nog vertaald en bewerkt. Ik kwam bij de Internationale Nieuwe Scène terecht en werkte mee aan Mistero Buffo. Daar leerde ik regisseur Arturo Corso kennen en auteur Dario Fo. Fo heeft een grote invloed op mij gehad.

Kende u hem goed?

Vanluchene: Heel goed. Hij was een bijzonder inspirerend man. Hij kon ontzettend begeesterend vertellen. Over alles. Over architectuur, politiek, de maatschappij… Als hij vertrokken was, kon hij niet meer stoppen met praten. Ik heb hem samen met mijn vrouw vaak bezocht in zijn huis in Milaan. We werden er altijd hartelijk ontvangen. Het is ook door hem te leren kennen dat ik Italiaans heb geleerd. Ik was al gefascineerd door het universum van Federico Fellini. Amarcord was een van mijn lievelingsfilms. Dus ik wilde wel Italiaans leren. Ik las in die tijd ook veel Franse schrijvers: Camus, Sartre, Boris Vian. Van Dario Fo heb ik als schrijver vooral het belang van ritme in de taal geleerd.

U hebt Jan Decleir en Vlaanderen ook Dario Fo’s Obscene Fabels cadeau gedaan.

Vanluchene: Op een bepaald moment hadden we het allebei een beetje gehad bij de Internationale Nieuwe Scène. Ik deelde toen een huis met Jan in Antwerpen. Hij vroeg zich af wat hij zou gaan doen. Ik heb hem toen gesuggereerd om die Obscene Fabels te gaan spelen, en ik heb ze voor hem dan ook vertaald. Het succes was overweldigend. Het was fantastisch om Jan Decleir te zien groeien in die verhalen. Het was een heel leerrijke periode. Jan was er echt voor gemaakt om die verhalen te spelen.

Hoe kijkt u terug op die tijd?

Vanluchene: We waren gulzig toen. Lange dagen en lange nachten op café… In café de duifjes trok ik op met Jan en Guido Hendrickx. Ik was ook goed bevriend met Wannes Van de Velde in die periode. Van hem heb ik ook veel geleerd. Hij was ernstiger dan wij. Hij hing niet op café. Na Dario Fo is Wannes vast de man die mij het meest beïnvloed heeft. Al waren we allemaal naïef toen natuurlijk.

Kunt u die tijden met vandaag vergelijken?

Vanluchene: Toen dachten we dat we met theater de wereld zouden verbeteren. Zeker bij de International Nieuwe Scène. We dachten dat Mistero Buffo de sociale ongelijkheid uit de wereld zou helpen. Wat een utopie! Want veel heeft het natuurlijk allemaal niet uitgehaald. Maar daar kom je achteraf pas achter. Veel is er nog niet veranderd. Er is nog altijd ongelijkheid en mensen doen elkaar nog altijd de duvel aan.

En na die periode bent u, naast vertalen en bewerken, ook meer en meer zelf gaan schrijven.

Vanluchene: Eerst schreef ik Hotel Terminus, en Casanova samen met Eric Devolder… Nog later kwam Montagnes Russes, het eerste stuk dat ik schreef voor De Tijd. Lucas Vandervost is een belangrijke invloed geweest in mijn carrière. Hij stelde mij als regisseur precies die vragen die ik nodig had om verder te schrijven. Toen ik Montagnes Russes schreef, stuurde ik scène per scène met de fax door naar hem. Als er geen antwoord kwam, wist ik dat het goed was.

In de briefwisseling die u met Bob De Moor bijhield voor theater Malpertuis zegt u dat u voor het schrijven van een toneeltekst stukken uit uw ziel scheurt. Viel het u zo zwaar?

Vanluchene: Vaak wel, ja. Die teksten zijn echt wie ik ben. Daarom dat ik mij ook vaak de vraag heb gesteld: is het dat maar? Mensen die niet beseffen hoe essentieel schrijven voor mij is, kunnen mij niet begrijpen. Ook al is het maar theater. Ik besef ook wel dat ik voor velen maar dat schrijverke ben dat niemand kwaad doet.

Welke van uw stukken zijn autobiografisch?

Vanluchene: Risquons-tout natuurlijk, aangezien het over textielhandelaars gaat zoals mijn ouders. Maar ook voor Basel-Retour ben ik heel diep gegaan. Het zoeken naar de zin van het leven, zoals in dat stuk gebeurt, is iets wat ik ook voortdurend doe.

Is al dat werk die twee minuten applaus dan wel waard?

Vanluchene: Vaak denk je van niet. Maar de avonden dat je een goeie voorstelling van een van je teksten gezien hebt, rijd je met een warme gloed naar huis.

Hoe kijkt u nu terug op de ziekte die vorig jaar uw leven overhoophaalde?

Vanluchene: Ik kom uit een diep dal. Ik heb maandenlang nauwelijks een woord gezegd. Ik kon niet goed meer lopen en viel vaak. Toen ik daar in dat ziekenhuis naar het plafond lag te staren, vond ik dat mijn leven geen enkele zin meer had. Ik dacht dat ik zou sterven. En ik had visioenen waarin ik vond dat ik mijn leven totaal verprutst had. Niets was de moeite waard. Ik voelde me een grote mislukking. Het feit dat ik niet meer zou kunnen schrijven maakte mij verschrikkelijk bang. Als ik niet kan schrijven, is mijn leven zinloos.

En nu?

Vanluchene: Ik rust veel. Het gaat misschien stilaan iets beter.

Is wat u overkomen is, iets waar u over zou kunnen schrijven?

Vanluchene: Nee, dat vind ik niet interessant.

De Tijd speelt drie van uw stukken op Antwerpse Kleppers, gebundeld als de Far West-trilogie.

Vanluchene: Die titel komt van Lucas. Zelf heb ik heel mijn leven een hekel gehad aan het feit dat ik van West-Vlaanderen kwam. Ik wilde altijd de clichés ontkrachten als iemand me ermee confronteerde.

Gaat u kijken?

Vanluchene: De Naamlozen zou ik wel graag zien. Ik ben benieuwd hoe ze dat met drie acteurs gaan klaarspelen. Maar als ik heel eerlijk ben, moet ik zeggen dat ik de laatste maanden nauwelijks met theater ben bezig geweest. Als je bijna aan de andere kant staat, besef je hoe onbelangrijk het is. Al maak ik stilletjes opnieuw weer plannen. Ooit nog iets schrijven voor De Tijd, dat zou mooi zijn.

DE TIJD SPEELT FAR WEST-TRILOGIE VANAF 10 FEBRUARI OP ANTWERPSE KLEPPERS, LATER OP TOURNEE IN VLAANDEREN. WWW.DETIJD.BE

DOOR MICHAEL DE COCK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content